probleem 3: theorieën over ontstaan PTSS Flashcards

1
Q

emotionele verwerkingstheorie

A

Foa en Rothbaum (1998) ontwikkelden de emotionele verwerkingstheorie waarbij de relatie tussen PTSS en beschikbare kennis vóór, tijdens en na het trauma werd uitgewerkt.
-> Mensen met meer rigide perspectieven vóór het trauma waren gevoeliger voor PTSS.
-> Positieve perspectieven konden tegengesproken worden door het trauma en negatieve perspectieven konden juist bevestigd worden door het trauma.
-> Ze legden ook nadruk op negatieve beoordelingen van responses en gedragingen die percepties van incompetentie kunnen verergeren waardoor PTSS ook waarschijnlijker is.

Centrale idee; er is iets speciaals aan de manier waarop een traumatische gebeurtenis wordt gerepresenteerd in het geheugen. Patiënten met een angststoornis hebben namelijk opvallend coherente en stabiele angstherinneringen die makkelijk worden geactiveerd door ambigue stimulus elementen die in zekere zin lijken op de inhoud van de angst herinnering (ofwel triggers).

Trigger stimulus: zorgt voor activatie van het angstnetwerk. Dit netwerk heeft een paar bijzondere eigenschappen;
- Vrij lage drempelwaarde voor activatie
- Het bevat sterke verbindingen tussen bepaalde situaties en de uitkomsten hiervan.

De emotionele verwerkingstheorie benadrukt het belang van een goede integratie van trauma-informatie in het algehele geheugensysteem. Dit proces verloopt echter moeizaam wegens eigenschappen van de trauma-herinnering zelf (vb omdat er sterke associaties zijn in het angstnetwerk). Om te zorgen dat trauma-informatie wordt verwerkt in de rest van iemands geheugen, moeten de associaties tussen een stimulus (bv een hond) en een respons (bv angst) worden verzwakt. -> Psychopathologie treedt op wanneer de integratie niet wil lukken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

aantal mechanismen betrokken bij langdurige exposure behandelingen van emotionele verwerkingstheorie

A

Ze hadden een aantal mechanismen die betrokken zijn bij langdurige exposure behandelingen, dat is de behandeling die gerelateerd is aan deze theorie:
1. Herhaalde herbeleving zal zorgen voor angst gewenning, waardoor de angst vermindert.
2. Het voorkomt dat vermijding van het traumageheugen negatief wordt beloond.
3. Door het traumageheugen in een therapeutische omgeving te herhalen, zal er veilige informatie in het traumageheugen opgenomen worden.
4. Het trauma kan beter onderscheiden worden van andere bedreigingen en kan gezien worden als een specifiek geval i.p.v. een gevaarlijke wereld of incompetente zelf.
5. Blootstelling zorgt voor de ervaring van de zelf als meesterlijk en moedig.
6. Door alles in detail te reflecteren worden voorgaande negatieve evaluaties die inconsistent waren met het bewijs, afgewezen.
7. Herhaalde herbelevingen genereren een georganiseerdere herinnering dat makkelijker te integreren is met de rest van het geheugensysteem.
-> Deze theorie gaat uit van één associatief geheugennetwerk. De basisaanname is dat emoties, zoals angst in het geheugen worden weergegeven als een cognitieve structuur die informatie bevat over de angststimuli, -reacties en de betekenis daarvan. Het maakt onderscheid tussen normale en pathologische angststructuren, het is pathologisch als de associaties tussen de 3 structuren de realiteit niet weerspiegelen en geactiveerd worden door onschadelijke prikkels.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

kritiek emotionele verwerkingstheorie

A

 Er is geen bewijs dat verbetering in behandeling is gerelateerd aan veranderingen in de structuur van traumaherinneringen, de initiële activatie van angst of gewenning.
 Een associatief netwerkmodel is te simpel voor de complexe klinische fenomenen.
– Dit model kan niet verklaren hoe een herinnering enerzijds kan leiden tot zeer snelle responsen (bv flashbacks en fysiologische opwinding) en dat deze herinnering anderzijds heel gedesorganiseerd kan zijn en gaten kan bevatten.
– Het idee dat herinneringen kunnen worden geactiveerd en aangepast, kwam niet overeen met het dieronderzoek. Het leek er eerder op dat angstreacties worden geremd door de vorming van nieuwe herinneringen naast de intacte oude herinneringen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

