Norsk Funksjoner Av Språket 15 Flashcards
1
Q
Lang geleden!/Dat is een tijd geleden!
A
Lenge siden sist!
2
Q
een gebeurtenis
A
en begivenhet
3
Q
De vakantie was rijk aan gebeurtenissen
A
Ferien var begivenhetsrik
4
Q
….. mag ik wel zeggen/ ….. kan je wel zeggen
A
….. mä man si
5
Q
het meest, meestal
A
for det meste
6
Q
Dat is mooi!
A
Det var bra
7
Q
Ik was geschokt over
A
Jeg ble rystet over
8
Q
Houden van, dol zijn op
A
Ä vaere glad i …..
9
Q
Ik hou nogal van …..
A
Jeg er svaert glad i …..
10
Q
Beteugelen, intomen
A
Ä dempe ned
11
Q
Ik moest ….. intomen
A
Jeg mätte dempe ned …..
12
Q
meemaken
A
ä vaere ute for
13
Q
Ik heb iets vreemds meegemaakt
A
Jeg var ute for noe merkelig
14
Q
Ik heb iets vreemds beleefd
A
Jeg opplevde noe merkelig
15
Q
Je ziet er wat kinderlijk uit
A
Du ser litt barnlig ut