6. West-Vlaamse bloei in de 19de eeuw: van Gezelle tot Rodenbach Flashcards

1
Q

6.1 Algemene karakterisering

A

BLOEI W-VLAAMSE LITERATUUR

  • kenmerk in 19de eeuw
  • in de marge van de het officiële circuit
  • opstoot van West-Vlaamse romantiek
  • verbonden met Guido Gezelle

OP HETZELFDE MOMENT

  • NL: Multatuli
  • Z: Loveling
  • Gent: strijdvaardig en kritisch
  • Brussel: l’art pour l’art
  • Antwerpen: bezadigde literatuur

WEST-VLAAMS TAALPARTICULARISME

  • behoudsgezindheid
  • conservatief, katholieke beweging
  • romantisch nationalisme
  • geen aansluiting bij andere tendensen
  • andere variant van romantiek (lokaal)
  • -> N: Bilderdijk
  • -> Z: Conscience, Ledeganck (focus op verleden)
  • West-Vlaamse spreektaal proberen te verheffen tot literaire taal
  • geen aansluiting bij Hollands, tegen Frans
  • vooral R-K dichters
  • vaak priester-dichters
  • Gezelle pas later gewaardeerd (eerst schrijver van wartaal)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

6.2 overzicht Gezelles literaire ontwikkeling

A

A) kenmerken poëzie Gezelle
B) Gezelles stijl
C) receptie werk Gezelle (2 tendensen)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

A) kenmerken poëzie Gezelle

A

3 KENMERKEN

1) poëzie is expressie van gevoelsleven
- eigen individueel gemoedsleven
- ambivalentie (depri thema’s tegenover hoop en vriendschap)
- (aankondiging Tachtigers in NL)

2) belijdenis/stemmingslyriek
- individuele beleven van de natuur
- natuur = de openbaring van God
- natuur speelt de hoofdrol
- geloof in God
- beeldentaal
- natuurbeelden worden personificaties
- natuurmetaforiek

3) taalgebruik
- Gezelles taalgebruik wijkt af van traditioneel TG
- eigen fris idioom
- vernieuwend, tegen esthetica’s van tijdgenoten
- aanvankelijk niet positief onthaald (raadselachtig man)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

B) Gezelles stijl

A
  • vertrouwd met eigentijdse literatuur
  • theologische opleiding
  • put uit brede theologische en filosofische kennis
  • vertrouwd met de klassieke oudheid
  • referenties aan de klassieken
  • vertaalde uit en schreef in het Engels
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

C) receptie werk Gezelle

A

2 TENDENSEN

1) AANDACHT VOOR MENS ACHTER KUNSTENAAR
- biografisch onderzoek
- psychologische aspecten
- van daaruit poëzie benaderen
- Westerlinck
- over taalkunst van Gezelle

2) SOCIOLOGISCH EN RECEPTIE-HISTORISCH
- niet psychologisch
- niet vanuit biografie
- hoe werd werk van Gezelle onthaald (Couttenier)
- Pol de Mont
- -> heeft Gezelle op de kaart gezet
- -> redacteur van HET PENNOEN
- -> vriend van Albrecht Rodenbach
- -> VAN NU EN STRAKS opgericht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

6.3 Gezelles leven en werk in 3 periodes

A

1) eerste periode (Roeselare)
2) tweede periode (Brugge)
3) derde periode (Kortrijk)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

1) eerste periode (Roeselare)
- gedichten
- thematiek
- klaagzangen
- biografisch

A

GEDICHTEN

  • Dichtoefeningen, Kleengedichtjes, Kerkhofblommen
  • leerkracht-verteller
  • nieuwe onderwijsmethoden
  • overlijden van leerling
  • ambivalentie in poëzie (neerslachtigheid vs. hoop en verbondenheid met God)
  • vroege Gezelle
  • hoogtepunt van romantiek

THEMATIEK

1) individuele beleving van natuur (God openbaart zich in natuur)
2) nationaal en religieus gevoel
3) innerlijke verscheurdheid (contrasten; wanhoop/harstocht, onbegrepen en eenzaam/vreugde en extase)
- gedicht DIEN AVOND EN DIE ROOSE

KLAAGZANGEN

1) klacht tegen onverschilligheid mens tgo de natuur
- gedicht O T RUISCHEN VAN T BLANKE RIET
2) klacht tegen de onbegrepenheid, sociaal isolement
- gedicht GIJ BADT OP EENEN BERG

BIOGRAFISCH
- lln leren over de natuur
- hij wordt uiteindelijk ontslagen in Roeselare
- Gezelle had daar een groep schrijvers rond zich
(Zwiegende Ede)
- lln die hij had geselecteerd
- de wedergeboorte van christelijk Vlaanderen
- vriendschapscultus
- o.a. Albrecht Rodenbach

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

gedicht DIEN AVOND EN DIE ROOSE (Gezelle)

A

EERSTE PERIODE

  • belijdenisgedicht
  • gevoelens van genegenheid en liefde
  • vergankelijkheid
  • liefde verwelkt zoals roos
  • contrasten!!!
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

gedicht O T RUISCHEN VAN T BLANKE RIET (Gezelle)

