15. Nieuw-realistische tendensen Flashcards

1
Q

15.1 Algemene karakterisering: kunst, politiek en literatuur

A

A) POLITIEK
B) KUNST
C) LITERATUUR

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

15.1 Algemene karakterisering: kunst, politiek en literatuur
A) POLITIEK
- jaren 60 en gevolgen

A

POLITIEK

  • jaren 60: golden sixties
  • economische hoogconjunctuur
  • welvaartmaatschappij
  • wereldtentoonstelling expo 58
  • Atomium wordt gebouwd
  • de welvaart heeft een keerzijde

GEVOLG 1: ontstaan contestatiebewegingen

  • linkse intelligentsia
  • tegen ‘alles is te koop’
  • vele protesten
  • tegen kapitalisme

GEVOLG 2: DEMOCRATISERING
- ook van het onderwijs

GEVOLG 3: INTERNATIONALISERING

  • buiten de eigen dorpskern
  • ontwikkeling communicatiemedia (tv; in contact met andere werelden, culturen)

GEVOLG 4: MORELE LIBERALISERING

  • anti-autoritaire maatschappelijke stromingen ontstaan
  • revolutionaire jaren 60
  • seksuele revolutie
  • liberalisering van normen en zeden
  • tegen consumptie-wegwerpmaatschappij
  • tegen kapitalisme
  • sfeer van opstand
  • maatschappelijke revolutie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q
15.1 Algemene karakterisering: kunst, politiek en literatuur
B) KUNST
- dada
- happening
- literaire avant-gardegroep
- Provo
A

KUNST

  • medium om kritiek te formuleren
  • uiting van maatschappelijk engagement
  • zelf ook voorwerp van kritiek
  • werd als literair beschouwd
  • alles is kunst
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

15.1 Algemene karakterisering: kunst, politiek en literatuur
B) KUNST

  • dada
A

DADAISME

  • anti-esthetica
  • neodadaïsme
  • revival
  • geen onderscheid tussen kunst/geen kunst
  • ready-mades (verheven tot kunstwerken
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

15.1 Algemene karakterisering: kunst, politiek en literatuur
B) KUNST

  • happening
A

FENOMEEN VAN DE HAPPENING

  • in jaren 60 begonnen
  • poezie in carré ‘Vinkenoog), niet meer voor uitverkorenen maar voor iedereen
  • organiseren manifest en roepen op tot permanente revolutie
  • pleidooi voor permanente revolutie
    1) ALLE MUSEA GESLOTEN
    2) ALLE KUNSTWERKEN VERNIETIGEN
  • dadaïstisch gebaar
  • bestaande kunst opheffen
  • radicale vernieuwing
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

15.1 Algemene karakterisering: kunst, politiek en literatuur
B) KUNST

  • literaire avant-gardegroep
A

LITERAIRE AVANT-GARDE GROEP

  • de ZESTIGERS
  • avant-gardistische standpunten
  • ready-mades
  • Warhol
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

15.1 Algemene karakterisering: kunst, politiek en literatuur
B) KUNST

  • Provo
A

PROVO

  • A’dam (1905-1967)
  • beweging
  • provocatie
  • ludieke, politiek-anarchistische protesten in NL
  • tegen de consumptiemaatschappij
  • ontstond als jongerenbeweging
  • orde verstoren, bewust politieke strategie
  • revolutionairen
  • afstand doen van gezagsgetrouwe burgers
  • front gevormd tussen studenten, kunstenaars, arbeiders

BELANGRIJKE BEGRIPPEN

  • toenemende openheid van denken
  • democratisering
  • internationalisering
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

15.1 Algemene karakterisering: kunst, politiek en literatuur

C) LITERATUUR

A

BELANGRIJKSTE KENMERKEN DEMOCRATISERINGTENDENSEN IN LITERATUUR

1) wegvallen van klassieke grenzen en hiërarchische ordeningen
2) tendens tot defictionalisering (docuroman, faction)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

15.2 nieuw-realistische en neodadaïstische tendensen in de jaren 60

A

A) BEELDENDE KUNST
B) MUZIEK
C) PROZA
D) POEZIE

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

15.2 nieuw-realistische en neodadaïstische tendensen in de jaren 60
A) BEELDENDE KUNST

A

BEELDENDE KUNST

  • procedé van de ready-mades (in andere betekenis geplaatst)
  • Andy Warhol
  • Duchamp
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

15.2 nieuw-realistische en neodadaïstische tendensen in de jaren 60
B) MUZIEK

A

MUZIEK

  • street noise van John Cage
  • vier minuten stilte in stuk
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

15.2 nieuw-realistische en neodadaïstische tendensen in de jaren 60
C) PROZA

A

PROZA

  • Menuet van Boon (ready mades, niet-literaire elementen, de dood van de roman)
  • docuromans van Harry Mulisch
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

15.2 nieuw-realistische en neodadaïstische tendensen in de jaren 60
D) POEZIE

A

POEZIE

  • wild gardening van Bernlef (boodschappenlijstje als gedicht, ready-mades, tegen consumptiemaatschappij)
  • experimenten van Bernlef in GARD SIVIK en BARBARBER
  • defictionalisering
  • niet-literaire elementen
  • weerbericht, politiek manifest in literatuur
  • kunst is geworteld in het dagelijkse leven
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

15.3 nieuw-realistische poëzie in Nederland

A
A) GARD SIVIK
B) CREDO VAN DE ZESTIGERS
C) BARBARBER
D) ARMANDO
E) ZEROISME/NUL-BEWEGING
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

15.3 nieuw-realistische poëzie in Nederland

A) GARD SIVIK

A
  • oorspronkelijk antwerps tijdschrift
  • nieuw-realisme wordt hierin geïntroduceerd
  • eerst vlaamse redactie onder de 55’ers
  • vanaf ‘57: redactie naar Nederland onder Sleutelaar en Vaandrager
  • ‘59: Armando
  • dan volledige ommezwaai
  • wordt blad van nieuw-realisme
  • boek ‘Nieuwe datum in poëzie’
  • verkeersbord van 50 doorstreept
  • komaf met de Vijftigers
  • verandert na een tijdje in DE NIEUWE STIJL
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

15.3 nieuw-realistische poëzie in Nederland

B) CREDO VAN DE ZESTIGERS

A

CREDO (onderscheiden zich van Vijftigers)

1) aandacht voor gewone, alledaagse realiteit
- waardering maar vernieuwers
- verweten hen traditioneel beeld van de bohemiens, armoedige omstandigheden

2) kenmerken schrijfprocédé 60ers
a) kunst wil registreren
- oefening in waarneming
- dingen objectiveren
b) isoleren en annexeren (ook zeroïsme)
- iets uit dagelijkse leven isoleren en dan in een nieuwe context annexeren
c) pleidooi voor journalistieke poëzie
- dichter moet zoals journalist registreren, afzonderlijk beschrijven
- objectiverende poëtica
d) intensiveren
- kijkpoëzie

17
Q

15.3 nieuw-realistische poëzie in Nederland

C) BARBARBER

A
  • vergelijkbare klemtonen als in GARD SIVIK
  • oprichters (SCHIPPERS en BERNLEF)
  • profileert zich als tijdschrift voor teksten
  • BARBABER = woord dat eigenlijk niet bestaat, vgl dada
  • nieuwe poëzie (barbarismen, koele en observerende poëzie, kijkpoëzie)

EEN CHEQUE VOOR DE TANDARTS

  • Schippers, Bernlef
  • boekje waarin ze duidelijkheid scheppen over hun esthetica
  • Bernlef zegt aantal zaken in dit boek

1) Duchamp is de pionier
- ready-mades, dadaïsme, zeroïsme (elke emotie herleid tot nul)
2) Dada is dolk in de rug van verstarde kunst/belachelijke maatschappij
- dada: provocerende houding van protest
- duchamp: spot drijven met my
- kunst = observeren zoals een camera
- persoonlijke gevoelens zijn niet meer belangrijk
3) lof voor Amerikaanse dichters
- Moore, Bishop

gedicht HARTEN JAGEN

18
Q

gedicht HARTEN JAGEN (Schippers)

A
  • verwondering overtreft het alledaagse
  • slotstrofe van het gedicht
  • vreemd wijst op verwondering van het alledaagse
19
Q

