Loopbanen week 6 Flashcards
Donald Super (1910)
1 van de belangrijkste theorieën over loopbaanontwikkeling in de 20ste eeuw
The psychology of Career (1957)
- 16 stellingen over:
- Binnen iemands loopbaan speelt de persoon 8 verschillende sociale rollen
- Mensen hebben verschillende beroepskenmerken
5 fasen in loopbaanontwikkeling volgens Super
- groei 0-14
- exploratie 15-24
- opbouw/vestiging 25-44
- handhaving 45-64
- loskomen 65+
Sterke kanten Super theorie
- ‘Common sense’ gedachte dat elke leeftijd andere uitdagingen met zich meebrengt
- Beter onderscheid in levensfase dan leeftijdsfase
Minder sterke kanten Super theorie
- Is het nu passend met onze dynamische arbeidsmarkt? niet echt
- Lijkt meer aan te sluiten bij loopbanen van mannen
- verminderde baanzekerheid
Loopbaan denken in de moderne tijd
- Geen statische benadering van loopbanen meer
- Nieuwe loopbaancompetenties zijn nodig
- Flexibele & zelf-georiënteerde kijk op je loopbaan
Wat is loopbaan denken NIET in de moderne tijd?
- (Alleen) werkgever is verantwoordelijk voor je loopbaan
- Beroepskeuze is eenmalig
- Voldoen aan verwachtingen van anderen
Loopbaansucces
- Niet meer een competitie-georiënteerde loopbaan: functieniveau, salaris etc. (objectieve kwalificaties)
- Maar wel een zelf-georiënteerde loopbaan: tevredenheid, gezondheid etc. (Subjectieve betekenisvolle doelen
Men moet employable zijn
- Knowing why
- Knowing how
- Knowing whom
- Nieuwe loopbaancompetenties -> aanpassingscompetenties
Knowing why
Wat wil je in je loopbaan bereiken?
Knowing how
Welke kennis/skills heb je daarvoor nodig?
Knowing whom
Wie kan je er bij helpen?
Aanpassingscompetenties van Savickas
- Concern
- Control
- Curiosity
- Confidence
- Concern
- Op een gezonde manier zorgen maken over de toekomst
- Fantaseren/dromen -> bewuste loopbaanacties en mental contrasting
Mental contrasting
Nadenken over de vraag welke factoren verwezenlijken van die fantasieën die in de weg staan