Nederlands woordjes, 6.3,6.4,6.5 Flashcards
actueel
op dit moment belangrijk
althans
tenminste
argument (het)
reden die aantoont dat een standpunt klopt
citaat (het)
letterlijke herhaling van wat iemand anders geschreven heeft
communicatiemiddel (het)
middel dat gebruikt wordt om een boodschap over te brengen, zoals krant,radio,tv,internet
confidentie (de)
vertrouwelijke mededeling
cookie (het)
tekstbestandje dat een website op de harde schijf van je computer zet als je die site bezoekt
criticus (de)
iemand die in kranten en tijdschriften zijn oordeel geeft over nieuwe films,boeken of concerten
cultiveren
bebouwen,verdelen,verfijnen
definiëren
nauwkeurig een begrip of woord omschrijven
deiversiteit (de)
het verschillend zijn
domein (het)
gebied,bevoegdheid
ethiek (de)
geheel van het principes op het gebied van het juiste handelen
experiment (het)
proef om iets uit te proberen
fungeren
dienen
iniatief (het)
eerste stap om tot iets te komen
innovatie (de)
(technische) nieuwsgierigheid
innoveren
nieuwe producten,technieken of methoden gaan gebruiken
integriteit (de)
eerlijkheid,objectiviteit
lead (de)
vetgedrukte inleiding in nieuwsbericht
letsel (het)
verwonding
marketing (de)
en plan maken om een product zo goed mogelijk te verkopen
maximum (het)
hoogste, uiterste
mediatycoon (de)
rijke eigenaar van grote media
nettiquette (de)
gedragsregels op internet
nevenactiviteit (de)
bijkomstige activiteit
objectief
feitelijk, iemand die alleen op de feiten let
omroepbestel (het)
manier waarop de omroepen zijn ingericht
onderkop (de)
ondertitel in de krant
opgaan
gelden, van toepassing zijn op, opnemen in
privacy (de)
mogelijkheid om alleen te zijn zonder gestoord te worden en zonder dat anderen je kunnen bespieden of afluisteren
producent (de)
iemand die iets maakt,producer
provider (de)
bedrijf dat toegang tot telefoon-en internetverkeer verzorgt
recensie (de)
tekst in een krant of tijdschrift waarin een auteur een beoordeling geeft van nieuwe films,boeken of concerten
redactie (de)
groep van personen die de inhoud van een publicatie bepaalt
respondent (de)
iemand die antwoordt op een schriftelijke vragenlijst
scoretest (de)
test die meetbare resultaten oplevert
server (de)
centrale computer van een computersysteem
smoren
(ver)stikken,zachtjes gaar laten worden
standpunt (het)
mening over een stelling waarvan je iemand anders wilt overtuigen
stimulans (de)
prikkel die iemand aanspoort of iets bevordert
subjectief
gekleurd door iemands mening,iemand die vooral uitgaat van zijn gevoel en intuïtie
te weten
namelijk
theorie (de)
(niet praktische kennis),grondregels van een wetenschap
valkuil (de)
kuil om dieren in te vangen,moeilijkheid maar mensen makkelijk door misleid worden
weblog (de)
dagboek op internet
wedijveren
iemand proberen te overtreffen
zendgemachtigde (de)
omroep
aanleiding (de)
toestand of gebeurtenis die leidt tot een andere gebeurtenis
aansluiting (de)
verbinding, overstapmogelijkheid
anorexia (de)
ziekte waarbij je niet wilt eten