Acneïforme dermatosen Flashcards

1
Q

Acne vulgaris > Algemeen

A

Acne vulgarus/jeugdpuistjes is een mutlifactorieele aandoening van de haartalgkliercomplex

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Acne vulgaris > Epidemiologie

A
  • Prevalentie 12-25 jarige = 25-75 %
  • Prevalentie 30-40 jarige = 10%
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Acne vulgaris > Symptomen

A
  • P = gelaat, borst, bovenrug, schouders
  • R = gebonden aan het haartalgkliercomplex, gegroepeerd
  • O = enkele tot tientallen, 1-5 mm
  • V = rond
  • O = matig scherp begrensd
  • K = roodheid, witgele pustels, zwarte(open) en witte(gesloten) comedonen
  • E = Comedonen, papels, pustels, noduli, littekenvorming
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Acne vulgaris > Risicofactoren

A

tienerleeftijd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Acne vulgaris > Oorzaak

A

Ontwikkeling van acne:

  • combinatie van verhoogde talgexcretie (bv door hormonale effecten in puberteit),
  • hyperkeratose van de follikeluitvoergang
  • en kolonisatie met Propionibacterem acnes
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Acne vulgaris > Diagnostiek

A

Noodzakelijke aanzwezigheid van comedonen voor het stellen van de diagnose

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Acne vulgaris > Behandeling

A

Trapsgewijs opvoeren van:

  • lokale middelen: keratolytische middelen(benzolperoxide, adapaleen, tretinoines) of lokale AB(erythromycine)
  • AB per os, 1e keus tretracycline (bv doxycycline of minocycline)
  • Bij ernstige (conglobata) of therapieresistent : evt orale kuur isotretinoine (reguliere zwangerschapstesten en lab controle)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Acne vulgaris > Prognose

A

Tussentijdse exacerbaties en remissies,

bij 85% voor het 25e levensjaar verdwenen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Acne vulgaris > Cave!

A

Naast acne vulgaris zijn nog vele acnevarianten te onderscheiden:

  • acne conglobata
  • acne tarda
  • acne comedonica
  • acne fulminans
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Dermatitis perioralis > Algemeen

A

Dermatitis perioralis is een eruptie van kleine, monomorfe papeltjes.

De eruptie begint rond de mond en kan richting de wangen uitbreiden.

Dermatitis periocularis is een variant waarbij het rond de ogen aanwizg is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Dermatitis perioralis > Epidemiologie

A

incidientie 2:10000 per jaar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Dermatitis perioralis > Symptomen

A

Gaat soms gepaard met jeuk en branderigheid

  • P = kin, nasolabiaalplooien (rondom lippenrood blijft vrij)
  • R = gegroepeerd, circumscript
  • O = tientallen, millaire laesies
  • V = rond, verheven
  • O = matig scherp begrensd
  • K = huidskleurig tot rood
  • E = erythemateuze papels, vesikels en papulopustels, soms squameze elementen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Dermatitis perioralis > Risicofactoren

A

Vrouwelijk geslacht

jonge leeftijd

lokaal corticosteroidgebruik

gebruik van vettige cosmetica

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Dermatitis perioralis > Oorzaak

A

Door gebruik van lokale corticosteroiden

soms sprake van een contactallergi

of uitgelokt door cosmeticgebruik

anders idiopathis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Dermatitis perioralis > Behandeling

A

onderdrukken ontsteking met bv:

lokaal metronidazolcreme,

pimecrolimus

anti-inflammatoire AB < tetracyclinen

en staken lokale corticosteroiden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Dermatitis perioralis > Prognose

A

Kleine kans op remisse bij succesvolle behandeling en eliminatie van causale factoren

17
Q

Dermatitis perioralis > Cave!

