6 Binnen en buiten C+D Flashcards
1
Q
Horn
A
de hoorn
2
Q
Sprichwort
A
het spreekword
3
Q
Redewendung
A
het gezegde
4
Q
ärmel
A
de mouw
5
Q
falsch
A
verkeerd
6
Q
wetten
A
wedden
7
Q
Hand
A
de hand
8
Q
Luft, Himmel
A
de lucht
9
Q
kämpfen
A
vechten
10
Q
Knochen
A
HET been
11
Q
weggehen
A
heengaan
12
Q
(aus)wählen, sich entscheiden
A
kiezen
13
Q
heute
A
vaandag
14
Q
Chance
A
de kans
15
Q
also
A
dus
16
Q
Eintrittskarte
A
het kaartje
17
Q
übrig
A
over
18
Q
Streit
A
de ruzie
19
Q
Kasse
A
de kassa
20
Q
beschließen
A
besluiten
21
Q
darum
A
daarom
22
Q
verkaufen
A
verkopen
23
Q
Reihe
A
de rij
24
Q
Stunde
A
HET uur
25
beschäftigt
bezig
26
Heide
de hei
27
Wetterbericht
HET weerbericht
28
anschaun
kijken naar
29
mitten
midden
30
auf einmal
opeens
31
stark
hard
32
Mitglied
het lid
33
Fußballverein
de voetballclub
34
Ersatzbank
de reservebank
35
Spiel
de wedstrijd
36
Ticketshop
HET Uitbureau
37
Band, Musikgruppe
de band
38
Öffnung
de opening
39
ausverkauft
uitverkocht
40
am Strand
op het strand
41
Fluss
de rivier
42
Baurnhof
de boerderij
43
Weide
het weiland
44
Sauwetter
de hondenweer
45
Gewitter
het onweer
46
Nebel
de mist
47
Schnee
de sneeuw
48
Wind
de wind
49
Wolke
de wolk
50
Sturm
de storm
51
Temperatur
de temperatur
52
schneien
sneeuwen
53
bewölkt
bewolkt
54
wehen
waaien
55
stürmen
stormen
56
Grad
de graad
57
gewittern
onweren
58
nebelig
mistig
59
Stichwort
het trefwoord
60
nacherzählen
navertellen
61
Wetteraussicht
de weersverwachting
62
Wetterwarnung
de weerwaarschuwing
63
Warnung
de waarschuwing
64
mindestens
minstens
65
Musik
de muziek
66
Hobby
de hobby
67
Zeile
de regel
68
abschließen
afsluiten
