1.7 Foetale hartbewaking Flashcards
Wat is het belang van de foetale registraties?
Contracties veroorzaken een periodiek zuurstoftekort > verdedigingsmechanisme van de foetus treedt in werking
Door foetale registratie bekijken we of de foetus het hele proces van arbeid blijft verdragen zonder > foetus moet kunnen recupereren
Fysiologie van het foetale hartritme
Waardoor kan het foetale hart hypoxie eerder signaleren dan het adulte hart?
- Lagere zuurstofsaturatie & -spanning: 4 circulatoire shunts
- Zuurstofarme intra-uteriene milieu
Fysiologie van het foetale hartritme
Waarom is er een lagere zuurstofsaturatie - spanning in de foetale circulatie?
Nodig voor een efficiënte zuurstofuitwisseling thv de placenta > lage zuurstofspanning: foetaal Hb hogere affiniteit zuurstof dan adulte Hb > °zuurstof ‘wegzuigen’ bij moeder
Fysiologie van het foetale hartritme
Welke vier circulatoire shunts zorgen voor deze lage zuurstofspanning?
- Placenta
- Ductus venosus
- Foramen ovale
- Ductus arteriosus
Trapsgewijze daling zuurstofspanning
Fysiologie van het foetale hartritme
Hoe zorgt de placenta voor een lage zuurstofspanning?
- 1/3 placenta neemt niet deel aan zuurstofuitwisselingsproces > reserveweefsel
- Bloed uit dit deel vermengt zich in v. umbilicalis met zuurstofrijk bloed > °meest zuurstofrijke bloed krijgt lagere zuustofspanning
Fysiologie van het foetale hartritme
Hoe zorgt de ductus venosus voor een lage zuurstofspanning?
Thv monding DV in VCI mengt zuurstofrijke bloed uit v. umbilicalis met zuurstofarme bloed uit VCI uit onderste lichaamshelft > °dalende zuurstofspanning
Fysiologie van het foetale hartritme
Hoe draagt het foramen ovale bij tot de zuurstofspanning?
Via VCI in rechteratium:
> Deel ongewijzigd door foramen ovale naar linkeratrium
> Achtergebleven deel in rechteratrium vermengt met zuurstofarmbloed uit hersenen
Fysiologie van het foetale hartritme
Hoe draagt het ductus arteriosus bij tot de zuurstofspanning?
Bloed in linkeratrium > mengt thv DA met zuurstofarm bloed uit rechteratrium > °dalende zuustofspanning
Fysiologie van het foetale hartritme
Hoe wordt deze lage zuurstofspanning gecompenseerd?
Gevolg?
Hersenen voorzien van bloed door…
Shunts laten toe om bepaalde delen van foetale circulatie op te splitsen & parallel te schakelen met elkaar
Voornaamste organen eerst van bloed voorzien: lever, hart & hersenen
Fetal brain sparing
Fysiologie van het foetale hartritme
Hoe & waar vindt de eerste stap van de fetal brain sparing plaats?
Thv monding v. umbilicalis in foetale lever
1. Gezonde foetus
> 75% bloed via vena porta naar lever
> 25 % bloed via DV naar VCI naar hart
2. Verminderde placentaire functie met lager O2
> 40 % bloed via DV naar VCI naar hart & hersenen > °voordeel hart & hersenen
Fysiologie van het foetale hartritme
Waarom is de lever belangrijk bij het oxygenatieproces?
Vanaf 8-30w: lever = erytropoëtisch orgaan: hogere zuurstofbevloeiing > verhoogde aanmaak rbc > °betere oxygenatie foetus
Fysiologie van het foetale hartritme
Hoe & waar vindt de tweede stap van de fetal brain sparing plaats?
Thv DA
* DA mondt uit in aorta distaal van coronaire/cefale arteriae > hart, hoofd & hersenen eerst O2 rijk bloed (minder weerstand dan aorta descendens) > °verhoogde perifere vasculaire weerstand = °foetale hypertensie
Fysiologie van het foetale hartritme
Waartoe leidt de foetale hypertensie?
Foetale hart moet tegen hoge weerstand bloed rondpompen > verhoogd zuurstofverbruik hart
Fysiologie van het foetale hartritme
Wat is de limiterende factor van het zuurstofverbruik van het hart?
De balans tussen zuurstoftoevoer & -verbruik
* verbruik hoger dan toevoer: hart overschakelen op anaërobe metabolisatie > minder efficiënt & snellere uitputting foetale cardiale reserves > °snellere detectie zuurstofgebrek thv hart tov hersenen
Fysiologie van het foetale hartritme
Waarom is foetale cardiale monitoring zo belangrijk?
Vroege detectie hypoxie vooraleer hersen- of orgaanschade optreedt
FHT
Hoe wordt het hartritme & de hartactiviteit bepaald?
Spontane ontladingen sinoatriale knoop
FHT
Waardoor wordt de frequentie van de ontladingen beïnvloed?
- Species
- Basale metabolisme: hoger dan volwassene > °hogere frequentie
FHT
Wat zijn de normale FHT tijdens de zwangerschap?
