Hfst 13 - In het ziekenhuis Flashcards
Relaties met het ziekenhuispersoneel
Patiënten voelen zich vaak ongemakkelijk in de (gevestigde) omgeving van het ziekenhuis. (procedures niet kennen, afhankelijk zijn van de medische staf die de kennis, autoriteit en macht heeft in de relatie).
Pychosociale issues voor de patiënt
Angst is waarschijnlijk de meest voorkomende en heftigste emotie van ziekenhuispatiënten (over de (mogelijke) ziekte, de gevolgen ervan, de behandeling enzovoorts). Dit ontstaat vooral door het gebrek aan informatie. Gebrek aan tijd is deels de reden waarom patiënten niet voldoende informatie ontvangen. Dit gebrek kan leiden tot het niet (juist) naleven van voorschriften en tot onnodig emotioneel lijden.
Non-person treatment
Artsen interacteren vaak met patiënten door depersonalisatie, dit betekent dat ze de patiënt behandelen alsof hij of zij er niet is of geen persoon is. Dit wordt ook wel de non-person treatment genoemd.
Er zijn drie redenen waarom artsen dit mogelijk doen:
* Omdat artsen afstand willen nemen van het feit dat het lichaam dat ze behandelen tot een denkend en bezorgd mens behoort.
* Emotionele factoren: het hectische van ziekenhuisfuncties, veel stress.
* Artsen proberen zichzelf emotioneel te beschermen tegen verslechtering of de dood van een patiënt.
Burnout bij zorgverleners
Burnout is een toestand van psychosociale en fysieke uitputting die resulteert uit chronische blootstelling aan hoge stress en weinig persoonlijke controle. Men heeft weinig plezier meer in het werk en er is vaak sprake van regelmatige afwezigheid, verandering van baan, en alcohol- en drugsmisbruik.
Psychologische karakteristieken van burnout in werknemers zijn onder andere:
* Emotionele uitputting.
* Depersonalisatie van anderen; geen zorg/ gevoeligheid naar anderen.
* Gepercipieerd onvermogen voor professioneel kunnen
Het ziekenhuis kan het personeel helpen door ze verschillende dagelijkse activiteiten te laten uitvoeren met, en zonder contact met patiënten (afwisseling). Ook kan training helpen, trainingen in stressmanagement en copen.
Ziekte-rol gedrag in het ziekenhuis
- De relaties tussen patiënten en personeel wordt ook beïnvloed door het gedrag van de patiënt. Patiënten komen in een vreemde omgeving, wat de aanpassing op psychologisch en sociaal gebied nodig maakt.
- Lorber onderzocht hoe patiënten denken zich te moeten gedragen. Dit kan actief of passief. Passieve mensen discussiëren minder met de staf en klagen minder over kleine ongemakken. Zij werden door de staf als ‘goede patiënten’ gezien. Probleempatiënten waren degenen die niet meewerkten, constant klaagden, over-emotioneel en afhankelijk waren. Dit werd wel geaccepteerd bij de ernstig zieke patiënten.
- De boze reacties van mensen die het gevoel hebben gecontroleerd te worden of dat hun vrijheid bedreigd wordt, wordt reactance genoemd. Soms worden dan kalmeringsmiddelen gegeven.
- De meeste patiënten erkennen echter het zware werk van de staf, of zijn bang dat als ze zich niet goed gedragen, dat consequenties zal hebben.
Coping processen bij ziekenhuispatiënten
- Sommige situaties kunnen worden voorkomen door actie te ondernemen door de patiënt. Dit kan bijvoorbeeld door probleemgericht te copen door bijvoorbeeld pijnmedicatie te vragen of te lezen over de ziekte.
- Ziekenhuispatiënten ervaren veel stressoren als ze denken dat ze niks aan de situatie kunnen veranderen, soms is dit juist, maar soms ook niet. Deze groep hanteert onder andere emotiegericht copen. Dit door ontkenning, afleiding, en sociale steun zoeken.
