Artikel Sparks, Patton, Ganshow, & Humbach (2008) Flashcards
1
Q
Wat is de onderzoeksvraag?
A
Wat is het belang van een 1e taal (L1) voor het leren van een 2e taal (L2)?
2
Q
Welke theorieën worden besproken en wat houden ze in?
A
- Linguistic interdependence hypothesis: er vindt transfer plaats van vaardigheden van de ene taal naar de andere taal.
- Linguistic coding differences hypothesis: L1-vaardigheden zijn de basis voor L2-leren & problemen met een taalcomponent hebben een negatief effect op zowel het leren van L1 als L2.
Drempelhypothese: kennisdrempel is nodig, zoals bijv. voldoende vocabulaire
3
Q
Hoe werd L1 gemeten?
A
Woorddecoderen Spelling Leesbegrip Fonologisch bewustzijn Leesbereidheid Vocabulaire Luisterbegrip
4
Q
Hoe werd L2 gemeten?
A
Woorddecoderen
Spelling
Leesbegrip
5
Q
Wat waren de resultaten?
A
L1 decoderen beste voorspeller > L2 decoderen.
L1 spelling & fonologisch bewustzijn beste voorspellers > L2 spelling.
L1 leesbegrip & L2 decoderen beste voorspellers > L2 leesbegrip.
6
Q
Waar is evidentie voor gevonden?
A
- Linguistic interdependence hypothesis & linguistic coding differences hypothesis, want L1 vaardigheden voorspellen L2 vaardigheden.
- Drempelhypothese, want L2 decoderen voorspelt L2 leesbegrip
> Automatiseringsdrempel niet onderzocht, want alleen gekeken naar accuratesse.
7
Q
Wat is de conclusie?
A
De bevindingen suggereren dat zelfs jaren nadat studenten hebben leren lezen en spellen in L1, er transfer is van hun woorddecoderingsvaardigheden, spelling en leesbegrip naar L2.