Les 1: Inleiding Flashcards

1
Q

Wat is een oude definitie van de markt?

A

Publieke plaats waar mensen elkaar ontmoeten, clear communication.

Vele markten, waar mensen in dichte communicatie met elkaar konden onderhandelen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Hoe zien we een markt nu?

A
  • Markt is vooral een proces, het is niet statisch ergens waar vraag & aanbod elkaar ontmoeten, eerder een proces = dynamisch.
    • Gaat veel meer over proces: interactie tussen de acties van verschillende individuen.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat willen we weten van de markt?

A
  1. Hoe komen we op die markt? Hoe krijgen we toegang? Hoe breken we in, zeker als mensen ons tegenhouden?
  2. Hoe moeten we ons gedragen op die markt? Wat mogen we en wat niet? We mogen meer als we klein zijn dan als we dominant zijn.
  3. Is het mogelijk om de markt te sturen? Dit is dan het deel staatssteun.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is vrije mededinging vanuit perspectief gedrag economische actoren en vanuit marktstructuur?

A
  1. Perspectief gedrag van economische actoren: rivaliteit & autonomie
  2. Perspectief marktstructuur: vrije macht staat tegenover monopoliemacht
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Willen we rivaliteit in een markt?

A
  • Rivaliteit leidt tot meer innovatie, maar té veel rivaliteit kan ook innovatie fnuiken en kan té veel worden = er moeten ook grenzen zijn aan de rivaliteit.
  • Risico van sociale exclusie.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is de definitie van mededinging als autonomie?

A
  • Op het moment dat u zich niet meer vrij voelt om de prijs te bepalen → teken dat de vrije mededinging in gevaar is = impact op het recht.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is de meerderheidsvisie van mededinging?

A
  • Mededinging als het tegenovergestelde van monopolies.
  • We willen vrije mededinging voor:
    • Efficiënte allocatie van schaarse middelen
    • Afkeer van monopolies: deadweight loss (netto verlies voor samenleving) en minder innovatie
  • Ook afkeer van monopolies om politieke redenen:
    • Afkeer monopoliewinsten voor inkomensverdeling
    • Geen sympathie voor machtsconcentratie: decentralisatie
    • We willen EU marktintegratie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is de link tussen vrije mededinging en de interne markt?

A
  • Interne markt wordt beoogd zonder binnengrenzen dus dan niet ineens toestaan om de markten opnieuw te verdelen volgens nationale grenzen = het nuttig effect van marktintegratie behouden!
  • Vrije mededinging = deel van de interne markt, afschaffen van binnengrenzen.
  • Europa: afkeer gebaseerd op de interne markt = we willen geen concentratie van macht.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Waarom mededingingsrecht volgens Europese Commissie?

A
  • Consumentenwelvaart verhogen: men gaat dit niet-individualistisch bekijken maar eerder aggregate consumer welfare.
    • Nu gaat men naar meer kijken dan enkel en alleen consumentenwelvaart: bv. Facebook/Whatsapp Merger
  • Men gaat ook andere doelen willen behalen via het mededingingsrecht
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is de enge en ruime interpretatie van consumentenwelvaart?

A
  1. Enge: laagste prijs = meest consumentenwelvaart
  2. Ruime interpretatie = Ook consumer choice: het moet de innovatie vrijwaren.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Waarom is de manier waarop we consumentenwelvaart definiëren relevant?

A
  • Dit heeft rechtstreeks de uitkomst van mededingingszaken beïnvloedt.
  • Merger Facebook & Whatsapp: EC zei: geen privacy en geen mededinging dus je moet naar Data Protection en dus nationale autoriteiten = veel minder sterk!
    • Wel nog een boete omdat ze wel de gegevens hebben samengevoegd.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat was de Merger Bayer & Monsanto?

A
  • Ging over digitale landbouw –> vraag aan EC om dit tegen houden voor de voedselveiligheid: EC zegt: dit is geen mededingingsrecht want de merger zorgt voor lagere prijzen -> merger helpt.
  • Dit is de visie van de Commissie, niet per se de enigste mogelijke visie.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat was de Intel zaak?

