L15 Flashcards
Klachtrecht en de ombudsman
Welke stelling over de ombudsman is onjuist?
1. Op basis van de Gemeentewet, Provinciewet, Waterschapswet of de Wet gemeenschappelijke regelingen zijn er ombudsmannen of ombudscommissies op decentraal niveau.
2. Uitspraken van de ombudsman zijn niet bindend.
3. De ombudsman is geen rechterlijke instantie.
4. Na afsluiting van zijn onderzoek stelt de Nationale ombudsman een rapport op, waarin hij zijn bevindingen en een oordeel weergeeft. Met zijn oordeel beslecht hij het verschil tussen burger en overheid.
- Na afsluiting van zijn onderzoek stelt de Nationale ombudsman een rapport op, waarin hij zijn bevindingen en een oordeel weergeeft. Met zijn oordeel beslecht hij het verschil tussen burger en overheid.
==> Hij beslecht het verschil tussen burger en overheid niet, maar beoordeelt de behoorlijkheid van overheidshandelen.
Welke stelling mbt het werk van de ombudsman klopt niet?
1. Hij beoordeelt of het bestuursorgaan zich in de door hem onderzochte aangelegenheid al dan niet behoorlijk heeft gedragen.
2. Indien een zaak zich bij de rechter voordoet waar de ombudsman al onderzoek naar deed en een rapport publiceerde, is rechter gebonden aan het oordeel van de Nationale ombudsman.
3. Hij beslecht het verschil tussen burger en overheid niet, maar beoordeelt de behoorlijkheid van overheidshandelen.
4. Na afsluiting van een onderzoek stelt de Nationale ombudsman een rapport op, waarin hij zijn bevindingen en oordeel weergeeft.
- Indien een zaak zich bij de rechter voordoet waar de ombudsman al onderzoek naar deed en een rapport publiceerde, is rechter gebonden aan het oordeel van de Nationale ombudsman.
==> De Hoge Raad heeft uitgesproken dat de rechter niet gebonden is aan het oordeel van de Nationale ombudsman.
Welke stelling over de ombudsman is onjuist?
1. Eenieder heeft het recht de (bevoegde) ombudsman schriftelijk te verzoeken een onderzoek in te stellen naar een geschil met een bestuursorgaan.
2. Een burger kan geen klacht bij de ombudsman indienen zonder daarvoor een klacht bij het bestuursorgaan zelf te hebben ingediend.
3. Voor decentrale overheden geldt er een verplichting om een externe klachtvoorziening te hebben.
4. Als een decentrale overheid geen externe klachtvoorziening heeft, valt zij onder de Nationale ombudsman.
- Eenieder heeft het recht de (bevoegde) ombudsman schriftelijk te verzoeken een onderzoek in te stellen naar een geschil met een bestuursorgaan.
==> Wel juist:
* Eenieder heeft het recht de (bevoegde) ombudsman schriftelijk te verzoeken een onderzoek in te stellen naar de wijze waarop een bestuursorgaan zich in een bepaalde aangelegenheid tegenover hem of een ander heeft gedragen (art. 9:18 lid 1 Awb).
Welke stelling over de ombudsman is onjuist?
1. Een klacht bij de ombudsman mag alleen gaan over de wijze waarop een bestuursorgaan zich in een bepaalde aangelegenheid heeft gedragen.
2. Een indiener mag alleen een klacht indienen over het gedrag van een bestuursorgaan tegenover hem/haar.
3. De ombudsman is niet bevoegd een onderzoek in te stellen als de aangelegenheid behoort tot het algemeen beleid van het desbetreffende bestuursorgaan.
4. De ombudsman is niet bevoegd een onderzoek in te stellen als de aangelegenheid algemeen verbindende voorschriften betreft.
- Een indiener mag alleen een klacht indienen over het gedrag van een bestuursorgaan tegenover hem/haar.
==> Eenieder heeft het recht de (bevoegde) ombudsman schriftelijk te verzoeken een onderzoek in te stellen naar de wijze waarop een bestuursorgaan zich in een bepaalde aangelegenheid tegenover hem OF EEN ANDER heeft gedragen (art. 9:18 lid 1 Awb).
==> Mbt 3+4: zie (art. 9:22 onder a en b Awb).
De ombudsman is niet bevoegd een onderzoek in te stellen of voort te zetten indien het verzoek betrekking heeft op…: (kies wat er niet bij hoort)
1. in beginsel, een gedraging waartegen beroep kan worden ingesteld.
2. een gedraging die bestaat uit het niet tijdig nemen van een besluit.
3. een gedraging ten aanzien waarvan door een bestuursrechter uitspraak is gedaan.
4. een gedraging ten aanzien waarvan een procedure bij een andere rechterlijke instantie dan een bestuursrechter aanhangig is.
- een gedraging die bestaat uit het niet tijdig nemen van een besluit.
De ombudsman is niet bevoegd een onderzoek in te stellen of voort te zetten indien het verzoek betrekking heeft op…: (kies wat er niet bij hoort)
1. een situatie waarbij een bezwaarschriftprocedure loopt.
2. een gedraging waarop de rechterlijke macht toeziet.
3. een aangelegenheid die behoort tot het algemeen regeringsbeleid.
4. Alle antwoorden horen er bij (zijn juist).
- een situatie waarbij een bezwaarschriftprocedure loopt.
Welke stelling over de ombudsman is onjuist?
1. De ombudsman is bevoegd, maar niet verplicht een onderzoek in te stellen als verzoek kennelijk ongegrond is.
2. De ombudsman is bevoegd, maar niet verplicht een onderzoek in te stellen bij gedraging waartegen beroep kan worden ingesteld.
(art. 9:23 onder b Awb).
3. De ombudsman is bevoegd, maar niet verplicht een onderzoek in te stellen als de verzoeker een ander is dan degene jegens wie de gedraging heeft plaatsgevonden.
4. De ombudsman is bevoegd, maar niet verplicht een onderzoek in te stellen als het verzoek betrekking heeft op een gedraging waartegen door de verzoeker bezwaar had kunnen worden gemaakt, beroep had kunnen worden ingesteld of beklag had kunnen worden gedaan.
5. Alle stellingen zijn juist.
- De ombudsman is bevoegd, maar niet verplicht een onderzoek in te stellen gedraging waartegen beroep kan worden ingesteld.
===> Dan is hij onbevoegd
Welke stelling over de ombudsman is onjuist?
1. De ombudsman is tevens bevoegd om uit eigen beweging een onderzoek in te stellen.
2. De Nationale ombudsman gaat onder meer na of de gedraging waarover wordt geklaagd niet in strijd is met de Grondwet, internationale verdragen en algemene beginselen van behoorlijk bestuur.
3. De Nationale ombudsman gaat onder meer na of de gedraging waarover wordt geklaagd niet in strijd is met grondrechten, materiële behoorlijkheid, formele behoorlijkheid en zorgvuldigheid.
4. De Nationale ombudsman toetst een gedraging tegenover de volgende maatstaven: redelijkheid, coulance, voortvarendheid, administratieve nauwkeurigheid, correcte bejegening.
- De Nationale ombudsman gaat onder meer na of de gedraging waarover wordt geklaagd niet in strijd is met de Grondwet, internationale verdragen en algemene beginselen van behoorlijk bestuur.
Ingevolge de Algemene wet bestuursrecht is het mogelijk om te klagen over een gedraging van een bestuursorgaan.
Welke van de onderstaande beweringen hierover is juist?
1. Alleen een belanghebbende kan een klacht indienen.
2. Een klacht kan zich alleen richten tegen een individuele persoon als zodanig.
3. Alvorens te klagen bij de Nationale ombudsman moet eerst een klacht over de gedraging worden ingediend bij het betrokken bestuursorgaan.