15.3 nieuw-realistische poëzie in Nederland

D) ARMANDO

A
  • kunstenaar
  • pseudoniem Dodeweerd
  • meegewerkt aan Barbarber
  • profileerde zich vooral in Gard Sivik/De nieuwe Stijl
  • meest radicale
  • zeer revolutionaire standpunten
  • eigen museum
  • schilder
  • houdt pleidooi voor meer journalistieke poëzie
  • -> Armando en Sleutelaar
  • -> Aanwijzingen voor de pers
  • -> realiteit zelf tot kunst verheffen
  • -> niet de fictie maar de realiteit dient tot de kunst te worden verklaard
  • -> neodadaïsme, zeroïsme en neorealimse = driehoek

-verbonden met Zeroïsme

20
Q

15.3 nieuw-realistische poëzie in Nederland

E) ZEROISME

A
  • nul-beweging (internationaal)
  • abstracte, beeldende kunst
  • ook Nic van Bruggen
  • zoals camera dingen waarneemt
  • kunstenaars zonder verf of kwast
  • ready-mades
  • integreren in artistiek project
  • komaf met subjectieve inbreng
  • emoties tot nul herleiden
  • autonomistische poëtica
  • isoleren en annexeren van fragmenten uit realiteit

AGRARISCHE CYCLUS ARMANDO

  • gedicht DE MACHINE
  • gedicht BOKSERCYCLUS
21
Q

gedicht DE MACHINE (Armando)

A
  • tegen klassieke opvattingen poëzie
  • elke regel wordt ‘de machine’ hernomen
  • mededelingen
  • met knippen en plakken een handleiding van een landbouwmachine tot gedicht gemaakt
22
Q

gedicht BOKSERCYCLUS (Armando)

A
  • registratie van wat toeschouwers van boksmatch ervaren
  • geen inbreng van dichtend subject
  • loutere weergave realiteit
23
Q

samenvatting poëzie in Nederland

A

1) depoëtisering
- poëzie is verankerd in de werkelijkheid
2) 50’ers drijven spot met burgerij op ludieke manier
- bij 60ers is het bittere ernst
- bekritiseren, zijn sociaal bewogen
3) barbarismen
- 50’ers: beeldentaal, metaforen
- 60’ers= ready-mades, barbarismen
4) kijkpoëzie (verwondering)

24
Q

15.4 nieuw-realistische poëzie in Vlaanderen

A
  • niet zo radicaal als in NL
  • niet zo revolutionair
  • geen behoefte om programmatische teksten te laten gelden
  • gematigde toon

ROLAND JOORIS

  • vertegenwoordiger van kijkpoëzie
  • later: verdwijnpoëzie
  • woordvoerder van de NIEUWE VISIE BEWEGING
  • -> geleerd beeldende kunst (Raveel)
  • van kijk- naar verdwijnpoëzie
  • dichten is wegnemen/uitzuiveren
  • schrijven is wegnemen
  • less is more
  • minimalistische teksten
  • verticale gedichten
  • minimal art

gedicht SCHRIJVEN
gedicht MINIMAL
gedicht APPEL

25
Q

gedicht SCHRIJVEN (Roland Jooris)

A
  • slank
  • minimalistisch
  • verwijzing naar plastische kunst
26
Q

gedicht MINIMAL (Roland Jooris)

A
  • strofe 1: 6 woorden

- strofe 2: realiteit, evidentie

27
Q

gedicht APPEL (Roland Jooris)

A
  • verdwijnpoëzie

- hier verschuiving naar latere poëzie

28
Q

15.5 Analyse van de NRP in Vlaanderen

A

VLAANDEREN

  • geen spontane groepsvorming maar individuele dichters
  • heterogeniteit
  • verschillende paradigma’s/poëtica’s
  • geen gezamenlijke programmaverklaring
  • geen extreme varianten
  • van Ryssel, Lasoen, De Coninck
29
Q

Herman De Coninck

A
  • Vlaamse nieuw-realist
  • onderzoek heeft uitgewezen dat in zijn tweede bundel bepaalde dichten vroeger geschreven waren dan uitgegeven dus géén snelle verschuiving naar neoromantiek
  • in se wel neoromanticus

GEDICHTEN

  • parlando-stijl
  • narratieve stijl
  • korte verhaaltjes (als je enjambementen wegdoet)