A

Intel chipmaker: exclusiviteitskortingen (exclusivity rebait): zo bond Intel de ene na de andere grote computermaker aan zich = Commissie zegt: schending van het Europese mededingingsrecht.

Dit mag als je een kleine speler bent, maar niet als je dominant bent = per se fout, Commissie hoeft zelfs niet te kijken naar het effect op de markt.

Visie Intel:

  • Mededingingsrecht gaat over consumer welfare en ik kan aantonen dat de prijs van de pc’s zijn gedaald door systeem exclusiviteitskortingen → kortingen worden doorgerekend aan de klanten.

Commissie zegt per se verkeerd dus ze moet er niet naar kijken, maar ze heeft er toch nog naar gekeken. Gerecht in Luxemburg: Commissie heeft gelijk en ze moest niet kijken naar de gegevens van Intel want het is per se verkeerd: heel veel tegenstand in de literatuur tegen dit arrest! Ook wat wishy washy omdat onduidelijk is of het nu per se verkeerd is.

  • Dit is een voorbeeld waarbij de doelstelling van mededinging effect heeft op uitkomst van de zaak: indien enkel kijken naar prijs dan zou het mogen. Maar per se verkeerd want exclusiviteitskortingen leiden tot minder keuze bij de consument.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Waarom hebben we regels over staatssteun?

A

Als een onderneming zegt: ik ga naar China → incentive om staatssteun om die in België te houden maar dan gaat die onderneming naar Frankrijk en daar ook geld vragen = comparatief nadeel in vergelijking met België = belastinggeld geven.

Europese staatsteunregels = zelfdicipline tussen de lidstaten zodat die naar Brussel kunnen wijzen om geen staatssteun te moeten geven = collectief nee zeggen tegen het verspillen van belastinggeld.

Er zijn wel uitzonderingen waarom wel staatsteun mag.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Is mededinging een doel of een instrument?

A
  • Mededinging is geen doel maar een instrument om andere doelstellingen te bereiken.
  • Mededinging wordt gezien als instrument om doelstellingen van de EU te bereiken: vrede, welzijn, regionale ontwikkelingen,…
  • Geen absolute of volkomen competitie maar een workable competition = werkzame mededinging. Als we hogere doelen hebben = dan gaan we die primeren op de vrije mededinging:
    • Bv. milieu, regionale ontwikkeling, Onderzoek en ontwikkeling (O&O).
    • Ook belangrijke sociale correcties, beschermenv an diensten algemeen belang sociale uitsluiting
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat is het toepassingsgebied van mededinging: illustratie?

A
17
Q

Hoe werkt het toepassingsgebied van het Europees mededingingsrecht?

A
  • Toepassingsgebied zo breed mogelijk, maar met veel excepties en exempties of vrijstellingen = Indien er een hoger doel is (bv. coronavaccins) = opnieuw weg uit toepassingsgebied.
  • Wat overblijft: kleiner deel van sanctioneerbare praktijken = maar worden dan wel zeer hard gestraft! Nergens sancties zo hoog als voor inbreuken EU-mededingsrecht.
18
Q

Wat is private afdwinging bij Europees mededingingsrecht?

A
  • Na publieke boete van de Europese Commissie → private afdwinging = schadeclaims door individues: art. 101, lid 2.
  • In ergste gevallen zelfs gevangenisstraf door het feit dat je valsheid in geschrifte hebt gepleegd = sanctioneerbare praktijk.
19
Q

Wat is het toepassingsgebied van de rule of reason?

A

Amerikaanse model: 🇺🇸 geen groot toepassingsgebied maar daar breng je onder het toepassingsgebied van het mededingingsrecht = datgene waar het anti-competitieve groter is dan het pro-competitieve = afweging maken, niet in het stadium van de excepties maar in het stadium van het toepassingsgebied.

“Procompetitive outweights the anticompetitive”

Zelfde resultaat: maar de manier waarop je er geraakt is totaal verschillend. Minder red tape maar Europees systeem voordeel dat we alles zien.

20
Q

Wat zijn de bronnen van het EU mededingingsrecht?

A
  1. Primaire wetgeving: verdragen (VWEU & Handvest) en Concentratieverordening (gebaseerd op VWEU)
  2. Secundaire wetgeving:
    • Raad en Commissie: bv. Transparantierichtlijn
  3. Commissiebeschikkingen
  4. Arresten en beschikkingen Gerecht en Hof
  5. Nationale vonnissen en arresten
  6. Interpretatieve mededelingen, bekendmakingen, richtsnoeren, brieven,…
  7. Verslagen, groenboeken, witboeken,…
21
Q

Vinden we veel in de verdragen?

A
  • Weinig grote principiële belangen in de verdragen, elk recht een kost dus maar enkele grote belangen.

Artikel 101-109, uitzondering voor concentratiecontrole.

22
Q

Welke regelgeving hebben we op het vlak van EU mededingingsrecht?

A
  • Richtlijnen en verordeningen
    • Weinig met richtlijnen, vooral met verordeningen, dat is hard en laat geen ruimte voor verschillende meningen.
  • Beschikkingen:
    • Gericht tot het individu of een onderneming.
  • Soft law
    • Hier ga je eerst naar kijken: de minimis mededeling van de commissie, eerst naar de mededeling van de commissie over de boeteberekening = is in feite niet bindend maar kan bindend worden als het Hof van Justitie dit gaat toepassing in rechtszaken alsof het regels waren = grijze zone.
23
Q

Welke instellingen zijn van belang in het EU mededingsrecht?

A
  • Commissie: tweeledig model: hybride: Enkel de Europese Commissie is van belang, maken de regels, vaak zonder enige tussenkomst parlement. Vervolgens gaan ze de regels toepassen, zij gaan onderzoeken, huiszoekingen doen dus uw huis binnenvallen, zij gaan kijken of u zich wel heeft gehouden aan die verbodsbepalingen.
    • Ook de strafrechter want de sancties worden opgelegd door de Commissie.
  • Wel controle door Hof van Justitie, maar wel marginale controle (nagaan of EC heeft gehandeld zoals een redelijke normale administratieve overhid = geen redelijke controle)
  • Nationale mededingingsautoriteiten ook van belang.
24
Q

Hoe werkt de rechtsbescherming op het vlak van mededingingsrecht?

A

Dit is de kracht van het mededingingsrecht: 3 niveau’s:

Geen perfect horizontaal en verticaal systeem maar we gaan er naartoe.

25
Q

Wat zijn de 2 hiaten huidig systeem rechtsbescherming EU recht?

A
  1. Gebrek aan horizontale rechtstreekse werking van richtlijnen = als ik een individu ben, kan ik geen richtlijn inroepen tegen een ander individu (Faccini Dori enz.)
  2. Geen schadeclaim tegen ander individu op basis van het EU recht als ik vind dat het andere individu het EU-recht heeft geschonden.
26
Q

Hebben we horizontale rechtstreekse werking van richtlijnen?

A
  • Nee! Dit hebben we niet: Plaumann = standing voor individuen is niet zo goed ontwikkeld en het is dus niet eenvoudig om als gewoon individu u te richten tot het Parlement of de Commissie.
  • Gebeurt niet zoveel dat een lidstaat interageert tegen een andere lidstaat. Wat ook helemaal niet gebeurt: Europese instelling tov individu. EU zal zich eerst moeten keren tot de nationale overheid.
27
Q

Als ik als individu vind dat mijn buur het Europees recht schendt, kan ik dan schadevergoeding eisen?

A
  1. Francovich: Ja, ik kan dat tegenover een lidstaat. Maar je kan niet naar het EU recht, je kan naar het nationaal recht, maar niet op grond van EU-recht. Behalve in 1 domein: Europees mededingingsrecht.
  2. Courage vs. Creen: Je kan je als individu tot een ander individu richten en een schadevergoeding eisen, maar alleen voorlopig in het mededingingsrecht. Standing wordt heel breed geïnterpreteerd.
    • Er is maar 1 domein in het Verdrag waar het verdrag uitdrukkelijk zegt dat de instelling naar het individu mag komen om geld te eisen = boetes die rechtstreeks aan een onderneming wordten opgelegd.
28
Q

Wat is de band tussen het interne marktrecht en mededingingsrecht?