4. Het is mogelijk om tegen de behandeling van een klacht beroep in te stellen bij de bestuursrechter.
- Alvorens te klagen bij de Nationale ombudsman moet eerst een klacht over de gedraging worden ingediend bij het betrokken bestuursorgaan.
==> Dit volgt uit artikel 9:20, lid 1 Algemene wet bestuursrecht. De overige alternatieven zijn niet correct. Zie in dat verband artikel 9:1, eerste lid en artikel 9:3 Algemene wet bestuursrecht.
Ingevolge de Algemene wet bestuursrecht heeft eenieder het recht om over de wijze waarop een bestuursorgaan zich in een bepaalde aangelegenheid jegens hem of een ander heeft gedragen, een klacht in te dienen bij dat bestuursorgaan.
In welk geval is de Nationale ombudsman niet verplicht om een onderzoek in te stellen of voort te zetten?
1. Indien het verzoekschrift in een vreemde taal is opgesteld en geen vertaling is bijgevoegd.
2. Indien de verzoeker degene is wegens wie de gedraging heeft plaatsgevonden.
3. Als het gaat om een gedraging ten aanzien waarvan door een bestuursrechter een uitspraak is gedaan.
4. Als het belang van de verzoeker bij een onderzoek door de ombudsman kennelijk voldoende is.
- Indien het verzoekschrift in een vreemde taal is opgesteld en geen vertaling is bijgevoegd.
==> Dit volgt uit artikel 9:23, sub a jo artikel 9:28, tweede lid Algemene wet bestuursrecht. De overige alternatieven zijn niet correct. Ingevolge artikel 9:1, eerste lid Algemene wet bestuursrechtis het onderzoek juist gericht op degene wegens wie de gedraging heeft plaatsgevonden. Indien een bestuursorgaan jegens een bepaalde gedraging een uitspraak heeft gedaan, is de Nationale ombudsman niet bevoegd (artikel 9:22, sub d Algemene wet bestuursrecht). Als het belang van de verzoeker bij een onderzoek van de Nationale ombudsman kennelijk voldoende is, moet er juist wel een onderzoek worden ingesteld. Dit volgt uit artikel 9:23, sub b Algemene wet bestuursrecht.
Voor algemene informatie over dit onderwerp: zie R.J.N. Schlössels e.a., Kern van het bestuursrecht, par 10.12, pp. 425-429.
Ingevolge de Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb) heeft eenieder het recht om over de wijze waarop een bestuursorgaan zich in een bepaalde aangelegenheid jegens hem of een ander heeft gedragen, een klacht in te dienen bij dat bestuursorgaan.
In welke geval is het bestuursorgaan per definitie niet verplicht om een dergelijke klacht te behandelen?
1. bij een gedraging die veertien maanden geleden heeft plaatsgevonden.
2. bij een gedraging waartegen een klager geen bezwaar kan instellen.
3. bij een gedraging waartegen geen strafrechtelijke onderzoek loopt.
4. bij een gedraging waartegen een onvolledig klaagschrift is ingediend.
- bij een gedraging die veertien maanden geleden heeft plaatsgevonden.
Welke stelling over het klachtrecht is onjuist?
1. De wettelijke basis voor het indienen van een klacht bij de overheid tegen bepaalde gedragingen is het petitierecht in artikel 5 van de Grondwet.
2. Eenieder, en dus niet alleen belanghebbenden, kan een klacht indienen bij een bestuursorgaan over een gedraging.
3. Een ongegrondverklaring van een klacht is vatbaar voor beroep.
4. Wanneer de burger ter zake bezwaar had kunnen maken, is het bestuursorgaan in kwestie niet verplicht de klacht te behandelen.
- Een ongegrondverklaring van een klacht is vatbaar voor beroep.
==> Ingevolge artikel 9:3 Algemene wet bestuursrecht kan ‘tegen een besluit inzake de behandeling van een klacht over een gedraging van een bestuursorgaan geen beroep worden ingesteld’.
