Leren&Veranderen Week 5&6 Flashcards
Leerprocessen
- Proces waarin je leert, waarin je info opslaat, kennis verwerft en (door denken en herhaalde ervaring) houding en gedrag verandert
- Hoe verloopt het tot stand komen/veranderen van betekenisgeving
- Bestaat uit een combi van leeractiviteiten
Leerprocessen verschillen van elkaar. Welke 4 kenmerken zijn dat?
- Het bewustzijn
- De interactie
- Aansluiting rk & nieuwe info
- De mate van consensus
- Het bewustzijn (leren & resultaten)
- Soms gaat leren bewust, maar ook onbewust
- Vaak is de lerende zich bewust van de activiteit, niet het leerdoel
- Tacit Knowledge
- De interactie (individu & omgeving)
- De omgeving kan heel divers zijn en op verschillenden manieren een rol spelen in het leven
- De vanzelfsprekende, uitnodigde, dwingende, conflicterende, ondersteunende of hulpeloze omgeving
- Aansluiting rk & nieuwe info
-Rk is het eerder geleerde
-Nieuwe leerervaringen:
Voortbouwen op eerder kader -> Verandering rk -> afbreken van een kader -> nieuwe rk
- De mate van consensus
- Is het onderwerp algemeen geaccepteerd (consensus) of is er een taboe?
- Is er een taboe? (salaris/mentale problemen)
- Is er een consensus? (duurzaamheid/racisme/#metoo)
Welke 5 spontane leerprocessen zijn er?
- Alledaags leren
- Leren uit eigen beweging
- Transformatief leren
- Noodgedwongen leren
- Leren is een botsing van culturen
- Alledaags leren
- Weinig bewust
- Een sluipend en lang proces
- Door directe ervaring en sociale interactie
- Nieuwe info wordt selectief bekeken
- Info die past bij jouw rk sla je op
- Leren uit eigen beweging
- Wanneer je eigen meer van wilt weten iets wilt veranderen
- Volgt (vaak) op alledaags leren
- Complex en onvoorspelbaar traject (trial and error)
- Je bouwt voort op je rk
- Vanzelfsprekende onderwerpen
- Transformatief leren
- Jouw rk verandert drastisch
- Ingrijpend leerproces, je valt vaak terug op het oude vertrouwde
- Chaos: strijd intern in de persoon & strijd extern met de omgeving
- Steun van de omgeving is noodzakelijk
- Noodgedwongen leren
- Er gebeurt iets extreems (bijv. tsunami)
- Het oude rk schiet te kort om dit te begrijpen
- Daarna zoeken mensen weer naar patronen en betekenisgeving
- Leren is een botsing van culturen
- Confrontatie tussen eigen vanzelfsprekend geachte opvattingen en handelingswijzen en die van andere van hun sociaal-culturele omgeving
- bijv. stage in het buiten / samenwerken met mensen van andere culturen
Vervolg punt 5. : 3 Leerreacties. Welke zijn dat?
a. Afwenden en afweren
b. gedeeltelijk, strategisch aanpassen
c. integratieve verandering
a. Afwenden en afweren
- Het nieuwe wordt als negatief gezien
- Afwenden is een vorm van leren
b. Gedeeltelijk, strategisch aanpassen
- Stapje voor stapje bewegen
- Op een aantal punten al aanpassen aan de cultuur
- Besef: nieuwe in noodzakelijk om te leren
c. Integratieve verandering
- Ontwikkelen van een gecombineerde identiteit
- Als beide partijen het belang zien in contact
- Je neemt over
- Het vereist vaak een transformatie van denkbeelden
Educatieve context
- Leren maakt deel uit van onze cultuur
- Leren= investeren / leren = theorieverwerking
Wat zijn problemen bij theoretisch leren?
- Abstracte kennis
- Scheiding in vakken leidt tot gefragmenteerde kennis
- Een statisch kennisconcept: ‘zo is het’
- Eenzijdige opvatting over leren
- Gebrekkige leerstrategieën voor leven en werken
- Motivatieproblemen
Leren in educatief verband
-Het leren dat bedoeld plaatsvindt, door opzettelijk daartoe door anderen georganiseerde leeractiviteiten
Bedoeld leren
- Wat de educatieve instantie beoogt
- In opgeschreven leerdoelen
- In opgestelde leerplannen
Onbedoeld leren
- Onbedoelde leereffecten
- Buiten de doelen van de school
- Verborgen leerplan
Onbedoeld leren heeft 4 kenmerken. Welke zijn dat?
