T6 H10 - Groepen en teams Flashcards

1
Q

Wat zijn de voordelen van groepsbesluitvorming in organisaties?

A

Groepsbesluitvorming kan efficiënter en effectiever zijn, vooral bij complexe taken, omdat het de kennis en vaardigheden van meerdere personen combineert.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Welke variabelen beïnvloeden groepsbesluitvorming?

A

Groepssamenstelling, groepscohesie, groepsnormen en -waarden, groepsgrootte, en communicatiestructuur zijn variabelen die de effectiviteit van groepsbesluitvorming beïnvloeden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is sociaal meeliften en hoe kan het worden verminderd?

A

Sociaal meeliften gebeurt wanneer groepsleden minder inspanning leveren omdat ze denken dat anderen de taak wel zullen volbrengen.

Sociaal meeliften kan worden verminderd door kleinere groepen te vormen en duidelijke doelen te stellen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is het sucker-effect?

A

Het sucker-effect treedt op wanneer groepsleden hun inspanningen verminderen omdat ze denken dat anderen profiteren van hun werk zonder zelf bij te dragen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is groepsdenken, en hoe kan het worden verminderd?

A

Groepsdenken is een fenomeen waarbij de wens naar unanimiteit en consensus binnen een groep groter is dan de behoefte aan een realistische evaluatie van alternatieven, wat kan leiden tot slechte beslissingen.

Groepsdenken kan worden verminderd door een onpartijdige leider aan te stellen, een “advocaat van de duivel” in te schakelen, en externe experts te betrekken bij de besluitvorming.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is groepspolarisatie, en hoe kan het worden tegengegaan?

A

Groepspolarisatie treedt op wanneer groepen extremere beslissingen nemen dan individuen alleen zouden doen, doordat groepsleden elkaars standpunten versterken.

Teams kunnen groepspolarisatie vermijden door diverse meningen te stimuleren, homogeniteit te vermijden, en een cultuur van open discussie en respect voor verschillende standpunten te bevorderen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Hoe kan een minderheid invloed hebben op groepsbesluitvorming?

A

Minderheden kunnen invloed hebben door consistentie, zelfvertrouwen, en onafhankelijkheid, en kunnen creatief denken stimuleren door alternatieve perspectieven te bieden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is in-group bias volgens de sociale-identiteitstheorie?

A

In-group bias houdt in dat mensen geneigd zijn om de eigen groep te bevoordelen ten opzichte van andere groepen, om zo een positief zelfbeeld te behouden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is het verschil tussen een team en een groep?

A

Een team heeft specifieke kenmerken zoals gezamenlijke doelen en gedeelde verantwoordelijkheid, terwijl een groep vaak minder gestructureerd is en geen gemeenschappelijk doel heeft.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat zijn de belangrijkste kenmerken van een effectief team?

A

Effectieve teams hebben goede communicatie, taakcoördinatie, gelijke bijdragen, wederzijdse steun, betrokkenheid, en samenhang.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat zijn de negen teamrollen van Belbin?

A

De teamrollen van Belbin zijn: coördinator, vormgever, planner, monitor/beoordelaar, uitvoerder, afronder, resource investigator, teamspeler, en technisch specialist.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Welke vier fasen doorloopt een team volgens Tuckman?

A

De vier fasen zijn: forming (kennismaking), storming (conflictfase), norming (normering), en performing (prestatiefase).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat zijn de voor- en nadelen van diversiteit in teams?

A

Diversiteit kan leiden tot creativiteit, innovatie en betere probleemoplossing, maar kan ook leiden tot conflicten en communicatieproblemen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat zijn drie perspectieven op diversiteit in teams?

A

Drie perspectieven op diversiteit zijn:

Integration-and-learning-perspectief (diversiteit als bron van nieuwe kennis en perspectieven), access-and-legitimacy-perspectief (diversiteit als middel om toegang te krijgen tot een diverse markt), en discrimination-and-fairness-perspectief (diversiteit als ethisch en moreel vraagstuk).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat is het IPO-model en hoe werkt het?

A

Het IPO-model (Input-Proces-Output) beschrijft hoe teaminputs zoals teamgrootte en taakstructuur processen zoals communicatie beïnvloeden, wat uiteindelijk de output, oftewel teamresultaten, bepaalt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Hoe verschilt het IMOI-model van het IPO-model?

A

Het IMOI-model (Input-Mediator-Output-Input) voegt mediërende factoren zoals vertrouwen toe en benadrukt de terugkoppeling tussen output en nieuwe input, wat helpt bij het verfijnen van toekomstige teamprocessen.

17
Q

Wat zijn teambuilding-interventies en waar richten ze zich op?

A

Teambuilding-interventies zijn activiteiten die gericht zijn op het verbeteren van samenwerking en prestaties door het versterken van cohesie, communicatie en interpersoonlijke relaties binnen het team.