A

overweeg geleidelijke afbouw van lokale corticosteroide in verband met het opvlammen van dermatits perioralis na plotseling staken van deze middelen

18
Q

Hidradenitis suppurativa > Algemeen

A

Hidradenitis suppurativa( acne ectopica, acne inversa) is een chronische ontsteking uitgaande van de haarfollikels. Hidradenitis suppurativa speelt m.n op in de plooien

19
Q

Hidradenitis suppurativa > Epidemiologie

A

Prevalentie 1%

20
Q

Hidradenitis suppurativa > Symptomen

A
  • Plaats = in de plooien, oksel en liezen (++)
  • Rangschikking = gegroepeerd
  • Omvang = zeer wisselend, van enkele laesies tot een volledig gebied dat wordt ingenomen door ontstekingsinfriltraten en fistels
  • Vorm =afhankelijk van ernst. Bij ernstige vorm: gegyreerd netwerk van laesies
  • Omtrek = matig scherp begrensd
  • Kleur = huidskleurig tot rood
  • Efflorescentie = pustels > nodi, noduli, > abcesse > fistels > verlittekening
21
Q

Wat is dit?

A

Hidradenitis suppurativa

22
Q

Hidradenitis suppurativa > Risicofactoren

A
  • roken
  • overgewicht
  • veel zweten
  • mannen:vrouwen = 1 op 2-5
23
Q

wat is dit?

A

dermatitis perioralis

24
Q

Hidradenitis suppurativa > Oorzaak

A

Multifactorieele aandoending waarbij verstopping van talgklieren door keratine of een talgprop zal leiden dilatatie en secundire inflammatie van klieren en omgeving

25
Q

Hidradenitis suppurativa > Diagnostiek

A

Kweek > uitstuiting secundaire bacteriele infectie met staphylokokken

26
Q

Hidradenitis suppurativa > Behandeling

A
  • Leefstijlverandering: stoppen met roken en aflvallen
  • kerolytische middelen( benzolyperoxide, adapaleen, tretompomes
  • lokale ab(erytrhomycine)
  • bij ernstige vorm: systemische AB of anti-TNF-alfa
  • Chirurgie: drainage abces, deroofing en excisie van aangedane huid
27
Q

Hidradenitis suppurativa > Prognose

A

zeer langdurig beloop met ernstige ontstekingsreacties

28
Q

Hidradenitis suppurativa > Cave!

A
  • gaat gepaard met een grote morbiditeit (pijnklachten
  • gevreesde complicaties: hartklepvegetaties en plaveiselcelcarcinoom in langdurig ontstoken gebieden
29
Q
A

Rosacea

30
Q

Rosacea > Algemeen

A

Rosacea(couperose) is een chronische huidaandoendingvan het gelaat, die gepaard gaat met erytheem en inflammatie. Er kunnen verschillende subtypes worden onderscheiden, waarvan de teleangiectactische vorm en papulopustuleuze vorm het meest voorkomen

31
Q

Rosacea > Epidemiologie

A

prevalentie 1-10%

32
Q

Rosacea > Symptomen

A

in 505 tevens oogafwijkingen (bijv conjunctivitis, blefaritis)

  • Plaats = gelaat, symmetrisch
  • Rangschikking = gegroepeerd, circumscript
  • Omvang = nummulair tot (kind)handpalmgroot
  • Vorm = rond, ovaal, soms meelopend met huidlijnen
  • Omtrek = matig scherp begrensd
  • Kleur = rood
  • Efflorescentie = afhankelijk van subtype overwegend teleangiectatisch of papulopustuleus
33
Q

Rosacea > Risicofactoren

A

lichter huidtype

vrouwen > mannen

leeftijd 30-50 jaar

34
Q

Rosacea > Oorzaak

A

Idiopatisch, soms verergering klachten door bepaalde triggers zoals warmte, extreme kou, alcoholinname en inname bepaald voedsel

35
Q

Rosacea > Diagnostiek

A

belangrijk voor het onderscheid met acne is de aanwezigheid van teleangiectasieen en de afwezigheid van comedonen

36
Q

Rosacea > Behandeling

A
  • triggers vermijden indien van toepassing
  • metronidazolcreme
  • ivermectinecreme
  • azelainezuurcreme
  • vacoconstrictieve creme (zoals Brimonidine)
  • ernstige vorm: tetracycline per os
  • therapieresistent: isotretinoine
37
Q

Rosacea > Prognose

A

chronsich met remissies en exacerbaties

38
Q

Rosacea > Cave!

A

overige varianten:

  • fibromateuze variant > rhinophyma (voornamelijek mannen)
  • oculair variant
39
Q
A

Rhinophyma is een variant of eindstadium van rosacea