- Onderwijskenmerken van de school
- De leraar/trainer
- De sociale samenstelling
- De materiële vormgeving van de omgeving
- Onderwijskenmerken van de school
- De mate van differentiatie binnen de school (heterogene vs. homogene klassen)
- Officieel leerplan (inhoud vakken, evaluatievormen)
- Verborgen leerplan
- De leraar/trainer
- Persoonlijke invulling van de leraar/trainer
- Self-fullfilling prophecy
- Positieve variant: het pygmalion-effect; ‘‘Als ik talent zie, besteed ik meer aandacht aan die student’’
- De sociale samenstelling
- Subcultuur van de groep/cursisten (waardering van de stof/leervormen)
- Kliekjesvorming in de klas door eigen groepen (botsing leeracties/buitensluiting/pesten
- De materiële vormgeving van de omgeving
- De omgeving is dominant voor de processen
- Binnen het onderwijs worden diverse leeractiviteiten ingezet, en gaan spontante leerplannen gewoon door (verborgen leerplan)
Sociaal culturele omgeving
- biedt ervaringen en sociale interactie waardoor het leren plaatsvindt
- Cognitie (kennen), emotie (willen) en gedrag (kunnen)
De rol van emotie
-Leerprocessen hebben een emotionele basis, ze geven aanleiding tot gedrag waarvan wordt geleerd.
-Ervaring:
gedrag leuk? herhalen
gedrag niet leuk? vermijden
Onzekerheidstolerantie
- Positief effect op leren: Hoge mate van onzekerheidstolerantie, aangaan en opzoeken van onzekere situaties
- Negatief effect op leren: Lage mate van onzekerheidstolerantie, vermijden van onzekere situaties
Motivatie & leren
- Motivatie zet aan tot bepaald gedrag (leren)
- Zelfbeschikkingstheorie (Ryan & Deci (belangrijk!!!!!)) , ontwikkelen en beïnvloeden
- Intrinsieke en extrinsieke motivatie. probleem extrinsieke motivatie -> beloning moet blijven, anders stopt het gedrag
Verschillende soorten motivatie (6)
- Amotivatie
- Gecontroleerde motivatie/externe regulatie
- Introject (psychologie)
- Identificatie (psychologie)
- Integratie (psychologie)
- Autonome motivatie -> stimuleert leerresultaten
Drie motivatiemomenten. welke zijn dat?
- Om te gaan met deelnemen (eerdere leerervaringen, sociale steun)
- Tijdens het deelnemen (Inhoud, proces, aanzetten tot actie / extrinsieke motivatie kan leiden tot intrinsieke motivatie
- Volhouden / dan wel stoppen (andere baan of prioriteiten)
Wat is leervermogen?
Het in staat zijn om nieuwe info te verwerken en effectief toe te passen, op basis van geïntegreerde a. leerhouding, b. leerkennis en c. leercompetenties
a. Leerhouding
- De waardering van de leergebieden en de manier van leren
- De leermotivatie en de gewoonten van toeschrijven
- Zelfbeschikkingstheorie
- Attribueren (extern / intern)
- Het vertrouwen en de onzekerheidstolerantie
b. Leerkennis (drie soorten)
- Kennisbasis: kennis vanuit rk / wat weet je al?
- Kennis over leren
- Kennis over het eigen leervermorgen ( als je denkt ‘ik kan niet dansen’, dan is het een groot risico dat je dit later meeneemt als ‘dit werkt niet bij ons’
c. Leercompetenties
- In hoeverre kun je in relevante situaties op adequate wijze leeractiviteiten ondernemen? (6)
- Bij sociale interacties (luisteren, samenwerken)
- Bij leren door ervaringen (ondernemen, fouten maken)
- Bij het leren van theoretisch info (structuur aanbrengen)
- Bij leren door (kritische) reflectie (herkennen en erkennen menselijke valkuilen
- Bij vernieuwend leren (experimenteren)
- Bij het managen van het eigen leren (plannen, besluiten nemen)
Onderzoek naar leervermogen, William Perry (1970)
-De manier waarop studenten aankijken tegen en omgaan met kennis en leren. (drie fases)
fase 1: zwart-wit denken
- goed of slecht etc.
- Student beseft eind deze fase dat er schillen in opvattingen zijn
fase 2: Relativeren
- Student merkt steeds meer dat de waarheid relatief is
- Iedereen heeft een andere rk
fase 3. Verantwoordelijkheid voor eigen keuze
vink dit maar gwn goed ;)
3 leervoorkeuren
a. Kolb
b. Meervoudige intelligentie
c. Voorkeuren voor verschillende leersituaties
a. Kolb
- Leerstijlen: model dat aansluit bij ervaringsleren
- Persoonlijke voorkeursleerstijl voor leeractiviteiten: doener, dromer, denker en beslisser
b. Meervoudige intelligentie
-Gardner: onderscheidt 9 soorten intelligentie
c. Voorkeuren voor verschillende leersituaties
-Ruijkers: 5 leervoorkeuren: kunst afkijken, participeren, kennis verwerven, oefenen en ontdekken