Hoofdstuk 6 - Het bijniermerg

Question 1

Hoe kan men de bijniermergfunctie onderzoeken?

Answer 1

• Dosage van urinaire excretie van normetanefrines en metanefrines in 24 uurs urinecollectie
• Plasmadosages van de vrije plasmametanefrines
• Uitlokkingstesten zijn verlaten
• Chromogranine A

Question 2

Welke symptomen passen bij een feochromocytoom?

Answer 2

Hypertensie in opstoten met palpitaties, bleekheid, hoofdpijn en zweten, niet zelden ook abdominale pijn en angstgevoel.

Question 3

Bespreek de diagnostisch van een feochromocytoom.

Answer 3

Gouden standaard is een bloedmonster voor bepaling vrijeplasma-metanefrines. Er zijn echter vals verhoogde resultaten bij methylodopa, labetalol, sotalol, antidepressiva, ongecontroleerde hypertensie, hypoxemie of chronische nierinsufficiëntie.
Lokalisatie gebeurt via MRI, Gallium-Dota of I-metaiodobenzylguanidinescan (MIBG-scan).
Er is echter geen enkel klinisch, biochemisch of histologisch kenmerk dat het onderscheid kan maken tussen maligne en benigne feochromocyomen!

Question 4

Wat is de voorkeursbehandeling van een feochromocytoom?

Answer 4

Chirurgische resectie na grondige voorbereiding met IV vocht en zoutsuppletie en alfa-lytica.

Question 5

Hoelang worden patiënten na een feochromocytoom opgevolgd?

Answer 5

Minstens 10 jaar. Levenslange opvolging is aangewezen bij hoog-risicopatiënten, patiënten < 20 jaar, bij genetische afwijkingen, bij tumoren > 15cm of paragangliomen.