Week 6 HC2 + HC3 Somatosensibiliteit: Het Ruggenmerg & De Corticale Verwerking Flashcards
1
Q
De onbehaarde huid bevat diverse typen receptoren voor sensibiliteit
A
Gnostische sensibliteit:
- lichaampje van Meissner: kleine receptorvelden die snel adapterend zijn
- Merkels schijven (voor aanraking): kleine receptoren die langzaam adapterend zijn en dus constant blijven vuren bij verandering
- lichaampje van Pacini: grote receptorvelden die snel adapterend zijn
- lichaamje van Ruffini (voor aanraking): grote receptoren die langzaam adapterend zijn
Vitale sensibliteit:
- vrije zenuweindigingen, voor pijn
2
Q
Rapidly adapting receptor vs slowly adapting receptor
A
- rapidly adapting receptor: wordt alleen actief bij verandering in input
- slowly adapting receptor: actief bij een continue stimulus
3
Q
Hoe bepaal je de grootte en gevoeligheid van de receptieve velden?
A
- grootte: tweepunts discriminatietest
- gevoeligheid: von Frey haren
4
Q
Cutaneuze vezels
A
- C-vezels: ongemyeliniseerde vezels voor pijn, temperatuur en jeuk (sensibiliteit), ze zijn dun en langzaam
- A(delta)-vezels: dun gemyeliniseerde vezels voor pijn en temperatuur (sensibiliteit), deze zijn sneller
- A(beta)-vezels: gemyeliniseerde vezels voor tast en proprioceptie, deze zijn dikker en nog sneller
- I(alfa)-vezels: dikke, gemyeliniseerde spierspoel afferenten voor proprioceptie, dit zijn erg snelle vezels, omdat deze reflex erg snel moet geschieden. Deze vezels zijn van belang voor motoriek
- I(beta): dikke gemyeliniseerde Golgi-pees afferenten voor proprioceptie, de dikte en snelheid is gelijk aan die van de I(alfa)-vezels