Cognitieve processen bij coping
- Veel patiënten willen de schuld aan andere geven, wiens schuld is het, mijne of de ander? Uit onderzoek is gebleken dat hoe sterker mensen de schuld op zichzelf of anderen leggen, hoe slechter de aanpassing verloopt. Uit andere studies kwam naar voren dat slechte aanpassing sterker samenhangt met schuld geven aan anderen dan aan zichzelf. Soms kan de schuld irrationeel aan een ander worden gegeven.
- Zowel de patiënt als het ziekenhuis neemt vaak de houding aan dat de patiënt hulpeloos is. Indien patiënten toch proberen controle over dingen te krijgen in het ziekenhuis, zal herhaaldelijk falen hiervan leiden tot aangeleerde hulpeloosheid. Uit onderzoek blijkt dat hulpeloosheid en depressie stijgen met de duur van het verblijf in het ziekenhuis, ook al gaat de gezondheid vooruit.
- Depressieve mensen sterven vaker in het ziekenhuis, ongeacht de ernst van hun ziekte.
Patiënten helpen met coping
Tijdens een volledige narcose krijgt de patiënt onbewust vaak mee wat er gezegd wordt, vooral de negatief emotioneel geladen informatie (ook al kunnen ze niet zeggen wat ze gehoord hebben). Dit is belangrijk omdat medische staf vaak negatieve of denigrerende opmerkingen maakt tijdens de operatie en omdat het patiënten kan helpen bij het coping proces door middel van suggesties terwijl ze onder narcose zijn.
Effectieve manieren om patiënten te helpen met coping zijn onder andere:
* Psychologische counseling tijdens het ziekenhuisverblijf.
* Een kamer delen met een patiënt die al aan de beterende hand is van dezelfde ingreep/ziekte.
Beide methodes leiden tot sneller herstel, minder spanning, minder complicaties en eerder uit het ziekenhuis.
Psychologische voorbereiding op een operatie
De meest effectieve methode is het verbeteren van het gevoel van controle van de patiënt over de situatie of het herstelproces. Er zijn verschillende vormen van controle:
* Gedragscontrole: ongemak verminderen, herstel bevorderen, ademhalingsoefeningen.
* Cognitieve controle: focussen op voordelen van de ingreep, leren signalen van stress te herkennen en manieren om hiermee om te gaan.
* Informatiecontrole: kennis krijgen over procedure en sensaties die te verwachten zijn.
Psychologische voorbereiding op niet-operatieve procedures
Patiënten voorbereiden op een vervelende medische handeling verlaagt de spanning en mogelijk verstorend gedrag tijdens de handeling. Soms moet de patiënt tijdens een dergelijke behandeling volkomen passief zijn (hartkatheterisatie), soms kan bepaald gedrag het proces bespoedigen
(endoscopie).
In het eerste geval is cognitieve met informatiecontrole een oplossing, in dat laatste geval is gedragscontrole samen met informatiecontrole, een manier om de spanning te verminderen. Bij een endoscopie kan de patiënt geleerd worden hoe te ademen en te slikken.
Cardiac catherization
katheder doorheen de bloedvaten naar het hart brengen voor het inspuiten
van kleurstof. Voorbereiding vermindert het ongemak!
Strategieën die worden gebruikt door patiënten bij stressvolle medische procedures
- Vermijdingsstrategieën: het niet willen weten, ontkennen, gedachten onderdrukken.
- Aandachtsstrategieën: gedetailleerde informatie zoeken.
Uit onderzoek kwam naar voren dat patiënten met een vermijdingsstrategie minder moeite hebben met emotionele aanpassing dan patiënten met een aandachtsstrategie.
Hoe werken dan psychologische voorbereidingen om hun controle te vergroten?
Mensen met een aandachtsstrategie die weinig informatie kregen en mensen met een vermijdingsstrategie die veel voorbereiding kregen, reageren negatief (meer stress) op de aan hen verstrekte hoeveelheid informatie.