110-150 slagen per minuut
FHT
Welke knoop zorgt ook voor pacemakeractiviteit?
Atrioventriculaire knoop
FHT
Wat is er anders aan de atrioventriculaire knoop?
- Ontladingsfrequentie lager: 60-80 sl/min
- Bij normale werking sinoatriale knoop: niet actief
- Bij uitval sinoatriale knoop > overnemen pacemakeractiviteit > °lager hartritme
FHT
Wanneer neemt de atrioventriculaire knoop over?
Fysiologisch:
* Prematuriteit: kortdurende ‘spikes’ = deceleraties
Pathologisch:
* Bepaalde vormen foetale basislijn
* Aanhoudende bradycardie
FHT
Wat duidt op een goed foetaal hartritme?
- Stabiel basisritme: 110-150 sl/min
- Acceleraties aanwezig
- Voldoende variabiliteit
- Afwezigheid van deceleraties (die langer duren dan 15sec)
Controlemechanismen FHT
Welke mechanismen beïnvloeden het hartritme?
Welk belangrijkst?
- Neuro-endocriene factoren: autonoom zenuwstelsel
- Lokale metabole processen
Autonoom zenuwstelsel
Controlemechanismen FHT
Waaruit bestaat het autonoom zenuwstelsel?
Waar bevinden regulerende centra zich?
Reageren op welke stimuli?
- Orthosympathische zenuwen
- Parasympathische zenuwen
Hersenstam
Chemo-, baro-, thermo- & gevoelsreceptoren
Controlemechanismen FHT
Waartoe draagt het autonoom zenuwstelsel bij?
- Bepaalt het foetale leven
- Variaties in de foetale harttonen
Controlemechanismen FHT
Waarvoor zorgen orthosympathische stimuli?
Synoniem?
Activatie van cardiovasculaire respons > FHT stijgt
Fight or flight
Controlemechanismen FHT
Waarvoor zorgen parasympathische stimuli?
Synoniem?
Relaxatie > FHT daalt
Rest and digest
Controlemechanismen FHT
Waarvoor zorgt de wisselwerking tussen ortho- & parasympathische stimuli?
Synoniem?
Engels
Constante variaties hart- & vaatstelsel > °constante verandering cardiale basisritme
Slag-op-slagvariabiliteit
Beat-to-Beat variabiliteit > Short term variability
Controlemechanismen FHT
Wat gebeurt er bij verminderde hersenstamactiviteit?
Slag-op-slagvariabiliteit lager > sterke activatie (orthosympathisch) > toename variatie > °acceleraties hartritme > daarna pas deceleratie bij aanhoudende hypoxie
Controlemechanismen FHT
Waarvan is de graad en snelheid van de respons van het autonoom zenuwstelsel afhankelijk?
Type mediërende receptor:
> chemo- & gevoelsreceptoren stimuleren parasympaticus trager & geleidelijker
> baroreceptoren genereren abrupte respons vb. navelstrengcompressie
Controlemechanismen FHT
Hoe evolueert de slag-op-slagvariabiliteit tijdens de zwangerschap?
- Hoe verder gevorderd, hoe matuurder het autonoom zenuwstelsel is > ° dalen basisritme
- Orthosympathisch matureert sneller dan parasympathisch stelsel > °premature baby hoger ritme dan à terme baby + lagere activiteit parasympathisch stelsel > °lagere slag-op-slagvariabiliteit
Controlemechanismen FHT
Hoe verhouden het basisritme & de variabiliteit zich tijdens de zwangerschap?
Omgekeerd evenredig
Hoe hoger het basisritme, hoe lager de variabiliteit.
> matuurder: basisritme daalt, variabiliteit stijgt
Controlemechanismen FHT
Waarvoor is variabiliteit een teken?
Dat het CZS het cardiovasculaire systeem kan monitoren & aanpassen
Controlemechanismen FHT
Welke andere neuro-endocriene mechanismen hebben invloed op het hartritme?
- Drukregulerende hormonen: adrenaline & noradrenaline
- Volumeregulerende hormonen thv nieren
Controlemechanismen FHT
Welke metabole processen beïnvloeden het hartritme?
Voorbeeld
Via anaërobe metabolisatie & lactaatproductie
vb. inadequate cardiale oxygenatie > verminderde intracellulaire energieproductie > verlaagde respons/inactivatie sympathische stimuli van intracellulaire processen > hartspier reageert niet meer op hypoxie > °deceleratie
Invloeden FHT
Wat veroorzaakt zoal veranderingen in de foetale harttonen?
Zijn deze veranderingen normaal?
- Geneesmiddelen
- Normale veranderingen in foetale hartactiviteit
- Wijzigingen placentaire doorbloeding
- Hypoxie
- Temperatuurverhogingen
- Externe stimuli
Ja
Invloeden FHT
Wat beïnvloedt een normale bloedvoorziening & foetale circulatie?
- Hoog bloedvolume
- Lage druk
- Trage stroomsnelheid > langdurig foetomaternaal contact
Invloeden FHT
Hoe wordt het verhoogd bloedvolume bekomen?