==> mbt 4: Indien de klacht betrekking heeft op een gedraging waartegen bezwaar openstaat is het bestuursorgaan niet verplicht om de klacht te behandelen. Dit vloeit voort uit artikel 9:8 lid 1 sub c Algemene wet bestuursrecht.
Welke stelling over het klachtrecht is onjuist?
1. Het bestuursorgaan moet proberen een klacht door een onafhankelijke persoon te laten behandelen.
2. De ernst van de gedraging en de zwaarte van het belang waarover wordt geklaagd hebben invloed op de vraag of het bestuursorgaan de klacht wel of niet moet behandelen.
3. De ombudsman beoordeelt de behoorlijkheid van het overheidsoptreden. Al dan niet op verzoek kan hij tegen de meeste gedragingen van de meeste bestuursorganen een onderzoek instellen.
4. Een ombudsman heeft niet de bevoegdheid een besluit te vernietigen.
- Het bestuursorgaan moet proberen een klacht door een onafhankelijke persoon te laten behandelen.
==> Nee, dat is niet in algemene zin het geval. In beginsel geschiedt de behandeling van de klacht door een persoon die niet bij de gedraging waarop de klacht betrekking heeft is betrokken. Deze hoofdregel is echter niet van toepassing indien ‘de klacht betrekking heeft op een gedraging van een bestuursorgaan zelf dan wel de voorzitter of een lid daarvan’ (zie artikel 9:7, tweede lid Algemene wet bestuursrecht).
==> Mbt 2: Indien belang van klager of gewicht van de gedraging kennelijk onvoldoende is, hoeft de klacht niet behandeld te worden. Zie artikel 9:8, tweede lid Algemene wet bestuursrecht, waar gesproken wordt over een ‘kennelijk onvoldoende’ gewicht van de gedraging.
Welke stelling over het klachtrecht is onjuist?
1. Bevoegdheden die alleen op de Nationale ombudsman van toepassing zijn, staan in de Wet Nationale ombudsman.
2. Een wezenlijk kenmerk van de Nationale ombudsman is dat hij met zijn uitspraak in kan grijpen in de rechtsgevolgen van het bestreden besluit.
3. Afdeling 3.2 van de Awb is niet van toepassing op de werkzaamheden van de Nationale ombudsman wanneer deze een klacht in behandeling neemt.
4. De Nationale ombudsman is bevoegd ten aanzien van gedragingen van o.a. de ministers, de meeste zelfstandige bestuursorganen en de Commissaris van de Koning.
- Een wezenlijk kenmerk van de Nationale ombudsman is dat hij met zijn uitspraak in kan grijpen in de rechtsgevolgen van het bestreden besluit.
==> Dat kan de rechter, niet de ombudsman.
==> mbt 4: zie artikel 1a Wet Nationale Ombudsman
Welke stelling over het klachtrecht is onjuist?
1. De Nationale ombudsman is een uitgezonderd bestuursorgaan.
2. De Nationale ombudsman is bevoegd ten aanzien van gedragingen van o.a. de burgemeesters voor wat betreft handelen van de politie, en ook de onder verantwoordelijkheid van een minister vallende bestuursorganen.
3. Ten aanzien van de bestuursorganen van de provincies, waterschappen en gemeenten is de Nationale ombudsman bevoegd, tenzij deze over een eigen ombudsvoorziening beschikken.
4. Wanneer er een voorziening voor bestuursrechtelijke of burgerlijke rechtsbescherming openstond en daarin ook uitspraak is gedaan, is een ombudsman niet bevoegd tot het instellen van een onderzoek.
- Wanneer er een voorziening voor bestuursrechtelijke of burgerlijke rechtsbescherming openstond en daarin ook uitspraak is gedaan, is een ombudsman niet bevoegd tot het instellen van een onderzoek.
==> Wel juist: - Wanneer er een voorziening voor bestuursrechtelijke rechtsbescherming openstond en daarin ook uitspraak is gedaan, is een ombudsman niet bevoegd tot het instellen van een onderzoek.
==> mbt 2: zie artikel 1a Wet Nationale Ombudsman
