Hoofdstuk 3: Aan de balie Flashcards
beginnen met
to start with
jarig zijn
to have one’s birthday
nodig hebben
to need
tellen
to count
weten
to know
willen
to want
Ik ben geboren (geboren zijn)
I was born (to be born)
Ik kan (kunnen)
I can
Ik was (zijn)
I was (to be)
hij geeft (geven)
He gives (to give)
de balie(s)
Desk
de geboortedatum (de geboortedata)
date of birth
De leeftijd(en)
age
De plaats
place
De secretaresse(es)
secretary
de verjaardag(en)
birthday
het adres (de adressen)
het emailadres
address
email address
het formulier (de formulieren)
het inschrijfformulier
form
enrolment form
het getal (de getallen)
number
verplicht(e)
mandatory
meer
Je wilt graag meer informatie
more
you would like more information
Echt waar? Ja, echt
Really? Yes, really
Nog een fijne dag!
Have a nice day!
Oké
Okay
Dat kan
That’s possible
Prima!
Great!
Conjugate Hebben
Ik -> Heb
Jij -> Hebt
Wij -> Hebben
Conjugate Zijn
Ik -> ben
Jij-> bent // hij -> is
Wij -> zijn
0
nul
1-10
één, twee, drie, vier, vijf, zes, zeven, acht, negen, tien
11-20
elf, twaalf, dertien, veertien, vijftien, zestien, zeventien, achttien, negentien, twintig
21-29
éénentwintig, tweëëtwintig, drieëntwintig, vierentwintig, vijfentwintig, zesentwintig, zevenentwintig, achtentwintig, negenentwintig
30
40
50
60
70
80
90
dertig, veertig, vijftig, zestig, zeventig, tachtig, negentig
100
200
300
1000
2000
3000
honderd, tweehonderd, driehonderd
duizend, tweeduizend, drieduizend
Maanden
Januari, Februari, Maart, April, Mei, Juni, Juli, Augustus, September, Oktober, November, December
Preposities
Ik begin graag in September
Ik ben geboren in 1998
Ik ben jarig op 10 april
wanneer wilt u beginnen met de cursus
in
in
op
met