16 - De ziekte van Parkinson Flashcards
Wat is de pathogenese van Parkinson?
Er is een afname van dopaminerge neuronen van de substantia nigra naar de nucleus caudatus en putamen. Hierdoor is er een overwicht van het cholinerg systeem.
Wat ligt aan de oorzaak van Parkinson.
Deze is onbekend. Er zou wel een samenspel zijn van genetische susceptibiliteit (alfa-synucleïne SNCA) en blootstelling aan toxische factoren (pesticiden).
Wat zijn prodromale klachten van Parkinson?
- Motorisch: subtiele motorische zwakte
- Niet-motorisch: constipatie, hypotensie, hyposmie, urinaire en erectiele dysfunctie
Wat zijn de klinische klachten van Parkinson?
- Motorisch: tremor, bradykinesie, rigiditeiten, posturale instabiliteit, dysfagie
- Niet-motorisch: vermoeidheid, apathie, pijn, dysautonomie, dementie, psychosen
Begint Parkinson asymmetrisch (unilateraal) of symmetrisch (bilateraal)?
Asymmetrisch.
Bespreek de tremor bij Parkinson.
Hij doet zich voor in rust en voornamelijk t.h.v. de handen (‘pillenrollen’). Hij neemt toe bij angst en emotie.
Wat zijn bijwerkingen van L-dopa + dopamine decarboxylase inhibitor?
Confusie, hallucinaties gastro-intestinale bijwerkingen, dyskinesieën op lange termijn.
Wat is het nadeel van L-dopa + dopamine decarboxylae inhibitor?
Na 2-5 jaar neemt het effect af.
Wat zijn selegiline en rasageline?
MAO-B-inhibitoren.
Wat is het effect van MAO-B-inhibitoren?
Ze blokkeren het dopamine metabolisme.
Wat kan als acute ‘rescue’ medicatie gegeven worden?
Apomorfine sc. of infuus.
Wat zijn pramipexole en ropinerole?
Dopaminereceptor-agonisten.
Wat zijn bijwerkingen van dopaminereceptoragonisten?
Dyskinesie, gedragsproblemen, hallucinaties.
Wat is het effect van anticholinergica?
Het is effectief bij de tremor en dyskinesie.
Wat is amantadine?
Een NMDA receptor antagonist. Het wordt enkel in 3e lijn gegeven.
Wat is de target van DBS bij Parkinson?
Nucleus subthalamius.