T6 H11 - Leiderschap Flashcards

1
Q

Waarom is leiderschap in de 21e eeuw uitdagender dan voorheen?

A

Door globalisering, technologische ontwikkelingen en diversiteit moeten leiders omgaan met snelle veranderingen, complexe structuren en geografisch gespreide teams. Traditionele stijlen zijn minder effectief; er is meer behoefte aan flexibiliteit, innovatie en het omgaan met culturele verschillen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Welke vijf persoonlijkheidskenmerken komen vaak voor bij leiders, en welke gevolgen hebben deze?

A

De kenmerken zijn: intelligentie, zelfvertrouwen, dominantie, energie/doorzettingsvermogen, en vakkennis. Elk kenmerk kan zowel positief als negatief uitpakken, afhankelijk van de balans en toepassing door de leider.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat houdt de eigenschappenbenadering (trait-theorie) van leiderschap in?

A

De eigenschappenbenadering zoekt naar stabiele kenmerken die leiders onderscheiden van niet-leiders. Kenmerken zoals extraversie en intelligentie zijn positief gecorreleerd met leiderschap, maar de context is ook belangrijk.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat zijn de twee dimensies van leiderschapsgedrag volgens de Ohio State Studies?

A

De twee dimensies zijn consideratie (aandacht voor het welzijn van medewerkers) en structuur bieden (duidelijkheid in rollen en verwachtingen).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat stelt Fiedler’s Contingentiemodel over leiderschapsstijlen?

A

Fiedler’s model onderscheidt taakgericht en relatiegericht leiderschap. De effectiviteit hangt af van situatiekenmerken zoals leider-volgerrelaties, taakstructuur en positiemacht.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Welke situaties vereisen taakgericht versus relatiegericht leiderschap?

A

Taakgericht leiderschap is effectief in zeer gunstige of ongunstige situaties, terwijl relatiegericht leiderschap beter werkt in situaties met gemiddelde gunstigheid.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is het besluitvormingsmodel van Vroom en Jago?

A

Dit model biedt vijf stijlen van besluitvorming: AI (autocratisch), AII (informatie verzamelen), CI (consultatie individueel), CII (consultatie in groep), en GII (groepsbesluitvorming). De toepassing hiervan is afhankelijk van factoren zoals de noodzaak van kwaliteit, toewijding van medewerkers, en beschikbare tijd.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is transformationeel leiderschap, en welke componenten horen hier bij?

A

Transformationeel leiderschap richt zich op het inspireren en uitdagen van volgers om verder te gaan dan hun eigen belang. De bijbehorende componenten zijn: individuele consideratie, intellectuele stimulatie, inspiratie en motivatie, en geïdealiseerde invloed (charisma).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is transactioneel leiderschap?

A

Transactioneel leiderschap is gericht op het uitwisselen van prestaties voor beloningen, met nadruk op voorwaardelijke beloning en management by exception.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is charismatisch leiderschap volgens Conger en Kanungo?

A

Charismatisch leiderschap inspireert volgers door een duidelijke visie en persoonlijk risico, en door ongewoon, risicovol gedrag dat volgers motiveert en enthousiasmeert.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat zijn de vijf componenten van charismatisch leiderschap volgens Conger en Kanungo?

A

De componenten zijn: strategische visie formuleren, persoonlijk risico nemen, omgevingsgevoeligheid, gevoeligheid voor volgers, en onconventioneel gedrag.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Hoe beïnvloeden transformationeel en charismatisch leiderschap de werkprestaties?

A

Beide stijlen verhogen tevredenheid, motivatie, en werkprestaties doordat ze betrokkenheid creëren en een gedeeld doel versterken, vooral in veranderende contexten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat is het verschil tussen leiderschapsstijl en effectiviteit bij mannen en vrouwen?

A

Vrouwen gebruiken vaker participatief en transformationeel leiderschap, wat vaak effectiever is voor tevredenheid. Mannen neigen meer naar transactionele stijlen. Deze verschillen kunnen de perceptie en beoordeling van leiderschap beïnvloeden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Hoe beïnvloeden culturele verschillen leiderschapsstijlen?

A

Leiderschapsstijlen verschillen per cultuur. Hoge machtsafstandsculturen neigen naar autocratisch leiderschap, terwijl individualistische culturen participatie en autonomie waarderen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat zijn de zes cultuurdimensies van Hofstede?

A

De dimensies zijn: machtsafstand, onzekerheidsvermijding, masculiniteit vs. femininiteit, individualisme vs. collectivisme, langetermijn- vs. kortetermijngerichtheid, en toegeeflijkheid vs. terughoudendheid.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Waarom is de opvatting dat leiderschap cruciaal is voor succes soms misleidend?

A

Leiderschap wordt vaak overschat; succes of falen wordt snel aan leiders toegeschreven, terwijl factoren zoals teamdynamiek en de marktomgeving ook een grote rol spelen.