hc 7 Flashcards

1
Q

top 5 stressoren

A
  1. overlijden van een geliefde
  2. scheiding
  3. verhuizing
  4. ernstige ziekte
  5. verlies van je baan
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

levensstressoren

A

gebeurtenissen die onze stress respons op een niet-adaptieve manier activeren met als resultaat verschillende gezondheidsuitkomsten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

oorzaken werkgerelateerde stress

A
  1. mismatch tussen wat de persoon kan er wat er wordt gevraagd
  2. te weinig ondersteuning en/of te weinig controle
  3. fysieke factoren
  4. psychologische en sociale factoren
  5. managementfactoren
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

fysieke factoren

A

omgeving met veel geluidsoverlast, heel warm
- omgevingen waarbij je lichaam letterlijk wordt uitgedaagd en stress respons wordt getriggerd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

psychologische en sociale factoren

A

blootstelling aan mensen die leiden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

michigan stress model

A

benadrukt dat persoonlijkheid en sociale steun op verschillende manieren de relatie tussen een objectieve stressor, subjectieve perceptie en stressreactie op gezondheid en ziekte beïnvloedt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

demand-control-support model

A
  1. eisen van de situatie/werk
  2. hoeveel controle je heb over het werk & invloed op beslissingen
  3. sociale steun
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

additionele stressoren werkgerelateerde stress

A
  • misfit tussen persoon en werkomgeving
  • shift work (werk dat op verschillende tijdstippen wordt uitgevoerd)
  • te weinig betaald krijgen voor wat je doet
  • onduidelijke/conflicterende rollen
  • onzekerheid over toekomst
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

gevolgen werkgerelateerde stress

A
  • emotioneel niveau
  • cognitief niveau
  • gedragsmatig niveau
  • fysiologisch niveau
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

emotioneel niveau

A

angst, depressie, uitzichtloosheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

cognitief niveau

A

minder concentratie, minder goed nieuwe dingen leren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

gedragsmatig niveau

A

alcohol en drugs misbruik, te veel eten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

fysiologisch niveau

A

hoge bloeddruk en hartslag

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

groepen die risico lopen op werk-gerelateerde stress

A
  • jongeren
  • alleenstaande ouders
  • oudere mensen
  • mensen met een beperking
  • mensen die blootgesteld worden aan omgevingsfactoren
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

voorkomen van werk gerelateerde stress

A
  • werkdruk verlagen
  • werk schema
  • mensen beter uitzicht geven op de toekomst
  • sociale omgeving op werk gezond maken
  • verwachtingen van je baan
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

sociale stressoren

A
  • fysieke activatie
  • empathie
  • muziek luisteren
  • meer slapen
  • niet multitasken
17
Q

gevolg overlijden van een partner

A

blijkt uit onderzoek dat binnen 30 dagen van overlijden van je partner bij ouderen meer cardiovasculaire aandoeningen zijn gevonden

18
Q

gevolg discriminatie en tot minderheid behoren

A
  • veel eenzaamheid
19
Q

sociale isolatie = stress, leidt tot

A
  1. slaapproblemen
  2. verandering immuunsysteem
  3. meer stresshormonen