dual representation theorie

A

Volgens de dual representation theory worden traumaherinneringen op een fundamenteel andere manier gepresenteerd in het geheugen dan alledaagse herinneringen.
Volgens deze theorie treedt pathologie (ofwel psychologische stoornissen) op wanneer trauma herinneringen worden gedissocieerd van het normale geheugensysteem, en dat herstel vereist dat traumaherinneringen transformeert tot normale herinneringen. -> Er wordt echter niet duidelijk uitgelegd hoe dit proces verloopt.
Dingen waar geen bewuste aandacht aan is gegeven (inattentional blindness) worden alsnog onbewust opgeslagen en kunnen responses beïnvloeden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

dual representation -> 2 geheugensystemen

A

De naam van de theorie is afkomstig uit het feit dat er 2 geheugensystemen parallel aan elkaar opereren, maar heeft de één heeft soms de overhand.
1. Het verbally accessible memory (VAM) systeem bevat orale of geschreven (verbale) herinneringen van het trauma die geïntegreerd zijn met andere herinneringen en vrijwillig opgehaald kunnen worden. Het bevat alleen informatie waar aandacht aan is besteed. Het bevat primaire emoties van het moment van het trauma, en secundaire emoties van retrospectieve cognitieve beoordelingen van die gebeurtenis.
-> Autobiografische herinneringen
2. Het situationally accessible memory (SAM) systeem bevat gedetailleerde en emotionele flashbacks die onvrijwillig getriggerd worden door cues (situationeel) van het trauma. Het bevat informatie waar niet per se bewuste aandacht aan is besteed en het bevat lichaamsveranderingen en primaire emoties van het trauma.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Neuropsychologie en de dual representation theory

A
  • Neurale paden naar de amygdala die de hippocampus bevatten een geïntegreerde, langzamere representatie van bewuste ervaring, zoals VAM-herinneringen. Neurale paden naar de amygdala die de hippocampus NIET bevatten resulteren in onvrijwillige, snellere herinneringen door bepaalde cues, zoals SAM-herinneringen.
  • Langdurige, intense stress met veel cortisol belemmert de hippocampus waardoor het declaratief geheugen ook verslechtert, terwijl het juist de amygdala verbetert.
  • Flashbacks kunnen verholpen worden door de patiënt herhaald opzettelijk te laten focussen op de inhoud van flashbacks i.p.v. ze te onderdrukken, zodat de SAM-informatie gehercodeerd wordt in het VAM-systeem. Als de patiënt cues waarneemt zullen die nieuwe VAM-herinneringen komen en SAM-herinneringen belemmerd worden (retrieval competition).
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

empirisch bewijs en samenvatting dual representation theory + kritiek

A

Empirisch bewijs en samenvatting
- Holmes et al. (2002) lieten zien dat opdringerige traumabeelden worden gesteund door een ander geheugensysteem dat meer visueel-ruimtelijk is dan verbaal.
- Hellawell en Brewin (2002) lieten zien dat patiënten veel meer primaire emoties, zintuigelijke, motie-gerelateerde woorden en tegenwoordige tijd gebruikten voor flashbacks dan voor ordinaire herinneringen. Visueel-ruimtelijke prestaties waren ook slechter als patiënten werden gestopt tijdens de flashback door interferentie.
- Deze theorie is niet gelinkt aan een behandeling, maar er zijn wel een paar implicaties:
o Het verhelpen van flashbacks door meer verwerking van de hippocampus.
o Het corrigeren van negatieve beoordelingen door expliciete verbale redenering.
o Nieuwe representaties creëren die niet per se correct hoeven te zijn, maar die wel gedenkwaardiger zijn.
Kritiek;
De theorie bevat weinig informatie over PTSS-kenmerken zoals hogere conditioneerbaarheid en emotionele verdoving.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

