HC.04 Patiënt met pre-eclampsie Flashcards

1
Q

Welke hemodynamische veranderingen treden er op tijdens de zwangerschap?

A
  • Cardiac output: +40-50%
  • Tot bloedvolume: +40%
  • Systemische vaatweerstand: - 20-30%
  • Nierperfusie: +50-60%
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Welke bloeddruk is normaal bij zwangerschap?

A

 Systolisch ≤ 140 mmHg
 Diastolisch ≤ 90 mmHg

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat houdt chronische hypertensie in?

A

Vvoor de zwangerschap of in eerste 20 w)
- essentiële hypertensie
- secundaire hypertensie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat houdt zwangerschapshypertensie in?

A

De novo na 20 w, verdwijnt na 6 weken

Zwangerschapshypertensie: zonder proteinurie
Pre-eclampsie: met proteinurie//orgaanfalen//IUGR

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wanneer is er sprake van pre-eclampsie?

A

Zwangerschapshypertenstie met:

  • Proteinurie:
    300mg/24h
    EKR > 30
  • Orgaanfalen
    Nier/lever/neuro/bloed
  • IUGR (groeivertraging foetus)
  • S-Flt1/PlGF verhouding niet normaal
  • Oedeem (handen, voeten en gelaat)
  • Onvoorspelbaar
  • Uniek voor zwangerschap
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is een normale trofoblastinvasie?

A

Doorbloeding van de foetus door middel van brede en trechtervormige spiraalarteriën. Op deze manier kan er met lage snelheid bloed doorheen stromen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat gebeurt er bij pre-eclampsie?

A

De spiraalarteriën ontwikkelen zich niet goed en komen niet ver genoeg in het myometrium.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Welke stappen worden doorlopen bij een defect trofoblastinvasie?

A

Gestoorde cardiovasculaire adaptatie (1 trim)

Gestoorde trofoblastinvasie (1 trim)

Intervilleuze hypoxie (2 trim)

Oxidatieve stress

Endotheeldysfunctie (s-flt1, Plgf)

Vaatspasme

Preeclampsie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is het probleem dus bij pre-eclampsie?

A

Placenta kan zich niet goed inplanten!

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wanneer wordt pre-eclampsie vaak gezien?

A
  • Eerste zwangerschap: vrouw minder gewend aan HLA van partner
  • Hogere leeftijd: bloedvaten vaker schade opgelopen
  • Eiceldonatie: vreemd HLA
  • Verminderd cardiovasculair reserve
  • DM
  • BMI > 30
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is het beleid van zwangerschaps/chronische hypertensie?

A

 Zwangerschapscontroles (risico
op preeclampsie en IUGR +- 25%)
 Proteinurie controles
 Behandeling bloeddruk
 Inleiding 37- 39 weken (foetus is al maximaal ontwikkeld en risico op pre-eclampsie loopt hierna toe)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat zijn symptomen van pre-eclampsie?

A
  • Erge hoofdpijn
  • Ziet soms sterretje of vlekjes (er lekt vocht in hersenen)
  • Gezwollen handen en voeten
  • Gewichtstoename
  • Kortademig/misselijk
  • Buikpijn boven
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Hoe ziet pre-eclampsie in de kliniek eruit?

A

 Onvoorspelbaar: kan snel
omslaan en zeer ernstig worden
 Kan lang stabiel blijven (klinisch
niet zieke patiente)
 Vroeg (1/3) – laat (2/3)
 Wisselende expressie
 Bloedvaten in gans het lichaam:
alle orgaansystemen kunnen
aangetast worden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Welke gevolgen heeft pre-eclampsie op cardiovasculair niveau?

A

 Hypertensieve crisis
 Oedeem
 Longoedeem
 Capillair lek
 Diastolische cardiale dysfunctie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Welke gevolgen op cerebraal niveau?

A

 Hoofdpijn:
Visusstoornissen
Hyperreflexie
 Eclampsie:
Tonisch-clonisch insult
 CVA:
Ischemisch
Haemorrhagisch
Systolische hypertensie >160mmHg

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Welke gevolgen renaal?

A

 Proteinurie
 Oligurie
 Cola urine
 Nierfunctiestoornissen:
Prerenaal
Renaal

17
Q

Waar staat HELLP-syndroom voor bij gevolgen bij de lever?

