H2 Methods of psychology Flashcards
Observaties
Observaties zijn feiten, objectieve verklaringen waarvan waarnemers het eens zijn dat ze waar zijn. Binnen de psychologie zijn observaties meestal bepaalde gedragingen of patronen van gedrag bij mens en dier.
Theorieën
Theorieën zijn ideeën, een conceptueel model, dat is ontworpen om observaties te verklaren, en nieuwe observaties te kunnen voorspellen.
Hypothese
Hypothesen zijn de voorspellingen die voortkomen uit een theorie.
Wat ontdekte Pfungst en hoe ontdekte hij dit?
Pfungst ontdekte dat het paard Clever Hans niet daadwerkelijk kon rekenen en allemaal andere intelligente vragen kon beantwoorden, maar dat het kwam door het oppikken van onbewuste signalen van observatoren. Hij ontdekte dit door sceptisch te zijn. I.p.v. te kijken of de theorie klopte, ging hij proberen deze onder uit te halen d.m.v. experimentjes.
Parcimonie/Occam’s razor
Wanneer er twee of meer verklaringen zijn die een verschijnsel kunnen verklaren, wordt gewoonlijk de voorkeur gegeven aan de meest eenvoudige verklaring.
Waarnemer-verwachtingseffecten moeten voorkomen worden omdat:
De te onderzoeken proefpersonen/dieren kunnen reageren op de verwachtingen van de observator/waarnemer. En daardoor dus beïnvloed worden.
Noem 3 opzettypen (design) van een onderzoek
Experimenten, correlationele studies en beschrijvende studies.
Experiment
Meest directe en concluderende manier om hypothesen te testen over oorzaak-gevolg relaties (causaal verband) tussen twee variabelen.
Onafhankelijke variabele
Variabele waarvan wordt verwacht dat het effect heeft op het andere variabele. Onafhankelijke variabelen worden ook regelmatig vervangen voor een ander onafhankelijk variabel, om ook weer te kijken wat het effect is op het andere variabele.
Afhankelijke variabele
Variabele waarvan wordt verondersteld dat het wordt beïnvloed door het onafhankelijke variabele. Deze afhankelijke variabele staat vaak vast.
Leg uit wat within-subject en between-groups experimenten zijn
Within-subject experimenten zijn experimenten waarbij elk proefpersoon/dier in elk van de verschillende condities van de onafhankelijke variabelen wordt getest.
Between-groups experimenten zijn experimenten waarbij elke groep proefpersonen/dieren binnen een ander onafhankelijk variabel wordt getest.
Correlationele studies
De onderzoeker manipuleert geen variabele, maar onderzoekt twee of meer bestaande variabele om te kijken of er een verband (correlatie) tussen deze variabele is.
- > Als er een relatie is, kan er een voorspelling worden gedaan over een ander variabele.
- > Oorzaak gevolg kan nooit worden bepaald aan de hand van correlationele studies.
Wat bestudeerde Baumrind?
De verschillende stijlen van ouderlijke opvoeding en de ontwikkeling van het kind. Hierbij werden de disciplinaire stijlen in 3 categorieën opgedeeld:
- Autoritair
- Autoritatief
- Permissief
Beschrijvende studies
Het beschrijven van gedrag van een individu of meerdere individuen, zonder relaties tussen verschillende variabelen te beoordelen.
Noem 2 onderzoekomgevingen
Veld: waarbij er praktisch geen controle is over de verandering van variabelen, maar wel een natuurlijke setting ontstaat.
Laboratorium: waarbij er veel controle is over verandering van variabelen, maar een minder natuurlijk setting ontstaat.