Salmonella enterica Flashcards
Taxonomie
o Enterobacterales
o Gramnegatieve staven groeien zowel aeroob als anaeroob
o Voorkomst: darmakanaal van veel dieren
o Species S. enterica en S. bangori; talrijke serotypes (subspecies)
o S. enterica:
Strikte menspathogenen: S. Typhi, S. Paratyphi
* Invasieve infecties
Strikte dierpathogenen: S. Choleraesuis, S. Dublin
* Infecties dieren
Zonder duidelijke gastheer specificiteit: S. Enteritidis, S. Typhimurium
* Gastro-intestinale infecties bij de mens afkomstig van dieren (antropo-zoönose), b.v. door eten van besmet vlees
Virulentiefactoren S. typhimurium
o Bescherming tegen maagzuur via zuur-tolerantie respons
o Vasthechten thv microvilli ileum d.m.v. binding adhesines aanwezig op pili aan receptoren van het maagepitheel
o Degeneratie van de microvilli
o Binnendringen epitheelcel, overleeft en vermenigvuldigt in endocytosevesikel door verhindering vorming fagolysosoom
o Transepitheliaal transport naar submucosa
o Produceren toxines die inflammatie veroorzaken waardoor diarree ontstaat
Pathogenese
o Infectie via besmet voedsel, voedsel met hoog vetgehalte, voorbeschikte patiënten
o Na passage maag, vermenigvuldiging in intestinaal lumen
o Adherentie aan intestinale mucosa, inductie vochtsecretie
o Eventueel penetratie epitheelcellen en transitie naar bloedcirculatie met bacteriëmie
Ziektebeelden
o Enteritis:
Matige tot sterke niet-bloederige diarree
Algemene symptomen: koorts, hoofdpijn, braken, abdominale pijn, nausea
o Bacteriëmie: transiënt bij 4% van de gevallen
o Asymptomatisch dragerschap: na enteritis; antibiotica verlengen dragerschap
Epidemiologie
o Infectie door besmet voedsel (kip, eieren, melkproducten, voedsel bereid op besmette oppervlakten)
o Vooral zomer en herfst
o Vooral kinderen < 5jaar, bejaarden
o Infecterende dosis lager bij voorbeschikkende factoren