A

EERSTE PERIODE

  • uit ‘Dichtoefeningen’
  • klacht tegen onverschilligheid mens tgo de natuur
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

gedicht GIJ BADT OP EENEN BERG (Gezelle)

A

EERSTE PERIODE

  • klacht tegen onbegrepenheid, zijn sociaal isolement
  • eenzaamheid
  • gevoel van verlatenheid
  • klacht over zichzelf
  • ‘alleen’
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

2) tweede periode (Brugge)
- biografisch
- thematische ontwikkeling

A

BIOGRAFISCH

  • de dichter zwijgt
  • brengt geen nieuwe dichtbundels uit
  • wel veel gelegenheidsgedichten
  • ook in Brugge ging het niet goed
  • liefde voor de taal en de filosofie
  • richt wel tijdschrift LOQUELA op

THEMATISCHE ONTWIKKELING

  • sombere visie op de mens
  • vriendschappen werden verbroken
  • gevoel van eenzaamheid
  • neerslachtigheid
  • mens en wereldbeeld wordt negatiever
  • mens = harmonie met de natuur kwijt
  • verlies van harmonie met God
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

3) derde periode (Kortrijk)
- biografisch
- gedichten
- kenmerken bundels
- thematiek

A

BIOGRAFISCH

  • 2de creatieve fase
  • terugkeer naar de poëzie (vertaalt Hiawatah van Longfellow)
  • schrijft twee nieuwe bundels

GEDICHTEN
2 grote dichtbundels
1) TIJDKRANS
2) RIJMSNOER

KENMERKEN BUNDELS

  • gelijkluidend als eerste periode
  • evenwichtiger en minder hartstochtelijk
  • natuurbeelden en personificaties
  • gedichten worden eenvoudiger en soberder
  • minder extatische belijdenis
  • vorm wordt belangrijker
  • compositie-element is belangrijk
  • -> gesloten constructies
  • macro: titel, de bundels zelf
  • micro: in de gedichten zelf ook
  • expressionistische schrijftechniek
  • schrijven met woorden
  • t’er viel ne keer een blaadjen

THEMATIEK

1) belijdenislyriek
- persoonlijk
- natuur als openbaring van God
- sensitivistisch

2) taalvirtuositeit
- taalspel
- impressionist (zoals Kloos)
- indrukken van kleur en licht vertalen

3) poésie pure
- poezie als muzikaal mechanisme
- klankspelletjes, klankstructuren
- verbonden met PVO en KVDW
- Faverey, Joris, Kouwenaar (na WOII ook poésie pure)

gedicht KHOORE TUITEND HOORNEN

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

gedicht K HOORE TUITEND HOORNEN

A
EERSTE PERIODE
- klankassociaties
- zoals bij PVO en KVDW
- auditieve dimensie van taal
- verwijzing naar God
- ook hier poésie pure
aandacht voor taal
- komt uit Kleengedichtjes
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

6.4 de school van Gezelle

A

1) Eugene van Oye
2) Hugo Verriest
3) Albrecht Rodenbach

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

1) Eugene van Oye

A

DE SCHOOL VAN GEZELLE

  • inspiratie voor zijn DIEN AVOND EN DIE ROOZE
  • belang van epifoor en apostrof
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

2) Hugo Verriest

A

DE SCHOOL VAN GEZELLE

  • flamingant
  • priester
  • Gezelliaanse dichter
  • politiek betrokken
  • eenheid met de natuur (symbiose)
  • schreef invloedrijke essays in ‘Twintig Vlaamse Koppen’
17
Q

3) Albrecht Rodenbach
- biografisch
- jeugdwerk
- engagemnt

A
SCHOOL VAN GEZELLE
BIOGRAFISCH
- jong gestorven aan tbc
- zat in seminarie in Roeselare bij Gezelle
- bekendste leerling van Gezelle
- studeerde rechten aan KUL
- auteur van poëzie en toneel
- literair opzicht: sterker dan z'n meester

JEUGDWERK

  • vroegste werk: geweldig temperament
  • grootse visie op de mens en de wereld
  • plaats voor Vlaanderen in de wereld
  • gedachtenlyriek in poëzie
  • ‘Vlaamsche strijdliederen’, conservatief, politiek gedachten
  • gedicht KLOKKE ROELAND

ENGAGEMENT

  • engageerde zich in Klein Seminarie in Roeselare
  • voor de Vlaamse zaak (middelbaar)
  • agitator
  • op Vlaamse school mocht er geen Nederlands gesproken worden op de speelplaats
  • legde vuur aan de schenen van het bestuur
  • speelde een rol in de opstand ‘DE GROTE STORINGE’
  • protestbeweging van Vlaamse jongeren tegen de overheid
  • speelde later een rol in de BLAUWVOETERIE (Leuven)
  • flamingantische studentenbeweging in Leuven
  • stichtte samen met Pol de Mont het PENNOEN
  • schreef ‘Gudrun’ , toneeltekst, idealen van katholieke studentenbeweging
18
Q

gedicht KLOKKE ROELAND (Rodenbach)

A
  • strijdlied
  • veel uitroeptekens
  • Vlaanderen