Practicum 6b - Gezelschapsdieren Flashcards
Signalement rijtje
Diersoort Ras Geslacht Leeftijd Kleur en aftekeningen Bijzondere kenmerken
Leeftijdsschatting hond
- Gedrag dier
- Bouw dier
- Vachtkleur en type
- Bespiering
- Gebit.
Melkgebit (witter, kleiner, spitser, ander tandvolume) of afslijting. Bij afslijting: snijtanden in onderkaak bekijken, afslijting begint bij de mediale snijtanden en wordt zichtbaar doordat het middelste lobje gaat slijten (1.5 jaar). Tandsteen vormt na 2 - 2.5 jaar (mede afhankelijk van voedsel). Terugtrekken van tandvlees en uitval elementen op nog latere leeftijd - Oog. Seniel lenscataract (staar) op leeftijd van 6 à 7 jaar
Anamnese rijtje
- Iatrotrope probleem
- Algemene informatie over functioneren dier
- Leefomstandigheden
- Voorgeschiedenis
Algemene indruk rijtje
Doel: snel registreren van uitingen van algeheel ziek zijn
- Gedrag en bewustzijnsniveau
- Houding en gang
- Voedingstoestand
- Verzorgingstoestand (vacht)
- IHOKSA
Hoe beoordeel je de voedingstoestand van de hond?
Hoeveelheid vet en bespiering bekijken door inspectie en palpatie.
Ribwand: bij veel vet slecht onderscheid van ribben. Buikomvang is belangrijk voor bepaling van vet. Bij bespiering kijken naar kop spinae scapulae en lumbale gebied. Uitsteeksels van wervels worden gebruikt als maat voor bespiering (rug)
Waar kijk je naar bij het bepalen van de verzorgingstoestand van de hond?
Wel of geen ooguitvloeiingen, aanwezigheid van tandsteen, veranderingen in oen en vacht. Let bij vacht op type, conditie en eventuele ongerechtigheden. Bekijk ook hoornige structuren (nagels)
Rijtje ademhaling gezelschapsdier
- Diepte
- Type
- Ritme
- Frequentie
Rijtje pols gezelschapsdier
Kwaliteit, Ritme, Uitval, Symmetrie, Frequentie
Kwaliteit: equaliteit, vulling, vorm, kracht (amplitude)
Waarop moet je letten bij temperaturen?
Staarttonus Reinheid perineum Stand anus Anusreflex Tonus recti Aanklevende feces Temperatuur zelf
Waar let je op bij het controleren van de vacht?
Type,
Algemene en lokale inspectie
Conditie
Bij het beoordelen van de conditie kijk je naar kleur, glans, glad, aaneengeslotenheid, dichtheid, alopecia, losse haren, afgebroken haren, ongerechtigheden. Doe met kniepincet
Waar let je op bij het beoordelen van de huid?
Geur, kleur, temperatuur
Turgor: dikte, oplichtbaarheid, vochbalans, sensibiliteit, elasticiteit
Bloedingen, laesies, oedeem
Waar controleer je de kleur van de huid?
Aan de oorschelpen. Hier is vaak minder beharing aanwezig. Ook de liezen kunnen worden gebruikt
Waarop beoordeel je de hoornige structuren?
Overgang huid-hoorn Grootte Vorm Kleur Pijnlijkheid Aard van Oppervlakte
Waar beoordeel je de turgor bij de hond?
Ter hoogte van de 10e rib. Daar pak je een verticale huidplooi. Deze moet binnen een halve seconde verstrijken
Hoe heten de extra klauwtjes van de hond voor en achter?
Voor: duimpjes
Achter: Hubertus klauwtje