20 - Decubitus Flashcards

1
Q

Wat zijn risico-indicatoren van decubitus?

A
  • Comorbiditeit: DM, terminale nierinsufficiëntie, schildklierlijden
  • Corticoïdengebruik
  • Urinaire of faecale incontinentie
  • Diffuus of lokaal verminderde bloedcirculatie
  • Verminderde mobiliteit en functionele capaciteit
  • Matige-ernstige cognitieve stoornissen
  • Ondervoeding en dehydratatie
  • VG van decubitus
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat zijn risicofactoren voor decubitus?

A

Verhoogde druk en schuifkracht: bedlegerigheid en rolstoelafhankelijkheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is het verschil tussen een statische matras en dynamische matras?

A

Bij een statische matras zit een niet-elektrisch aangedreven systeem die de grootte van de druk vermindert (bv. traagschuim). In een dynamische matras zitten elektrisch aangedreven systemen die de grootte van de druk reduceren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is de doelstelling van een alternerend systeem?

A

De cellen worden alternerend opgeblazen zodat de duur dat een bepaald lichaamsdeel wordt blootgesteld aan druk verkort wordt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is het nut van silicone schuimverbanden?

A

Het wordt gebruikt als adjuvante therapie (niet als vervanging).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Welke maatregelen zijn niet zinvol in de preventie van decubitus?

A
  • Inpakken van hielen en/of ellebogen met verbanden en zwachtels
  • Zitringen of uitsparingen in de matras
  • Schapenvacht
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Bespreek de categorie 1 decubitus.

A

Er is een niet-wegdrukbare roodheid maar de huid is wel nog intact.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Waaruit bestaat de aanpak van categorie 1 decubitus?

A
  • Preventieve maatregelen
  • Dagelijkse inspectie: extra waakzaamheeid
  • Huidverzorging: wasfrequentie aanpassen, regelmatig hydrateren
  • Incontinentie vermijden, eventueel zinkoxidepasta om huid te beschermen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Bespreek decubitus categorie 2.

A

Er is blaarvorming met vaak evolutie naar oppervlakkige erosie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Bespreek decubitus categorie 3.

A

Er is een relatief oppervlakkige wonde met eventueel blootliggende subcutis of necrose tot in de subcutis. De fasia blijft intact, er zijn dus geen blootliggende pezen, spieren of bot.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Bespreek decubitus categorie 4.

A

Er zijn blootliggende pezen, spieren of bot of necrose tot op dat niveau.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wanneer is debridering van necrose niet noodzakelijk?

A

Bij een droge zwarte necrose of bij necrose op pees- of zenuwstructuur.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wanneer ga je AB voorschrijven bij decubitus?

A

Bij tekens van verspreidende infectie of systemische infectie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly