094_business Flashcards
business
zaken
I’m attending a conference.
Ik ben hier voor een conferentie.
I’m attending a course.
Ik ben hier voor een cursus.
I’m attending a meeting
Ik ben hier voor een vergadering.
I’m attending a trade fair.
Ik ben hier voor een beurs.
I’m here with InBev
Ik ben hier met InBev
I’m here with my colleagues
Ik ben hier met mijn collega’s
I’m here with two others
Ik ben hier met twee anderen.
I’m here by myself.
Ik ben hier op mijn eentje.
I have an appointment with?
Ik heen een afspraak met ?
I’m staying at the Hotel Industrie, room 205.
Ik logeer in Hotel Industrie, kamer tweehonderd en vijf.
I’m here for 2 days.
Ik ben hier voor twee dagen.
May I please have your business card?
Mag ik een visitekaartje van u?
Here’s my ?
Hier is mijn ?
What’s your address?
Wat is uw adres?