Heusinkveld, S., Benders, J., & Hillebrand, B. (2013). Stretching concepts: The role of competing pressures and decoupling in the evolution of organization concepts Flashcards

1
Q

Wat gebeurt er volgens de auteurs met managementconcepten zoals TQM en BPR na hun piek in populariteit?

A

Managementconcepten verliezen vaak hun glans na een periode van populariteit, maar blijven bestaan door aanpassingen door consultants.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Welke drie spanningen ervaren consultants bij het werken met managementconcepten?

A

De behoefte om legitimiteit te behouden.
De noodzaak om efficiëntie te waarborgen.
De druk om zich te onderscheiden in een verzadigde markt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Waarom is het behouden van legitimiteit belangrijk voor de duurzaamheid van managementconcepten?

A

Legitimiteit zorgt voor vertrouwen van klanten en versterkt de relevantie van een concept in een concurrerende markt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is de rol van sociale legitimiteit volgens institutionele theorie in het voortbestaan van managementconcepten?

A

Sociale legitimiteit betekent dat een concept wordt gezien als passend binnen de normen en verwachtingen van de samenleving, wat essentieel is voor acceptatie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Welke dataverzamelingsmethoden hebben de auteurs gebruikt in hun studie, en waarom zijn deze geschikt voor het onderwerp?

A

Interviews, printmedia-analyse en een grounded theory-aanpak. Deze methoden bieden inzicht in de percepties en praktijken van consultants.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Hoe definieert het artikel decoupling, en waarom is dit een nuttige strategie voor consultants?

A

Decoupling verwijst naar het aanpassen van concepten om externe verwachtingen te voldoen zonder fundamentele veranderingen. Het stelt consultants in staat om extern succes te behouden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Welke drie soorten druk beschrijven de auteurs, en hoe beïnvloeden deze de strategieën van consultants?

A

Efficiëntiedruk: Vereist praktische resultaten en lage kosten.
Legitimiteitsdruk: Versterkt de noodzaak om geloofwaardig over te komen.
Differentiëringsdruk: Dwingt consultants om zich te onderscheiden van concurrenten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is de relevantie van het analyseren van printmedia over managementconcepten?

A

Het biedt een beeld van de publieke perceptie en de trends rondom managementconcepten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Waarom is een grounded theory-aanpak belangrijk voor het identificeren van strategieën?

A

Het laat thema’s en strategieën naar voren komen vanuit de data, zonder vooraf bepaalde aannames.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Hoe navigeren consultants door de drie vormen van druk (efficiëntie, legitimiteit en differentiatie)?

A

Door concepten te herpositioneren, aan te passen en te relabelen om aan alle eisen te voldoen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat zijn de risico’s van een verzadigde markt voor consultants die met managementconcepten werken?

A

Het wordt moeilijker om zich te onderscheiden en klanten te overtuigen van de waarde van een concept.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is streamlining, en hoe helpt dit consultants om efficiëntiedruk te verminderen?

A

Streamlining vereenvoudigt implementatieprocessen, verlaagt kosten en verhoogt consistentie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Hoe verschilt broadening van refocusing in de herpositionering van managementconcepten?

A

Broadening: Uitbreiding naar nieuwe sectoren.
Refocusing: Vernauwing naar specifieke niches.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Waarom is relabelling een populaire strategie voor consultants?

A

Het geeft een verouderd concept een modern imago en vergroot de aantrekkelijkheid.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat houdt normalizing in, en hoe vermindert dit de modegevoeligheid van concepten?

A

Normalizing presenteert een concept als een standaardpraktijk, waardoor het minder afhankelijk is van trends.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Hoe gebruiken consultants decoupling om klanten tevreden te stellen zonder fundamentele veranderingen in hun methodologieën?

A

Door oppervlakkige aanpassingen te maken die voldoen aan klantverwachtingen zonder de kernmethodologie te veranderen.

16
Q

Wat zijn de voordelen van decoupling voor het behoud van externe legitimiteit?

A

Het biedt flexibiliteit en aanpassingsvermogen zonder de noodzaak voor grootschalige veranderingen.

17
Q

Wat is de levenscyclus van managementconcepten, volgens de auteurs?

A

Introductie: Innovatief en baanbrekend.
Acceptatie: Breed gebruik.
Verzadiging: Populariteit neemt af.
Heruitvinding: Concept wordt aangepast en opnieuw geïntroduceerd.

18
Q

Hoe draagt heruitvinding bij aan de duurzaamheid van managementconcepten?

A

Door aanpassingen blijft het concept relevant en aantrekkelijk voor klanten.

19
Q

Welke rol spelen sociale netwerken in de legitimering van aangepaste concepten?

A

Sociale netwerken versterken de geloofwaardigheid van een concept via referenties en tevreden klanten.

20
Q

Waarom is strategische aanpassing belangrijk voor consultants in een competitieve markt?

A

Het stelt hen in staat om te reageren op veranderende klantbehoeften en markteisen.

21
Q

Hoe kunnen consultants transparanter zijn over aanpassingen in managementconcepten?

A

Door klanten actief te informeren over de redenen en voordelen van de aanpassingen.

22
Q

Wat wordt bedoeld met kritische evaluatie van aangepaste concepten door klanten?

A

Klanten moeten beoordelen of het aangepaste concept daadwerkelijk waarde toevoegt aan hun organisatie.

23
Q

Hoe kan samenwerking tussen klanten en consultants bijdragen aan effectievere oplossingen?

A

Door gezamenlijke ontwikkeling van maatwerkoplossingen die beter aansluiten bij specifieke behoeften.

24
Q

Waarom is meer onderzoek naar de latere fasen van managementconcepten belangrijk?

A

Het biedt inzicht in hoe concepten zich ontwikkelen en relevant blijven na hun piek in populariteit.

25
Q

Welke rol spelen aanbieders zoals consultants in het vormgeven van managementtrends?

A

Ze creëren, promoten en herpositioneren concepten om vraag en legitimiteit te behouden.

26
Q

Hoe balanceren consultants tussen innovatie en continuïteit in het aanpassen van managementconcepten?

A

Door aanpassingen te maken die relevantie vergroten zonder bestaande methodologieën volledig te vervangen.

27
Q

Welke lessen biedt dit artikel over de complexiteit en dynamiek van managementconcepten?

A

Het benadrukt de noodzaak van flexibiliteit en de invloed van sociale legitimiteit in de evolutie van concepten.

28
Q

Wat zijn de bredere implicaties van dit onderzoek voor het begrijpen van organisatieconcepten in een competitieve markt?

A

Het toont aan dat managementconcepten niet statisch zijn, maar voortdurend evolueren door de interactie tussen consultants, klanten en markten.