Week 5 HC2 Het Perifeer Vestibulair Systeem I: Functie En Disfunctie Flashcards
Belangrijke functies van het evenwichtsorgaan
- perceptie (waarnemen in de ruimte)
- stabilisatie van de blikrichting (ook bij beweging van het hoofd blijft het beeld scherp)
- houdingsregulatie
Uit welke 2 sensorische systemen is het vestibulair systeem opgebouwd?
- halfcirkelvormige kanalen
- otolieten
In welke 3 vlakken heeft het evenwichtsorgaan halfcirkelvormige kanalen en wat meten ze?
- ze meten de rotatoire versnelling in 3 richtingen (voor <-> achter, links <-> rechts, boven <-> beneden)
Waar zorgen de otolieten voor
Het meten van de lineaire snelheid en de statische veranderingen van de positieve van het hoofd
Wat zitten er in het benige labyrint?
- de cochlea
- halfcirkelvormige kanalen
- otolieten
Waarmee is het vliezig labyrint gevuld?
Met de endolymfe
Wat zit er tussen het benig en vliezig labyrint in?
Perilymfe
- verdikkingen in het labyrint
- wat bevindt zich in deze verdikkingen?
- ampullen
- cupula: een gelatine-achtige massa, die normaal rechtop staat. Hierin steken de stereocilia van de haarcellen uit: dit zijn mechanoreceptoren. Als deze bewogen worden, gaat er een signaal lopen. In een rustsituatie staan zowel de cupula als de haarcellen rechtop.
Waar zitten de haarcellen in het evenwichtsorgaan?
- waar projecteren ze op?
In de halfcirkelvormige kanalen en de otolieten
- op vestibulaire afferente neuronen
Welke 2 soorten haaruitgangen zijn er?
- stereocilia (vergelijkbaar met haarcellen uit cochlea)
- kinocilium (de lange en dikke haarcel)
Wat zit er op de haarcellen?
Tip links (veertjes) die in contact staan met kationkanalen (permeabel voor kaliumionen)
- hoe ontstaat er een hyperpolarisatie door de haarcel?
- hoe ontstaat er een depolarisatie door de haarcel?
- als het kinocilium richting de stereocilia beweegt, komt er minder spanning op de tip links -> deze kunnen de kationkanalen dan niet openhouden -> kanalen sluiten -> kalium stroomt cel niet in -> hyperpolarisatie
- als het kinocilium van de stereocilia af beweegt, komt er spanning op de tip links -> kationkanalen worden opengetrokken -> kaliuminflux -> depolarisatie
Typen haarcellen
Type 1 haarcellen:
- bijna volledig door afferente zenuwen omgeven (deze verbinding wordt een calyx genoemd)
- hebben een lagere detectiedrempel voor alle bewegingsfrequenties, maar ook lagere sensitiviteit
- zorgen vooral voor de detectie van snelle bewegingen
Type II haarcellen:
- zijn alleen via een klein deel verbonden met de afferente zenuw (deze verbinding wordt bouton genoemd)
- hebben een hogere detectiedrempel, maar ook hogere sensitiviteit
Hoe verschilt de polarisatierichting binnen 1 otoliet vergeleken met de halfcirkelvormige kanalen?
- binnen 1 otoliet verschilt de polarisatierichting van de haarcellen (allemaal gevoelig voor beweging van verschillende richtingen)
- in de halfcirkelvormige kanalen hebben alle haarcellen in 1 ampul precies dezelfde polarisatierichting (allemaal gevoelig voor beweging van 1 specifieke richting)
Wat doet de cupula in de ampulla?
Het sluit het kanaal af, waardoor er geen vloeistof kan stromen door de ampulla. Wel laat de cupula toe dat de haarcellen buigen bij beweging.