Vocabulaire H22 Flashcards
1
Q
een wetsontwerp indienen
A
to introduce a bill
2
Q
een wet
A
an Act of Parliament
3
Q
het Lagerhuis (UK)
A
the House of Commons
4
Q
het Hogerhuis (UK)
A
the House of Lords
5
Q
de grondwet
A
the Constitution
6
Q
het Lagerhuis (US)
A
the House of Representatives
7
Q
het Hogerhuis (US)
A
the Senate
8
Q
lid van het Lagerhuis (UK)
A
a Member of Parliament (MP)
9
Q
lid van het Lagerhuis (US)
A
a Congressman/woman
10
Q
de verkiezingen
A
the elections
11
Q
loon
A
wages
12
Q
spaargeld
A
savings
13
Q
opbrengst (financieel)
A
proceeds
14
Q
inhoud
A
contents
15
Q
pand
A
premises
16
Q
omgeving
A
surroundings
17
Q
douane
A
customs
18
Q
schadevergoeding
A
damages
19
Q
op advies van
A
on the advice of
20
Q
op verzoek van
A
at the request of
21
Q
bij afwezigheid van
A
in the absence of
22
Q
ter gelegenheid van
A
on the occasion of
23
Q
in naam van
A
in the name of
24
Q
met uitzondering van
A
with the exception of
25
in stemming brengen
to put to the vote
26
de wet naleven
to observe the law
27
voor de rechtbank verschijnen
to appear in court
28
iemand voor de rechtbank dagen
to take someone to court
29
levenslange gevangenisstraf
a life sentence
30
een boete
a fine
31
een politicus
a politician
32
regeren
to govern
33
een (volks)vertegenwoordiger
a representative
34
de regering
the administration
35
de ambassade
the embassy
36
bespeuren, waarnemen
to discern
37
aanwijzing in het gezicht
facial cue
38
afstoten
to repel
39
waarneming
perception
40
het geleidelijk (laten) overvloeien van een afbeelding in een ander
morphing
41
onopvallend, nietszeggend
nondescript
42
aanpassen, wijzigen
to alter
43
dat mag best worden benadrukt
that bears emphasizing
44
partijprogramma
party line
45
ondanks
despite
