Staphylococcus aureus Flashcards

1
Q

Morfologie en taxonomie

A

o Behoren tot de familie van Micrococcaceae —> zijn grampositieve, katalase-positieve kokken
o Stafylokokken zijn grampositief, onbeweeglijk en facultatief anaeroob
o Deling vindt op een onregelmatige wijze plaats zodat deze micro-organismen in groepjes of trossen liggen
 Kolonies op vaste voedingsbodem zijn groot, rond en glanzend, ondoorzichtig en halfbolvormig
 Rondom kolonies van S. aureus op bloedagar —> heldere hemolytische zone

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Vindplaats en epidemiologie

A

o Vooral in de voorste neusholten, de orofarynx en op de huid
o Ze maken deel uit van onze commensale flora en van de menselijke omgeving —> komen voor op voorwerpen waarmee mensen in contact komen (lakens, deurknoppen…)
o Belangrijkste reservoir = mens zelf!
o Ze verspreiden van mens <-> mens —> handcontact, aerosols of besmette voorwerpen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Virulentiefactoren

A

o Enzymen en toxinen, kapsel, celwand en proteïne A
 Polysacharidekapsel: beschermt tegen fagocytose + vergemakkelijkt adherentie
 Peptidoglycaanlaag: endotoxine-activiteit, polynucleairen aantrekken en complement activeren + adhesie vergemakkelijken via teichoïnezuur
 Proteïne A : verhinderen van opsonisatie
 Toxinen :
* Cytolytische toxinen: resistent tegen afbraak in de wand
* 5 enterotoxinen: resistent tegen afbraak in de maag of dunne darm en tegen opwarmen tot 100°C gedurende 30 minuten
* Exfoliatief toxine: werkt in op intercellulaire verbindingen in de buitenste lagen van de opperhuid waardoor de opperhuid snel loskomt en er zich op de huid blazen vormen, gevolgd door desquamatie
* Toxic shock syndrome – toxine: IL-1  shock: superantigen geeft supersterke activatie  zeer veel cytokines komen vrij (o.a. interleukines)
 Enzymen:
* Coagulase: clumpingfactor bacterie wordt omgeven door fibrinelaag, waardoor het beschermt is tegen immuunreacties en waardoor ontstekingen gelokaliseerd worden
* Katalase: beschermen tegen waterstofperoxide
* Hyaluronidase, fibrinolysine, nuclease —> helpen verspreiding van bacterie
* Lipase: lost lipiden op —> voor penetratie bacterie doorheen huid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Ziektebeelden

A

o Huidinfecties
 Folliculitis -> infectie van een haarzakje, leidt tot steenpuist (furunkel) of negenoog (karbonkel) = meerdere versmolten steenpuisten
 Impetigo: oppervlakkige infectie van de huid
 Cellulitis: infectie diepere lagen van de huid (vaak na besmetting operatie)
o Bloedvergiftiging
 Vaak wordt de stafylokok gewoon gedood
 Metastatische abcessen in organen (hart/longen/botten)
o Scalded skin syndrome
 = ziekte van von Rittersheim
 Vooral baby’s en jonge kinderen
 Blazen op de huid met vocht gevuld -> geen ontstekingscellen of bacteriën erin
 Geneest, zonder littekens
o Toxic shock syndroom
 Vaak bij niet verversen van tampons
 Acuut optredende koorts en falen van vitale organen
o Voedselvergiftiging
 = intoxicatie, geen infectie!!
 Vaak is het voedsel besmet door degene die het bereidt (niet door het dier)
 Verwarmen doodt bacteriën, maar inactiveert het toxine niet
 Symptomen: braken, diarree, buikpijn -> 24u later weg

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Behandeling

A

o MRSA -> methicilline resistente stafylokokken, strikte handhygiëne nodig
 Door plasmide met genetische informatie voor een penicillinase
 Oplossing was methicilline -> nu ook resistente methicilline stafylokokken; door een wijziging in penicilline bindingsproteïnen  resistent tegen alle b-lactam
 Groot probleem in ziekenhuizen, zorghuizen, rusthuizen
o Voorkomen: ontsmetten van wondes of van gebruiksvoorwerpen bij heelkundige ingreep

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly