H 10 en 11 Persoonsgerichte benadering en motiverende gespreksvoering (YL 3.2) Flashcards

1
Q

Humanistische benadering

A
  • Mens als geheel staat centraal en die staat vrij en verantwoordelijk in het leven
  • Carl Rogers is de grondlegger (persoonsgerichte therapie)
    drie aspecten van de hulpverlener centraal: empathie, onvoorwaardelijke acceptatie en congruentie
  • Holistische benadering
  • biologie, omgeving en eigen creatieve vermogens
  • Nadruk ligt niet op bepaalde causaliteit als oorzaak van gedrag (gedragsmatige benadering), maar doel en betekenis van handelingen.
  • rekening houden met menselijke subjectiviteit
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

motiverende gespreksvoering, ontwikkeld door de Amerikaanse psycholoog William Miller, twee aspecten

A

(1) het aangeboren vermogen tot groei
(2) de veronderstelling dat mensen hun eigen creativiteit en inzichten kunnen inzetten om tot de voor hen beste oplossing te komen.
Hierin is de door Maslow benoemde ‘groei-behoefte’ zelfactualisatie te herkennen, evenals de rol van creatieve vermogens die volgens de humanistische benadering naast biologie en omgeving, medebepalend zijn voor de ontwikkeling van de persoonlijkheid.

Het onderliggende uitgangspunt van motiverende gespreksvoering is dan ook dat duurzame en betekenisvolle verandering (groei) alleen plaatsvindt wanneer iemand intrinsiek gemotiveerd is dit te bewerkstelligen.
Gericht op samenwerkeing

Belangrijk is dat de coachee zelf de argumenten voor verandering uitspreekt (‘change talk’) en niet door de coach wordt overtuigd.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Een belangrijk aspect van de humanistische benadering is zelfactualisatie (zelfontplooiing, zelfverwerkelijking). Dit begrip is door Abraham Maslow sterk naar voren gebracht, wat is de zienswijze?

A

Volgens Maslow heeft de mens verschillende (hiërarchische) behoeften die motiveren tot handelen:
* de lichamelijke en meest basale behoeften, die moeten worden vervuld om te kunnen overleven.
* sociaal-emotionele behoeften aan veiligheid, liefde, geborgenheid en waardering vanuit de omgeving.
Deze lichamelijke en sociaal-emotionele behoeften noemt Maslow ‘tekort’-behoeften. Volgens Maslow werd er destijds (jaren veertig van de twintigste eeuw) in de psychoanalyse en behavioristische benaderingen vooral aan deze behoeften aandacht besteed.
* De top van de behoeftenpiramide van Maslow bestaat uit zelfactualisatie (zelfontplooiing, zelfverwerkelijking): ‘groei’-behoefte heeft: mensen hebben een aangeboren neiging tot groei en ontwikkeling.
Hij koppelde de mogelijkheid tot zelfverwerkelijking aan bepaalde persoonlijkheidskenmerken en ging er niet vanuit dat ieder mens ook in staat was om aan deze groei-behoefte te voldoen!!!
NB Hoewel de bijdrage van Maslow aan de theorievorming in de psychologie zeker wordt erkend, is er ook kritiek op onder andere de totstandkoming van de theorie, zijn alleen positieve benadering van groei en de universele toepasbaarheid van de theorie in verschillende culturen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is de kern van de persoonsgerichte benadering?

A

Gaat ervan uit dat ieder individu een aangeboren neiging heeft tot zelfactualisatie. Ieder individu is intrinsiek gemotiveerd om te groeien, om zich te ontwikkelen. Ziet de cliënt als expert van zijn eigen beleving en gaat uit van de kracht van de cliënt om zichzelf te ontwikkelen. De kerntaak van een persoonsgerichte coach is het creëren van een omgeving die deze zelfdeterminatie van de coachee faciliteert zodat deze kan groeien naar een meer optimaal functioneren. Er zijn drie eigenschappen die een coach moet uitdragen om een zelfdeterminatie-bevorderend klimaat te scheppen, namelijk: congruentie, onvoorwaardelijke acceptatie en empathie.
Doel: om een groeibevorderende omgeving te creëren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Congruentie, onvoorwaardelijke acceptatie, empathie

A

Een coach is congruent als hij zich bewust is van zijn innerlijke beleving en zijn onderliggende gedachten en gevoelens en hij de vaardigheid heeft om deze gedachten en gevoelens op een gepaste manier te laten zien en/of te uiten. Een congruente coach is authentiek, oprecht en transparant in zijn contact met de coachee.

Onvoorwaardelijke acceptatie verwijst naar de capaciteit van de coach om de coachee oprecht te waarderen om wie hij is en dit zonder voorwaarden voor die waardering op te leggen.

Een coach is empathisch als hij de beleving van de coachee kan aanvoelen en appreciëren. Hij is sensitief om de innerlijk wereld van de coachee (diens beleving, gedachten en gevoelens) accuraat aan te voelen. Hij is in staat om de wereld van de coachee als het ware door diens ogen te bekijken en te voelen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Verschil en overeenkomsten in benaderingen (MGV en persoonsgericht)

A

Beide: wordt uitgegaan van een empathische, warme en oprechte houding van de coach, waarbij de relatie tussen de coach en coachee als een vorm van partnerschap wordt vormgegeven. Coachee is verantwoordelijk voor groei

Fundamentele verschil zit in de meer directieve houding van de coach in motiverende gespreksvoering, waarmee hij de coachee probeert te bewegen in de richting van een verandering. In de Rogeriaanse persoonsgerichte benadering wordt gestreefd naar een non-directieve verkenning van zichzelf door de cliënt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Persoonsgerichte benadering

A

Doel: mensen helpen talenten en krachten maximaliseren.
gebaseerd op mera-theoretische aanname dat mensen intrinsiek gemotiveerd zijn om autonoom, sociaal constructief en optimaal mogelijk, te functioneren.
* fungeert de therapeut niet als de expert;
* er wordt niet gesproken over ‘beter maken’ of ’genezen van niet functioneren’, en maakt geen gebruik van een ‘diagnostische houding’,
* De attitude van de coach is zijn instrument; hij maakt geen gebruik van bepaalde technieken.
* De focus van de persoonsgerichte beroepsbeoefenaar, ongeacht waar de coachee zich bevindt in het spectrum van psychologisch functioneren is het faciliteren van de zelf-determinatie van de coachee, zodat die richting optimaler functioneren gaat.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

actualising tendency.

A

Carl Rogers ging uit dat mensen de drang hebben zichzelf te ontplooien; dit gaat niet vanzelf: een juiste sociale omgeving is nodig; een omgeving waarin iemand zich begrepen, gewaardeerd, en geaccepteerd voelt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Rogers zes voorwaarden:

A
  1. Dit is een voorwaardelijke conditie!
    Er is psychologisch contact; dat wil zeggen de coach en coachee zijn zich bewust van de ander en realiseren zich dat het gedrag van de één invloed heeft op het gedrag van de ander.
  2. De cliënt is incongruent en is kwetsbaar/angstig; een cliënt is zich nog niet bewust van onderliggende gevoelens of toont andere gevoelens.
  3. De coach is congruent; de coach is zich bewust van eigen gevoelens en gedachtes en is in staat om ze op een verantwoorde wijze, binnen deze context, te uiten.
  4. De coach is onvoorwaardelijk en positief; de coach heeft geen waardeoordeel maar is warm en accepterend.
  5. De coach voelt empathie naar de clients referentiekader en streeft er naar deze ervaring over te brengen aan de cliënt; de coach kan zich inleven in de client.
  6. De coachee ontvangt op zijn minst een minimale hoeveelheid acceptatie en empathie in de communicatie met de coach en is zich daar bewust van.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Persoonsgerichte werkwijze heeft een positieve psychologisch perspectief omdat

A

het een holistische benadering is en focust op zowel de negatieve als positieve aspecten van het menselijk functioneren en niet per definitie streeft naar het verlichten van stress en disfunctioneren. Ze richt zich met name op kwaliteit van leven (goed voelen en optimaal functioneren). Maakt geen onderscheidt tussen therapie en coaching omdat beide het zelfde voor ogen hebben.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Persoonsgerichte werkwijze, wie heeft er meeste profijt van

A

Wanneer er sprake is van Organismic Valuing Process (OVP, Rogers) en iemand door een significante therapeutische omgeving in staat is om verdedigingsmechanismes te laten vallen en diep te luisteren naar zijn eigen innerlijke wijsheid, zal de coachee/cliënt in staat zijn om zijn eigen richting te kiezen.
Helpt mensen om authentiek te leven: kan moeilijk zijn bij weinig zelfvertrouwen/laag zelfbeeld of die het moeilijk vinden om contacten met anderen te leggen. Voor dit type cliënten (en bij kinderen/jongeren) is het wellicht zinvol om te starten met hulp van activiteiten/technieken (materialen, zand, kunst) zodat er vertrouwen en een band opgebouwd kan worden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Motiverende gespreksvoering onderzoek

A

Miller: verandertaal.
Onderzoeken naar de werking komen vooral uit de verslavingszorg, meer onderzoek is nodig.
Op gebied van coaching alleen onderzoek bij hartpatienten

MG is met name zinvol bij ambivalentie tot verandering.

Twijfel en weerstand vormen de basis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

MGV drie belangrijke grondbeginselen

A
  1. De stijl van de coach moet aansluiten bij de veranderingsbereidheid van de coachee (match coach – coachee. In welk veranderstadium zit de coachee? Zie stadia Prochaska en Diclemente).
    1. De motivatie om te veranderen en hoe dit ontwikkelt; de coachee moet klaar zijn, bereid zijn en in staat zijn om te veranderen.
    2. De coachee moet zelf-effectief zijn, d.w.z. kunnen vertrouwen op het vermogen om verandering tot stand te brengen. Zonder dit zelfvertrouwen kan er geen verandering plaats vinden.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Een bruikbaar model is het: Transtheoretische veranderingsmodel van Prochaska en Diclemente (1992). Zij onderscheiden vijf stadia van verandering:

A
  1. Voorstadium pre-contemplatie; de coachee heeft nog geen verandering overwogen
    1. Overwegen/contemplatie; het overwegen van voor/nadelen van verandering
    2. Voorbereiding; klaar maken voor actie
    3. Actie; pogingen doen om te veranderen
    4. Volhouden; er is een succesvolle verandering tot stand gebracht en 6 maanden volgehouden.

Vaak een terugval, stadia volgen elkaar dus niet altijd op

In eerste drie stadia is twijfel en dat is hoorbaar in taalgebruik

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Praktijk MG (2 fases)

A
  • goede verstandhouding
  • vertrouwen en empathie
  • dans geen worsteling

twee fases:
Berg beklimmen: ambivalentie onderzoeken en een intrinsieke motivatie en zelf-efficacy opbouwen voor veranderen. Door
- Open vragen
- Reflectief luisteren met opmerkingen
- Schaalvraag om veranderingsbereidheid te meten
- Bevestiging geven

Naar andere kant van berg reizen:
Commitment vergroten.
Gezamenlijk veranderplan maken; de coach let voortdurend op het veranderstadium en past opties daarop aan. Hij let daarbij op:
- Afgenomen weerstand
- Meer vragen over verandering
- Afname van discussie over ‘het probleem’ zoals de coachee dat ziet.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Welke coachee heeft het meest aan Motiverende Gespreksvoering?

A

Coachee die:
- nog niet bereid zijn tot verandering
- ter voorkoming van disciplinaire maatregelen
- CGT of coachen op vaardigheden kan vervolg zijn