- Fysiologische bloed- en plasma-expansie van 40% bij de moeder
- Maternale circulatoire redistributie > °meer bloed naar uterus
Invloeden FHT
Wat zou het gevolg zijn van de verhoogde bloedtoevoer?
°Sterke vullingsdruk
Invloeden FHT
Waarom ontstaat er geen sterke vullingsdruk thv de placenta?
Uteriene bloedvaten passen zich aan
> spiraalarteriën verwijden > maternale bloed sijpelt in intervilleuze ruimte > snelheid & druk daalt sterk voor de placenta
> myometrium met arterioveneuze anastomosen > °overdukklep om maternale bloed af te voeren bij te hoge druk in intervilleuze ruimtes
Invloeden FHT
Waarvoor zorgt het maternale placentaire bed?
Foetomaternale stofuitwisseling wordt snel & efficiënt aangepast volgens de behoeften van het moment door gevoeligheid voor tonus en vulling van het capillair netwerk.
Invloeden FHT
Wat gebeurt bij hypovolemie & drukdaling?
Wanneer?
Sterke daling uteriene perfusie
Hypertensie, epidurale, VCS, aorta-iliacale compressie of contracties
Invloeden FHT
Wat is het verschil tussen VCS & aorta-iliacale compressie?
VCS:
> Vena Cava wordt afgeklemd door gewicht baarmoeder
> FHT dalen: eerst tachycardie dan deceleraties
> Maternale RR daalt ook
AIC:
> Aorta iliaca wordt dichtgeduwd door gewicht baarmoeder
> FHT dalen
> Maternale RR blijft ok
Invloeden FHT
Wat gebeurt bij normale stofuitwisseling tijdens contracties?
Zuurstofuitwisseling gebeurt tussen de contracties door > foetus benut slechts 50% O2 van maternale aanvoer
Bloed wordt in intervilleuze ruimtes ‘gecapteerd’ > niet in- of uitstromen > andere 50% O2 blijft in intervilleuze ruimte > gecapteerde bloed kan blijven uitwisselen tijdens contracties
Invloeden FHT
Wat zijn 2 oorzaken van gecompromitteerde zuurstofuitwisseling tijdens contracties?
- Te sterke baarmoederactiviteit
- Globale vermindering van de uteriene perfusie
Invloeden FHT
Wat gebeurt er bij te sterke baarmoederactiviteit?
voorbeeld
Er is te weinig tijd om het bloed in de placentaire ruimtes te verversen > bloed blijft ‘gecapteerd’
Uteriene hypertonie
Invloeden FHT
Wat gebeurt er bij de globale vermindering van de uteriene perfusie?
Voorbeeld
Foetus moet meer dan 50% O2 benutten > °onvoldoende O2 reserve in intervilleuze ruimtes
intra-uteriene groeirestrictie
Invloeden FHT
Wat gebeurt er bij gecompromitteerde stofuitwisseling tijdens contracties?
Verminderde zuustofuitwisseling > °daling zuurstofspanning foetale bloed > °reflectoire respons autonome zenuwstelsel door chemoreceptoren of rechtstreekse inhibitie moleculaire mechanismen van geleiding & contractiliteit myocardcellen > °chemoreceptor deceleraties of bradycardie
Invloeden FHT
Waardoor ontstaat compressie thv de navelstreng?
- Navelstrengomstrengeling
- Dichtdrukken NS tussen voorliggend deel & bekken- of uteruswand bij een contractie
Fysiologie zuurstoftoevoer
Waarop is de fysiologische zuurstoftoevoer naar de foetus gebaseerd?
- Placentaire doorbloeding
- Normale gasuitwisseling foetus/placenta en foetus/weefsels
Fysiologie zuurstoftoevoer
Wat houdt de placentaire doorbloeding in?
Hoeveel bloed?
- Placentair vaatbed = grotendeels foetaal
- Uitwisseling: navelstrengarteriën tot in villi in intervilleuze ruimte & maternaal bloed in intervilleuze ruimte vanuit spiraarlarteriën > via venen naar navelstrengvene > vena porta foetus > lever foetus
A term: 500-600ml/min
Fysiologie zuurstoftoevoer
Wat gebeurt er met de placentaire doorbloeding bij een contractie?
Bij contractie >30mmHg: maternale bloeddoorstroming volledig onderbroken
Fysiologie zuurstoftoevoer
Wat gebeurt er bij acute zuurstofnood of hypovolemie?
Moeder beschermt eerst zichzelf > °problemen foetus
Fysiologie zuurstoftoevoer
Waardoor krijgen we een grotere zuurstofopname & koolstofafgifte?
- Maternale bloed in intervilleuze ruimte = relatief zuurstofarm
- Hb gehalte foetus is hoger
- Bindingcapaciteit foetaal Hb is hoger
- Bij bepaalde zuurstofspanning: foetale zuurstofsaturatie hoger
- Lagere foetale PH: zuurstof makkelijker losgelaten aan weefsels
- Gescheiden bloedstromen (foramen ovale): zuurstofrijkbloed eerst naar hart en naar hersenen