21. Dissociatieve stoornissen Flashcards
Neodissociatietheorie
Dissociatie is een verstoring van de normale hiërarchie, waardoor cognitieve subsystemen tot op zekere hoogte onafhankelijk gaan functioneren en ontsnappen aan de invloed van het centrale controlesysteem.
Compliance
De proefpersonen geven de reacties die door de onderzoeker dan wel door de proefopstelling (demand characteristics) worden uitgelokt.
Onthechting
Een veranderde bewustzijndstoestand waarbij iemand zich los voelt van bepaalde aspecten van het dagelijks functioneren, zoals het eigen lichaam, het zelfgevoel of de omringende wereld.
Compartementalisatie
Symptomen die zich kenmerken door een gebrek aan integratie tussen verschillende mentale systemen.
Depersonalisatiestoornis
- de ervaring buiten de eigen gevoelswereld of buiten het eigen lichaam te staan
- derealisatie (rouw)
- realiteitstoetsing in tact
Dissociatieve amnesie
- één of meer episoden komen voor waarin iemand niet in staat is zich persoonlijke informatie te herinneren, waarbij het geheugenverlies verder gaat dan ‘gewone vergeetachtigheid’ en niet te verklaren is door andere stoornissen
- declaratieve geheugen verstoord
- black-outs
- komt vrij vaak voor in tijden van oorlog en bij rampen
- gelokaliseerd: amnesie voor welomschreven periode
- selectief: bepaalde gedeelten van een gebeurtenis vergeten en andere niet
- gegeneraliseerd: amnesie voor het hele voorbije leven van een persoon, incl eigen identiteit
- continue: alle gebeurtenissen vanaf bepaald moment tot en met het heden zijn vergeten.
- gesystematiseerd: mensen zijn alle herinnering over bijvoorbeeld een bepaalde persoon of familie van oorsprong vergeten, terwijl zij zich andere gebeurtenissen uit dezelfde periode wel herinneren.
Dissociatieve fugue
Relatief langdurige toestand van veranderd bewustzijn, waarbij de patiënt in staat blijft tot complexe handelingen.
- kan duren van enkele uren tot - uitzonderlijk - enkele maanden.
Dissociatieve identiteitsstoornis
- het bestaan van twee of meer persoonlijkheidstoestanden of identiteiten, ook wel ‘alters’ genoemd, die de controle over het gedrag afwisselend van elkaar overnemen.
- tussen alters kan gehele of gedeeltelijke amnesie bestaan. (functionele amnesie)
- complexe comorbiditeit
- DIS vs schyzofrenie: stemmen in het hoofd vs stemmen van buitenaf
- niet psychotisch
- chronische stoornis
- 90% vrouw
Dissociatieve trancestoornis
Verzamelnaam voor een aantal cultuurgebonden stoornissen die met dissociatie gepaard gaan.
Etiologie
- biologische factoren: disfunctie van de temporaalkwab van de hersenen, farmacologische invloeden
- psychische factoren: hevige stress, bedreiging
Vierfactorenhypothese (Kluft)
- een hoge aanleg voor dissociatie
- overweldigende ervaringen zoals incest of mishandeling, waardoor de dissociatieve aanleg geactiveerd wordt
- factoren die een model voor de vorming van alters bieden, waaronder cultuurspecifieke modellen en interne factoren zoals het bestaan van imaginaire speelkameraadjes
- het ontbreken van beschermende sleutelfiguren zoals ouders of andere opvoeders, die herstel zouden kunnen bevorderen.
Behandeling
- relaxatieoefeningen leiden tot een toename van de klachten
- geen goede vergelijkende effectstudies.