–> De voorbereiding moet dus worden aangepast aan de copingbehoefte van de persoon. Als vermijdende mensen de informatie meerdere keren herhaald krijgen, vertonen ze minder spanning dan als ze de eerste keer de informatie krijgen.
Ziekenhuisopname bij jonge kinderen
- Voor baby’s en peuters kan ziekenhuisopname zeer stressvol zijn, vooral door de scheiding met de ouders, maar ook dat ze niet mogen en kunnen bewegen. Tegen dat laatste kunnen ze heftig worstelen.
- Verlatingsangst is de normale reactie van kinderen die overstuur zijn en huilen als ze gescheiden worden van hun ouders, vooral in onbekende omgevingen. Dit begint aan het einde van het eerste jaar, en piekt gemiddeld bij 15 maanden, daarna neemt het langzaam af.
- Na een lang verblijf in het ziekenhuis kunnen kinderen thuis gespannen zijn, nachtmerries krijgen en erg aanhankelijk worden. Ze kunnen soms denken dat ze voor straf opgenomen waren. In het ziekenhuis kunnen ze geconfronteerd worden met verminkingen van anderen en denken dat hen dat ook gaat overkomen. Dit maakt het voor hen dus nog meer stressvol.
Ziekenhuisopname bij schoolgaande kinderen
- Deze leeftijdsgroep kan iets beter met sommige aspecten van ziekenhuisopname omgaan dan kleine kinderen. Ze kunnen beter tegen de scheiding van de ouders. Echter kan hier ook het idee dat ziekte een straf is voor gedrag nog meespelen met andere verkeerde veronderstellingen.
- Vier aspecten van ziekenhuisopname zijn moeilijk voor oudere kinderen:
– Gevoelens van persoonlijke controle: de beperkte onafhankelijkheid en invloed die ze kunnen uitoefenen kan irritant zijn en voor stress zorgen.
– De vergrote cognitieve vaardigheden zorgen ervoor dat ze zich zorgen maken over de ziekte en de behandeling.
– De scheiding van vrienden kan leiden tot eenzaamheid, verveling en bezorgdheid over het verliezen van vrienden of status in de sociale groepen.
– Als kinderen ouder worden gaan ze zich meer schamen voor hun lichaam of hulpbehoevendheid. - Tegenwoordig worden kinderen wel goed voorbereid op hun verblijf in het ziekenhuis.
Kinderen helpen omgaan met ziekenhuisopname
- Veel kinderen krijgen een lange tijd angsten als gevolg van het opgenomen zijn geweest, zeker als ze erg jong waren, ernstig ziek waren, en ze aan intensieve behandelingen onderworpen zijn geweest. Bij een opname moet de ouder blijven tot het kind volledig gekalmeerd is (soms krijgen ze een bed op de kamer).
- Er zijn een paar voorbereidingsprocedures die door het ziekenhuis gedaan kan worden om spanning te verminderen, en ze hen beter kan voorbereiden. Dit kan onder andere met folders, vertellingen, rondleidingen, training in copingvaardigheden en ontspanning, en video- of filmpresentatie. Bij video- of filmpresentatie is uit onderzoek gebleken dat de kinderen sneller herstelden.
- Sommige kinderen worden meer gespannen van informatie over de procedures. Het effect van zo een voorbereiding hangt onder andere af van:
– De leeftijd: het werkt het beste bij kinderen onder de 7 jaar om info kort vooraf te geven, bij oudere kinderen een paar dagen van tevoren.
– Voorgaande ervaringen met het ziekenhuis: door ervaringen worden jongere kinderen door informatie nog meer gespannen.
– Copingstijl: kinderen die een vermijdende stijl gebruiken, hebben minder voordeel van informatie. - Zorgverleners proberen het verblijf van een kind zo prettig mogelijk te maken en zijn daarin getraind. Vaak is een ouder aanwezig bij een vervelende procedure (voor afleiding). Ook zorgt men vaak voor clowns en laten ze de kinderen met elkaar spelen.