MTE1 - Farmacotherapie bij Oedeemvorming Flashcards

1
Q

Wat wordt er in de proximale tubulus geresorbeerd?

A

Het grootste deel van het gefiltreerde water en natrium (ca 65%), en tevens meer dan 90% van het bicarbonaat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Hoe wordt natrium gereabsorbeerd in de proximale tubulus?

A
  • Actief transport
  • Co-transport met glucose en aminozuren
  • Passieve diffusie
  • Na/H-antiporters
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Natrium-ionen bewegen met de concentratiegradiënt mee de cel in. Wat onderhoudt deze gradiënt?

A

De natrium/kalium ATPase aan de basolaterale zijde van de cel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Hoe wordt H+<?sup> gevormd in de tubuluscellen?

A

H+-ionen worden in de
tubuluscellen gegenereerd door koolzuuranhydrase (KA), dat uit koolzuur en water uiteindelijk H+ en HCO3- vormt. In het lumen van de proximale tubulus vindt de omgekeerde reactie
plaats onder invloed van KA, waardoor het aanwezige H+ en HCO3-omgezet wordt in koolzuur en
water, dat weer kan diffunderen in de richting van de tubuluscellen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat wordt er geresorbeerd in het afdalende deel van de lis van Henle?

A

In dit deel van de lis van Henle worden geen elektrolyten geresorbeerd. Er is absorptie van water naar het interstitium van de hypertone merg. Er is een concentratie van elektrolyten in het lumen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Overzicht processen in de proximale tubulus

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat wordt er geresorbeerd in de opstijgende, dikwandige lis van Henle?

A

Hier wordt 25% van het gefilterde natrium geresorbeerd, maar geen water. Ook is er actief co-transport van natrium, kalium en chloride ionen d.m.v. Na+/K+/2Cl--symporters.
Hierdoor wordt de voorurine hypotoon

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat wordt er in de distale tubulus geresorbeerd?

A

Circa 10% van het gefiltreerde natrium. Er is co-transport van Na+ en Cl-. Het epitheel van de distale tubulus is impermeabel voor water, waardoor de voorurine nog sterker hypotoon wordt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat gebeurt er in de verzamelbuis (en het laatste deel van de distale tubulus)?

A

In de verzamelbuizen wordt nog tot 5% van het gefiltreerde natrium geresorbeerd. K+- en H+-ionen worden uitgescheiden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Welke ionen bewegen er over de hoofdcellen?

A

In de hoofdcellen (principal cells) bewegen Natrium-ionen met de concentratiegradiënt mee de cel in. De Na+/K+-ATPase aan de basolaterale zijde onderhoudt deze gradiënt (net als in de proximale tubulus). De excretie van K+-ionen naar het lumen toe (via K+-kanalen) wordt aangedreven door de negatieve potentiaal over het epitheel.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Welke ionen bewegen er over de schakelcellen?

A

In schakelcellen (intercalated cells) faciliteert dezelfde negatieve potentiaal ook de excretie van H+-ionen door de H+-ATPase. De uitscheiding van H+-ionen aldaar wordt mogelijk gemaakt door koolzuuranhydrase. Daarnaast worden in de schakelcellen K+- en H+-ionen uitgewisseld door H+/K+-ATPasen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat heeft een verhoogde aanvoer van natrium voor gevolg in de verzamelbuizen?

A

Het verhoogt in principe de excretie van K+-ionen (en evt. H+-ionen door uitwisseling van H+- en K+-ionen), omdat er meer natrium
geresorbeerd zal worden. Dit zorgt ervoor dat de toepassing van bepaalde diuretica in sommige gevallen kan leiden tot overmatig verlies van K+- en H+-ionen met als gevolg hypokaliëmie en metabole alkalose

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat doet aldosteron in de verzamelbuizen?

A

Aldosteron, geproduceerd in de bijnierschors (mineralocorticosteroïd), kan in de verzamelbuizen natrium- en waterretentie induceren (en zodoende K+-excretie) door o.a. natrium kanalen te activeren en het aantal Na+/K+-ATPasen aan de basolaterale zijde te verhogen (synthese ↑).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q
A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly