HC02/3 - Nierfunctie Flashcards
Uit welke onderdelen bestaat excretie?
Excretie = filtratie - reabsorptie + secretie
Welke vaten zorgen voor de bloedvoorziening bij filtratie?
- Afferente arteriole
- Glomerulus
- Efferente arteriole
Welke vaten zorgen voor de bloedvoorziening bij reabsorptie en secretie?
Peritubulaire capillairen
Welke vaten zorgen voor het concentrerend vermogen van de nieren?
De vasa recta
Hoeveel van de gefilterde hoeveelheid vocht wordt er uitgescheiden?
Minder dan 1%
Welke waardes zijn belangrijk bij de filtratie?
- Renale plasma flow (RPF)
- Glomerulaire filtratiesnelheid (GFR)
- Filtratiefractie (FF, GFR/RPF)
Wat is de renale plasma flow?
Wat er aan plasma door de nieren stroomt
Wat is de glomerulaire filtratiesnelheid?
Het deel van het plasma dat door de glomerulus gefilterd wordt
Hoeveel bloed gaat er per minuut in rust door de nieren?
1.1 L/min
Hoe wordt PAH door de nieren gefilterd?
Een deel wordt gefilterd, en de rest wordt volledig gesecreteerd. Er blijft niks achter in het bloed.
Wat is de klaring?
De hoeveelheid plasma (ml) die per tijdseenheid (min) van een bepaalde stof kan worden ontdaan.
Wat is de formule van de klaring?
Waar is de klaring van PAH een maatstaf voor?
Voor de RPF, omdat alles uitgescheiden wordt
Wat is de filtratiefractie?
De filtratiefractie is de fractie die gefiltreerd wordt van het totaal aan vloeistof dat het filter in gaat. Over het algemeen is dat 20%
Wat is er speciaal aan de endotheelcellen in de glomerulus?
Die zijn gefenestreerd, waardoor ze veel meer dan normale capillairen kunnen doorlaten.
Wat doen de podocyten die om de glomerulus heen zitten?
Het zijn voetvormige uitlopers die een soort filter vormen
Waar is de GFR van afhankelijk?
- Oppervlakte
- Permeabiliteit
- Starling krachten