Vocabulaire H13 Flashcards
1
Q
aanbevelingen
A
recommendations
2
Q
overhalen
A
persuade
3
Q
overbrengen
A
transmit
4
Q
munteendheid
A
currency
5
Q
concurrentie
A
competition
6
Q
uitbreiden
A
to expand
7
Q
samenwerkingsverband
A
joint venture
8
Q
aankoop van bedrijf of aandelen
A
acquisition
9
Q
detailhandel
A
retail
10
Q
reduceren aantal werknemers
A
to downsize
11
Q
fabriek
A
plant
12
Q
introductie
A
introduction
13
Q
bevindingen
A
findings
14
Q
conclusies
A
conclusions
15
Q
aanbevelingen
A
recommendations
16
Q
bovendien (1)
A
furthermore
17
Q
bovendien (2)
A
moreover
18
Q
als aanvulling op
A
in addition to
19
Q
echter
A
however
20
Q
hoewel, ofschoon
A
although
21
Q
ondanks (1)
A
despite
22
Q
ondanks (2)
A
in spite of
23
Q
terwijl
A
while/ whereas