4 - Polyfarmacie Flashcards

1
Q

Waarmee is polyfarmacie geassocieerd?

A

Mortaliteit, vallen, bijwerkingen, verlengde hospitalisatieduur en heropname in het ziekenhuis snel na ontslag.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Juist of fout?

Het is nodig om de polyfarmacie te verminderen.

A

Fout, dat is niet zo. Het is wel nodig om adequaat en gepast therapie voor te schrijven.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Geef de drie types DRP.

A
  • Overgebruik: er is geen indicatie voor het genomen GM
  • Verkeerd gebruik: er is een indicatie maar het GM wordt verkeerd ingenomen
  • Ondergebruik: er is een indicatie maar het nodige GM wordt niet ingenomen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Geef het stappenplan om DRP’s te vermijden.

A
  1. Medication reconciliation: een up-to-date lijst van alle medicatie die de patiënt neemt
  2. Farmacotherapeutische analyse: screenen van de medicatielijst op DRP’s
  3. Farmacotherapeutische discussie: overleggen met patiënt welke oplossingen er zijn
  4. Farmacotherapeutisch plan: uitleg, implementatie en follow-up
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly