Hoofdstuk 12: Onderweg Flashcards
bezoeken
to visit
volgen
Volg de borden naar de universitiet
to follow
follow the signs for the university
zitten
Ik zit in kamer 4.05
to sit; to be
I am in room 4.05
de auto (‘s)
car
de begane grond
ground floor
de boot (en)
boat
de bus (en)
bus
de halte (s)
de bushalte
stop
bus stop
de keuze
de studiekeuze
choice
study programme choice
de parkeerplaats
car park
de reis (zen)
trip
de richting (en)
direction
de snelweg (en)
motorway
de trap
stairs
de verdieping (en)
de 4^e verdieping
floor
fourth floor
de weg (en)
road
het advies (zen)
het studieadvies
advice
study advice
het bord
sign
het openbaar vervoer
public transport
het secretariaat
secretary’s office
het spoor (en)
track/platform
het vliegtuig (en)
plane
het vliegveld
airport
advies/hulp/instructie geven (aan iemand)
to give somebody advice/help/instructions