taal thema 3 week 2 Flashcards

1
Q

ruimdenkend

A

met begrip voor iedeeen en wensen van een ander

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

bekrompen

A

zonder begrip voor iedeeen en wensen van een ander

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

besluiteloos

A

geen beluit nemen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

gedecideert

A

beslist

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

wezenloos

A

zonder besef van de dingen om je heen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

gigantisch

A

enorm groot

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

het gerucht

A

een roddel waarvan je niet weet of het waar is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

langdradig

A

uitgebreid en saai

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

de rector

A

het hoofd van een mddelbare school

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

abracadabra

A

onbegrijpelijke taal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

desondanks

A

toch

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

verkondigen

A

bekendmaken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

uitvogelen

A

uitzoeken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

poolshoogte nemen

A

gaan kijken wat er aan de hand is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

verkikkerd zijn op iemand

A

verliefd zijn op iemand

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly