Oogstoornissen Flashcards
Nervus Oculomotorius (N III)
Innervatie spieren: Musculus rectus medialis, Musculus rectus superior, Musculus rectus inferior, Musculus obliquus inferior.
Extra functies:
M. levator palpebrae superioris → Optrekken bovenste ooglid,
M. sphincter pupillae → Pupilreflex,
M. ciliaris → Lens boller of vlakker maken
Nervus Trochlearis (N IV)
Innervatie spier: Musculus obliquus superior
Nervus Abducens (N VI)
Innervatie spier: Musculus rectus lateralis
Pupilreflex - Neuronen!
4 neuronen
1. Afferent: Retinale ganglioncellen → Nervus opticus → Chiasma opticum → Pretectale nucleus; 2. Interneuron: Pretectale nucleus → Nucleus Edinger-Westphal (verbonden vai posterieure commissuur)
3. Preganglionaire vezels (PS): via n opticus → Ganglion ciliare
IL en CL -> L en R oog met elkaar verbonden
4. Postsynaptisch (PS): Korte ciliaire zenuwen → M. sphincter pupillae
Pupilreflex - Reflexen
Directe reflex: Pupil van belicht oog contraheren; Consensuele reflex: Andere pupil contraheren
Pupilreacties bij verstoringen
Altijd IL en CL reflex nagaan
Afferente verstoring: Ipsilaterale en contralaterale reflex gestoord
Efferente verstoring: Ipsilaterale reflex afwezig, contralaterale reflex intact of omgekeerd
Autonome innervatie pupil - PS
Pupilconstrictie
Autonome innervatie pupil - OS
Pupildilatatie = mydriase
Near Response
Door PS Convergentie, Pupilconstrictie, Bulging lens (M. ciliaris)
Near Response Pathway
Afferent: Retina → Corpus geniculatum laterale (1ste synaps) → Occipitaalkwab (2de synaps);
Efferent: occipitaalkwab → mesencephalon
- Nucleus Edinger-Westphal → M. ciliaris + M. sphincter pupillae
- Convergentiecellen (in formatio reticulari) → M. recti mediales → fiwatie van voorwerp op de fovea
Pupilconstrictie - Triggers
Lichtinval, Accommodatie
Pupilconstrictie - Pathway
- Door accommodatie of lichtinval (+++)
- ‘Light-near dissociation’ → niet reageren op licht wel op accomodatie
o Opticuslijden
o Aantasting dorsaal mesencefalon (vezels van occiputaal kwab liggen anterieur → intact)
• Neurosyfilis: Argyll Robertson pupil
• Idiopathische aantasting parasympathisch ganglion ciliare: Adie tonische pupil
Pupil licht reflex Licht: Retina → Pretectale nucleus → Nucleus Edinger-Westphal → ganglion ciliaire → M. sphincter pupillae
Accommodatie: Retina → corpus genicultum laterale → Occipitaalkwab → Nucleus Edinger-Westphal → ganglion ciliare → M. ciliaris
Far Response - Mechanisme
- In rust ligt lensfocus op ca. 1 meter
o Tonische activiteit m. ciliaris - Om te focussen op object op afstand
o Relaxatie m. ciliaris → vlakkere lens
o Inhibitie m. sphincter pupillae en activatie m. dilator pupillae
o Sympathicus - Centrale vezels vanuit hypothalamus → pons en medulla oblongata
- Synaps met preganglionaire vezels in ventrale wortel T1 → truncus sympathicus tot bovenste cervicale ganglion
- Synaps met postganglionaire vezels langsheen A. carotis interna en externa
- 2 spieren activeren
o M dilatator pipulae
o Spiertje van Müller → klein spiertje dat ook het bovenste ooglid gaat optrekken
Lange pathway → overal kunnen problemen optreden = HORNER SYNDROOM
Relaxatie M. ciliaris → Vlakkere lens, Inhibitie M. sphincter pupillae, Activatie M. dilator pupillae (OS)
Far Response - Pathway
Hypothalamus → Pons → Medulla → T1 → Ganglion cervicale → A. carotis interna → Oogspieren
Horner Syndroom - Symptomen
Ptose (paralyse M. Müller), Miose (kleinere pupil), Anhidrose (verminderd zweten), Normale lichtreacties