A

Hemolyse Elevated Liverenzymes Low Platelets

Symptomen: Epigastische pijn, bandgevoel, Leverruptuur

18
Q

Belangrijkste tekenen voor diagnose pre-eclampsie?

A

 Proteinurie:
EKR > 30
300mg/d
 Orgaandysfunctie
 IUGR
 S-Flt1 - PlGF (angiogenefactoren steeds belangrijker)

19
Q

Ernstigste kenmerken pre-eclampsie?

A

 RR diastolisch ≥ 110 mm Hg en/of systolisch ≥ 160 mm
Hg
 Proteinurie > 5 g/24 uur
 Oligurie van minder dan 500 ml in 24 uur
 Cerebrale of visuele stoornissen
 Longoedeem of cyanose
 Pijn in epigastrio of de rechter bovenbuik
 Gestoorde leverfuncties
 Trombocytopenie
 Foetale groeivertraging

20
Q

Welke preventieve middelen kan je geven?

A

Aspirine, calcium en gezond leven

21
Q

Wat is de grootste voorspeller bij een vrouw of ze cardiovasculaire problemen krijgt in de toekomst?

A

Of ze pre-eclampsie heeft gehad of niet

22
Q

Wat is de enige behandeling van pre-eclampsie?

A

Geboorte van het kind!

23
Q

Wanneer wordt expectatief beleid gevoerd?

A

Als kind < 37 weken bij mild/matige pre-eclampsie en bij kind <34 weken bij ernstige pre-eclampsie

24
Q

Wat wordt er gedaan tot de partus?

A

 Opname
 Behandeling bloeddruk (AHT)
 Preventie eclampsie ( MgSO4)
 Longrijping < 34 weken (Steroiden)

25
Q

Wat houdt longrijping in?

A

Foetus <34 weken wordt voorbereid op evt vroeggeboorte door corticosteroïden (betamethason/dexamethason) te geven om longen te laten rijpen.

26
Q

Welke effecten heeft magnesiumsulfaat?

A

 Cerebrale protectie + preventie eclamptisch insult
 Behandeling eclamptisch insult
 Positief op uitkomst premature foetus (materale en foetale neuroprotective)

27
Q

Kenmerken longrijping <34 weken?

A

 Betamethasone (2x12mg) IM, Dexamethasone (4x6mg) IM
 Gefluoreerde steroiden // transplacentaire passage!!
 Longrijping, bescherming foetale hersenen, darm, infectie,..

28
Q

Welke AHT kan je geven?

A

Oraal:
 Methyldopa
 Nifedipine
 Labetalol
 PP Enalapri

Intraveneus:
- Nicardipine
- Labetalol

29
Q

Belangrijkste bij behandeling pre-eclampsie?

A

 ABCDE
 MgSO4: Preventie nieuwe insulten
 Altijd moeder eerst !!!
 Partus

30
Q

Conclusie behandeling :

A

 Na 37 weken: bevalling
 Bij ernstige pre-eclampsie: na 34 weken bevalling
 Expectatief beleid met maternale en foetale monitoring kan bij respectievelijk
PE en ernstige PE enkel overwogen worden < 37 en < 34 weken als moeder
en kind stabiel zijn in klinische omgeving.
 In toekomst rol van thuismonitoring?
Bij verslechtering:
 Eclampsie
 HELLP
 Longoedeem
 Foetale nood

31
Q

Wat wordt aan vrouwen ≥ 45 jaar met pre-eclampsie of zwangerschapshypertensie in
de voorgeschiedenis aanbevolen?

A

Overweeg screening om de vijf jaar op hoge bloeddruk en DM -> voeding en beweging belangrijk bij verhoogd risico!!

32
Q

Conclusie pre-eclampsie:

 PE = HT + proteinurie en/of orgaanfalen en/of IUGR
 S-Flt1/PlGF
 Gestoorde placentatie // minder CV reserve
 Onvoorspelbaar
 Partus is enige definitieve behandeling
 Klinische management met aandacht voor:
BP controle
Cerebrale protectie (MgSo4)
Longrijping
 Lange termijn CV risico

A