islam Flashcards

1
Q

hoe worden de aanhanger soms genoemd

A

mohammedanen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

waneer is een godsdienst een wereld godsdienst

A

als het over de hele wereld voorkomt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

waar wonen ze veel

A

in afrika en azie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

wat betekent islam

A

overgave,overgave aan god

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

uit wat voor land komt het woord islam

A

arabie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

wat betekent moslim

A

hij die zich onderwerpt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

waar is het begin van de islam

A

arabie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

wat is de oase stad

A

mekka

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

wat is mekka

A

een belangerijke handelcentrum

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

wat wordt er vereerd

A

een zwarte steen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

hoe heet de zwarte steen

A

de kaaba

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

wat betekent kaaba

A

huis van allah

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

hoe heten mensen die daar naartoe reizen om te bidden

A

bedenvaarts gangers

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

hoe heet de stichter van de islam

A

mohammed

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

waneer werd mohammed geboren

A

omstreeks het jaar 570

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

waar is mohammed geboren

A

mekka

17
Q

met wie sprak hij veel

A

met joden en cristenen

18
Q

waar viel hij inslaap

A

op een berghelling

19
Q

wie gaf hem een visioen

A

de engel gabriel

20
Q

wat was de opdracht van mohammed

A

om als profeet over god te vertellen allah

21
Q

waneer viel hij in slaap

A

het jaar 610

22
Q

waarom vluchte hij uit mekka

A

om zijn leven te redden

23
Q

in wat voor stad kwam hij terecht

A

jatrib

24
Q

waneer kwam hin in die stad

A

in het jaar 622

25
Q

naar wat veranderede ze de naam

A

medina

26
Q

wat betekend de naam van de stad

A

stad an de profeet

27
Q

waar is mohammed begraven

A

in medina

28
Q

wat was er na de 2de wereldoorlog veel bij ons

A

werk

29
Q

wie kwamen helpen

A

mensen uit turkije en marokko