Cardiale aandoeningen Flashcards
1
Q
Wat zijn oorzaken van neonatale shock?
A
- Coarctatio aortae
- Arcus aortae onderbreking
- Hypoplastisch linkerhart syndroom
2
Q
Wat zijn oorzaken van neonatale cyanose?
A
- Tetralogie van Fallot
- Transpositie van grote vaten
3
Q
Wat zijn oorzaken van neonatale dyspnee?
A
- Atriaal septum defect
- Ventriculair septum defect
- Patente ductus arteriosus
4
Q
Hoe herken je vroegtijdig hartfalen bij de neonaat?
A
- Failure to thrive en slechte voeding
- Hartgeruis, cardiomegalie en hepatomegalie
- Dyspnee, tachypnee en tachycardie
- Koele extremiteiten, recurrente infecties en zweten
5
Q
Wat zijn oorzaken van neonatale ritmestoornissen?
A
- Congenitale hartblok: foetale hydrops, neonataal hartfalen en latere syncopes
→ pacemaker - Supraventriculaire tachycardie: lage cardiac output en pulmonaal oedeem
→ adenosine, eventueel cardioconversie - Long QT syndroom: syncopes tijdens inspanning
→ β-blokker of defibrillator
6
Q
Hoe herken je een bacteriële endocarditis?
A
- Koorts, bleekheid, anemie en splenomegalie
- Clubbing, splinterbloedingen, artritis en artralgie
- Osler nodes, Janeway laesies en Roth spots
- Hematurie, cerebrale infarctie en afwijkende cardiale tekens