7. de patient met een neurologische aandoening Flashcards
neurologische aandoeningen (4)
- mentale retardatie
- syndroom v Down
- autisme spectrum stoornissen
- ADHD
brachycephalie =
een kort, breed hoofd hebben
coprolalie =
het onvrijwillig uiten van schokkende woorden
vnl bij syndroom v Gilles de la tourette
echolalie =
het dwangmatig herhalen van woorden of zinnen vd gesprekspartner
dysgenesie =
gebrekkige aanleg of ontwikkeling
epicanthus =
= cirkelvormige huidplooi vh ooglid
‘‘amandelogen’’
microcephalus =
relatief klein hoofd in verhouding tot de rest vh lichaam
mutisme =
stoornis in de gesproken taal; door het bijna niet uiten v gesproken taal
selectief mutisme =
falen om te spreken in specifieke sociale situaties
pervasieve ontwikkelingsstoornissen =
term waarmee vier ontwikkelingsstoornissen plus een restgroep wordt aangeduid
pica =
zucht naar het consumeren v niet-eetbare dingen
pathognomisch=
een ziekte is door een bepaald symptoom of combinatie van symptomen bewezen aanwezig.
(Dit komt niet zo heel vaak voor: bij bijna alle symptomen kan meer dan één ziekte passen.)
neurologische aandoeningen (definitie) =
diverse groep v chronische en mogelijk ernstige aandoeningen:
- aanwezig in vroege ontwikkeling
- geeft aanleiding tot beperking (mentaal/ sociaal/ lichamelijk)
- geeft problemen met belangrijke activiteiten (spreken, mob, leren, zelfredzaamh, onafhankel.)
ID =
= Intellectual Disorder
= mentale beperking
mentale beperking = (4)
- beperkingen in intellectueel functioneren
- beperkingen in adaptief functioneren:
- conceptueel denken
- sociale vaardigheden
- praktische vaardigheden - symptomen ontstaan tijdens ontwikkelingsfase, voor 18 jr
- veel verschillende aandoeningen/syndromen
(5. globale vertraging id ontwikkeling)
mentale beperking: 5 dimensies =
- intellectuele capaciteit (redeneren, plannen, problemen oplossen, leren -> IQ)
- adaptief gedrag (aangeleerde en toegepaste vaardigheden om te functioneren in dagelijks leven)
- participatie, interactie en sociaal gedrag (leeftijdsspecifiek)
- gezondheid (fysiek, mentaal, medicatie)
- context (omgevingsfactoren,cultuur)
beperkingen in communicatie (7)
- taalstoornis
- spraakstoornis
- stotteren
- sociale (pragmatische) communicatiestoornis
- autisme spectrum stoornis
- ADHD
- specifieke leerstoornissen
ADHD afkorting =
attention deficit hyperactivity disorder
motorische beperkingen (3)
- coördinatie stoornis
- stereotype bewegingen
- Tics (bv La tourette)
doelen v ondersteunig bij neurologische aandoeningen (3)
- bevorderen v ontwikkeling, opvoeding en persoonlijk welbevinden
- verbeteren v individuele functioneren
- verbeteren v onafhankelijkheid, sociale participatie
classificatie v mentale beperking =
- mild
- matig
- ernstig
- zeer ernstig
(5. niet gespecificeerd)
milde mentale beperking =
- IQ 50-69 (mentale leeftijd tussen 9 -12 jaar)
- adaptief gedrag: kind:
- prakt. vaardig. kunnen aangeleerd worden,
- speciale klassen tot 6 lj. - adaptief gedrag: volwassene:
- persoonlijke hygiëne met ondersteuning
- communicatie OK
- geheugen en aandacht minder dan gemiddeld
- activ. zonder ingewikkelde planning kunnen
- meestal eenvoudig werk mogelijk met begeleiding
matige mentale beperking =
- IQ 35-49 (mentale leeftijd 6-9 jaar)
- adaptief gedrag: kind:
- vroeg merkbaar,
- kan niet leren lezen en schrijven,
- spreekt in korte zinnen
- kan deelnemen groepsactiviteiten - adaptief gedrag: volwassene:
- persoonlijke hygiëne met ondersteuning
- korte aandachtsspanne en geheugen
- mogelijk coördinatieprobleem
- gewetensvol
- ongeschoold werk met supervisie
ernstige mentale beperking =
- IQ 20-34 (mentale leeftijd 3-6 jaar)
- adaptief gedrag, kind:
- syst. gewoontetraining,
- aanzet tot hygiëne en kleding met ondersteuning
- kan lopen, kan beperkt spreken,
- reageert op bevelen - adaptief gedrag, volwasse:
- kan dagelijkse routine uitvoeren
- kan helpen bij kleine huishoudelijke taken, korte aandachtsspanne
- continue ondersteuning nodig
zeer ernstige mentale beperking =
- IQ <20 (mentale leeftijd <3jaar)
- adaptief gedrag kind:
- vertraging op alle vlakken v ontwikkeling
- constante supervisie en ondersteuning - adaptief gedrag volwassene:
- de meeste leren nooit rechtop zitten
- sterke beperking in zelfredzaamheid, communicatie, mobiliteit en incontinentie
genetische aandoeningen als etiologie van neurologische aandoeningen (4)
- down syndroom
- Klinefeltersyndroom (XXY bij jongens)
- syndroom v Turner (XO)
- fragiel X syndroom
Fragiel X syndroom =
= syndroom met ‘breekbaar’ deel aan het uiteinde vd lange arm vh X-chromosoom
(martin-Bell syndroom)
kenmerken van het fragiele X syndroom (mannen en vrouwen) (10)
- matige tot ernstige verstandelijke beperking
- stoornissen in taal- en spraakontwikkeling
- echolalie (papegaaien)
- sociale en gedragsproblemen (hyperactiviteit, concentratieproblemen etc)
- ↑gevoeligheid auditieve, visuele en tactiele stimuli
- ↑ smaak- en reukzin
- vermijding v oogcontact
- flapperen met de handen
- bijten op de tanden
- incontinentie
uiterlijke kenmerken fragiel X syndroom (8)
- lang, smal gezicht
- prominente oren
- prominent voorhoofd
- prognathie (centenbakje)
- hoog, smal palatum
- hyperextensibiliteit vd vingergewrichten
- korte lichaamslengte
- mannen: macro-orchidisme (vergrote testes)
etiologie neurologische aandoeningen (10+)
- genetische aandoeningen
- alcohol, drugs, ondervoeding tijdens zwangerschap
- complicaties tijdens zwangerschap en bevalling (zwangerschapsvergiftiging, prematuur, zuurstofgebrek, hoofdtrauma)
- infecties tijdens zwangerschap (rubella, syfillis, herpes, HIV,.)
- ziekte op jonge leeftijd (meningitis, mazelen, kinkhoest)
- stoornissen in het metabolisme (fenylketonurie: aangeboren enzymtekort)
- hoofdletsel in kindertijd
- bijna verdrinking tijdens kindertijd
- expositie aan toxische stoffen
- ondervoeding, sociale deprivatie tijdens kindertijd
- straling
- milieuvervuiling (bv kwik en lood)
- sociaal-culturele factoren
pre-eclampsie =
zwangerschapsvergiftiging
kernicterus =
toxische accumulatie v bilirubine (complicatie zwangerschap)
wat kan een eerste signaal zijn voor een verstandelijke beperking?
oplopen v/e leerachterstand bij begin lagere school
fysieke kenmerken neurologische aandoening (3)
(soms geen speciale fysieke karakteristieken)
- vertraagde groei en ontwikkeling
- soms typische faciale afwijkingen verbonden aan syndroom
- skeletale faciale abnormaliteiten (microcephalie, hydrocephalie, assymetrische gelaatsvormen, malformatie oor, anomalieën oog, ongewone vorm vd neus)
skeletale faciale abnormaliteiten als fysieke kenmerken v/e neurologische aandoening (6)
- microcephalie (schedelomvang te klein)
- hydrocephalie (waterhoofd, vergroting hersenkamers)
- abnormale asymmetrische gelaatsvormen
- malformatie vh oor
- anomalieën oog
- ongewone vorm vd neus