A
  • Eerder artificiële scheiding.
  • Interne marktrecht:
    • Geschreven voor het gedrag van lidstaten: ze mogen geen beperkingen opleggen aan het vrij verkeer van goederen.
  • Mededingingsrecht
    • Geschreven voor ondernemingen en hoe ze zich moeten gedragen op de markt.
    • Beschermt ook de interne markt
29
Q

Wat is de convergentie tussen interne marktrecht en mededingingsgrecht?

A
  • Meer en meer het toepassen van de 4 vrijheden op personen (=ondernemingen & individuen) = horizontalisering van de 4 vrijheden!
  • Omgekeerd ook: meer en meer het mededingingsrecht (zelfs kartelrechten voor ondernemingen) aan het toepassen op overheden.
  • Gevolg: 2 sets regels toepassen op zowel overheden & private ondernemingen. In het echte leven is er dus vaak een combinatie van beide!
30
Q

Wat is een voorbeeld van convergentie van intern marktrecht & mededingingsrecht?

A
  • Als je uw boek goedkoper op de markt wil brengen: zeggen dat het een systeem is van kartelafspraken maar lidstaten zijn slimmer geworden en doen het via een decreet, omdat je er zo vroeger niet meer aankon maar dat is nu niet meer het geval:
    1. Onderdelen van het mededingingsrecht worden nu ook aangevallen op het niveau van gedrag overheden
    2. Systeem aanvallen maar dan op grond van interne markt recht = vrij verkeer van goederen wordt belemmerd.
31
Q

Wat zijn de 5 takken van het mededingingsrecht?

A
  1. Restrictieve overeenkomsten en praktijken
  2. Misbruik van machtspositie
  3. Concentratiecontrole
  4. Staatssteun
  5. Openbare ondernemingen, diensten van algemeen economisch belang
  • Deze 5 takken zijn niet in isolatie maar in interactie
32
Q

Wat is tak I?

A
  • Tak 1: restrictieve praktijken art. 101
  • Klassieke kartelovereenkomsten
  • Ook onderlinge afgestemde feitelijke gedragingen = OAFG: een speler verhoogt prijs op de markt en tijdje later doet concurrent hetzelfde.
33
Q

Tak 2: Misbruik van machtspositie?

A
  • Artikel 102: als je uw machtspositie artificieel gaat gebruiken om voordelen van de markt af te dwingen die je niet zou hebben gehad als je niet dominant was geweest –> hoogste boetes!
34
Q

Tak 3: concentratiecontrole

A

Staat niet in het verdrag, merger control, fusies en overnames = preventieve luik van misbruik van machtspositie, nog voor dat je een machtspositie hebt.

35
Q

Tak 5?

A
  • Te maken met DAEBs = Diensten van algemeen economisch belang: diensten die zo essentieel zijn dat we vinden dat iedereen toegang moet hebben aan een redelijke prijs en redelijke kwaliteit.

Utilities = water, elektriciteit, maar ook verzekering.

Artikel 106.

36
Q

Wat is er gemeenschappelijk aan alle takken?

A

Hele grote Europees gemodelleerde toepassingsgebied = hetzelfde voor al die takken!

37
Q

Wat zijn de 3 aanvalstechnieken?

A
  1. Eerste stap: is het EU-mededingingsrecht van toepassing?
  2. Is 1 van de 5 pijlers van toepassing:
    • Geen hiërarchie tussen de verschillende! Je moet niet per se eerst 102 toepassen voor 101 maar je kan hier wel strategisch mee omgaan!
  3. Derde stap: is er een vrijstelling of excepties of exemptie van toepassing? Is er een individuele of groepsvrijstelling om mijn gedrag alsnog goed te praten?
38
Q

Wat is de eerste aanvalstechniek?

A
  • EU mededingingsrecht is niet van toepassing
  1. Ratione personae: Bent u een onderneming of niet?
  2. Ratione materiae: Zit u in een uitgesloten sector?
  3. Ratione loci: Waar is dat EU-mededingingsrecht van toepassing? Dit is ook ver buiten de EU!