Vocabulaire H6 Flashcards
1
Q
muntgeld
A
coins
2
Q
kleingeld/wisselgeld
A
(small) change
3
Q
pinautomaat
A
cash point/ATM
4
Q
pinnen
A
making a cash withdrawal
5
Q
pinpas
A
debit card
6
Q
bankpas
A
banker’s card
7
Q
rood staan
A
overdraft
8
Q
geld overmaken
A
transfer money (in) to an account
9
Q
aandelenbeurs
A
stock exchange
10
Q
aandelen (BE)
A
shares
11
Q
aandelen (AE)
A
stocks
12
Q
obligaties
A
bonds
13
Q
aandelenmakelaar
A
stockbroker
14
Q
monetair
A
monetary
15
Q
beleid
A
policy
16
Q
bank voor particulieren (1)
A
commercial bank
17
Q
bank voor particulieren (2)
A
clearing bank
18
Q
geld storten
A
make a deposit
19
Q
bank voor bedrijven
A
merchant bank
20
Q
fusie
A
merger
21
Q
aankoop (van bedrijf)
A
acquisition