7 A&B Druk, druk, druk Flashcards
1
Q
Bildung, Unterricht
A
het onderwijs
2
Q
Ausbildung
A
de opleiding
3
Q
Arbeitserfahrung
A
de werkervaring
4
Q
Der Lebenslauf
A
HET curriculum vitae
5
Q
Personalien
A
de persoonsgegevens
6
Q
Familienstand
A
de burgerlijke staat
7
Q
Hochschule
A
de hogeschool
8
Q
Betriebswirtschaftslehre
A
de bedrijfseconomie
9
Q
Plizeischule
A
de politieacademie
10
Q
Kolleg, Gymnasium
A
het college
11
Q
Berater
A
de adviseur
12
Q
ausländisch
A
buitenlands
13
Q
Kredit
A
het krediet
14
Q
Korps, Einheit
A
HET korps
15
Q
finanziell
A
financieel
16
Q
Polizist
A
de politieagent
17
Q
Schaltermitarbeiter
A
de baliemedewerker
18
Q
Gemeinderatsmitglied
A
het gemeenteraadslid
19
Q
CDU
A
HET Christen Democratisch Appèl CDA
20
Q
Verein
A
de vereniging
21
Q
gesund
A
gezond
22
Q
Schatzmeister
A
de penningmeester
23
Q
wirklich
A
echt
24
Q
Traumberuf
A
de droombaan
25
Traum
de droom
26
Interview
het interview
27
Hintergrundinformation
de achtergrondinformatie
28
Runde (kl)
HET rondje
29
Rat
de raad
30
de raad
het advises
31
wöchentlich
wekelijks
32
Rubrik, Teil
de rubriek
33
Stadtrat
het raadslid
34
Kollegium
het college
35
Bürgermeister/in
de burgermeester
36
Dezernent, Beigeordneter
de wethouder
37
Politik
de politiek
38
landen, ankommen
terechtkomen
39
Entscheidung treffen
de beslissing nemen
40
Gemeinde
de gemeente
41
Nummer
het nummer
42
beteiligt sein
deel uitmaken
43
FRaction
de fractie
44
Partei
de partij
45
activ
actief
46
Herz
het hart
47
Seele
de ziel
48
sich beschäftigen
zich bezighouden
49
aufgewachsen
getogen
50
Dorf
het dorp
51
politisch
politiek
52
Nest
het nest
53
wofür
waarvoor
54
einsetzten
inzetten
55
vor allem
vooral
56
Gebiet
het terrein
57
Sicherheit
de veiligheid
58
Finanzen
de financiën PL
59
Interesse
de interesse
60
dafür, davor
daarvoor
61
sammeln
opdoen
62
weiterführende Schule
de middelbare school
63
dann, damals
toen
64
neben
naast
65
Teilzeit
de deeltijd
66
Büro
het kantoor, het bureau
67
Abschluss
de afronding
68
einfach
makkelijk
69
kombinieren
combinieren
70
Überstunde
HET overuur
71
übrig haben
overhebben
72
sicher, bestimmt
zeker
73
Vorstandsmitglied
het bestuurslid
74
nachhaltig
duurzaam
75
Dauer
de duur
76
teuer
duur
77
Landwirtschaft
de landbouw
78
Produktion
de productie
79
Lebensmittel EZ
HET levensmiddel
80
Seite (v.etw.)
de kant
81
viel Arbeit
de drukte
82
Gern geschehen
graag gedaan
83
Beruf
HET beroep
84
regulär
regulier
85
Erfahrung
de ervaring
86
Praxis
de praktijk
87
sich Mühe geben
moeite doen
88
landen
belanden
89
Teil sein von
(het) deel uitmaken van
90
normal
normaal
91
kiezen, een beslissing nemen
een keuze maken
92
nichts
niets
93
Ganzes
het geheel
94
Volksvertreter
de volksvertegenwoordiger
95
der-,die-,dasselbe
dezelfde
96
Mitgliedschafts
het lidmaatschap (lidmaat-zijn,lid-zijn)
97
sich qualifizieren, sich befähigen
zich bewamen
98
Urkunde
HET geschrift
99
Ergebnis
het resultaat
100
Studium
de bestudering
101
Gemälde
het schilderij
102
Skizze
de schets
103
Funktionär, Amtsinhaber
de functionaris
104
Regierung, Führung,Vorstand
de bestuur
105
Raum, Paltz
de ruimte
106
ausbrüten
uitbroeden
107
aufziehen
grootbrengen
108
Junges
het jong
109
informell
informeel (inform.)
110
Gespräch
het gesprek
111
Milieu
het milieu
112
Vollzeit
de voltijd
113
Beitrag
de bijdrage
114
bezahlen
betalen
115
legen
leggen
116
das Ei
het ei
117
Regierung
de regering
118
erfolgreich
succesvol
119
sächlich
onzijdig
120
männlich
mannelijk
121
weiblich
vrouwelijk
122
Wissenschaft
de wetenschap
123
Wahrheit
de waarheid
124
Personenbezeichnung
de personsnaam
125
Assistentin
de assistente
126
Sängerin
de zangeres
127
Bibliothekarin
de bibliothecaresse
128
Mitarbeiterin
de medewerkster
129
Regisseurin
de regisseuse
130
Moderatorin
de presentatrice
131
Heldin
de heldin
132
Königin
de koningin
133
Schauspielerin
de actrice
134
Friseurin
de kapster
135
Studentin
de studente
136
Ingenieurin
de ingenieur
137
Ärztin
de arts
138
Friseur
de kapper
139
weniger
minder
140
vergrößern
vergroten
141
Stufe, Treppe
de trap
142
genauso 2x
net zo, even
143
Geburtsort
de geboorteplaats
144
Wohnort
de woonplaats
145
wie
als
146
getrouwd
gehuwd
147
selbstverständlich, natürlich
uiteraard
148
sofort,gleich
meteen
149
Tor,Ziel
het doel
150
gemeinschaftlich
gemeenschappelijk
151
Bedeutung, Belang, Wichtigkeit
HET belang