cognitieve model

A

Cognitieve model
Het cognitieve model van Ehlers en Clark (2000) stelt dat pathologische responses op trauma komen als de traumatische informatie op een manier wordt verwerkt die een gevoel van huidige, externe of interne bedreiging opwekt. -> patiënt voelt zich angstig over toekomst, terwijl trauma in het verleden ligt. Dit effect ontstaat door 2 mechanismen:
1. Negatieve beoordelingen van het trauma of de gevolgen daarvan.
a. De beoordelingen kunnen een overgeneralisatie bevatten en mental defeat kan voor slechte zelfbeoordelingen zorgen.
2. De aard van de traumaherinnering zelf.
-> Volgens dit model is het traumageheugen slecht uitgewerkt in een incomplete context van tijd en plaats en inadequaat geïntegreerd in algemene autobiografische kennis. Hierdoor is er moeite met opzettelijke recall, er is herbeleving in het heden, gebrek aan connectie met andere relevante informatie en het makkelijk getriggerd zijn door cues. De sterke associaties zorgen voor perceptuele priming dat een verminderde perceptuele drempelwaarde is voor trauma-gerelateerde stimuli.

-> Het model legt meer nadruk op de manier waarop stimuli worden verwerkt tijdens het trauma i.p.v. de manier waarop de output wordt gerepresenteerd in het geheugen. Het model maakt onderscheid tussen algemenere autobiografische kennis en specifiekere sensorische informatie genaamd event-specific knowledge (ESK) dat soortgelijk is aan het SAM-systeem.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Er zijn een aantal peri-traumatische invloeden die de traumaherinneringen beïnvloeden:

A
  • Conceptuele verwerking (focus op de situatiebetekenis, situatieorganisatie en contextplaatsing) vergemakkelijkt integratie van de traumaherinnering met de autobiografische database.
  • Data-gedreven verwerking (focus op sensorische indrukken) leidt tot sterke perceptuele priming en een geheugen dat moeilijk opzettelijk op te halen is. -> Lijkt op perceptuele priming (verlaagde drempelwaarde = gevoelig voor prikkels).
    -> Vergelijkbaar met SAM
  • Dissociatie, emotionele verdoving en gebrek aan cognitieve capaciteit om aspecten van de gebeurtenis accuraat te evalueren.
    Bepaalde ineffectieve gedragsstrategieën en cognitieve verwerkingsstijlen zorgen voor het behouden van de stoornis. Gedragsstrategieën zijn suppressie, afleiding, trauma cues vermijden, alcohol of medicatie tegen anxiety, normale activiteiten achterlaten en veiligheidsgedrag om trauma-gerelateerde uitkomsten te vermijden of minimaliseren.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

empirisch bewijs en samenvatting

A
  • Er is bewijs voor de relatie van de volgende variabelen met PTSS-symptomen: mental defeat, peri-traumatische dissociatie, zelf-rapportmeting van data-gedreven en conceptuele verwerking, negatieve interpretaties van trauma, PTSS-symptomen en responses van anderen, perceptie van permante verandering in de zelf of het leven, gedachtensuppressie, herkauwen, veilige gedragingen en vermijding.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

kritiek

A

Kritiek;
De aard van relaties en de cognitieve verwerking tijdens het trauma is nog onduidelijk.
- Hoge levels van geheugendisorganisatie zijn gerelateerd aan peri-traumatische dissociatie, data-gedreven verwerking en een gebrek aan zelf-referent verwerken.
- Het cognitieve model is de meest gedetailleerde verklaring voor het behoud en de behandeling van PTSS. Er zijn wel 2 potentiële problemen:
1. Het is lastig om causale effecten te infereren zonder experimentele controle.
2. De beoordeling van cognitieve verwerking is heel complex en metingen zijn niet altijd
consistent gerelateerd aan elkaar of aan andere variabelen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Conclusie- > verschillen tussen de 3 theorieën:

A
  1. Het cognitieve model stelt dat data-gedreven verwerking een risicofactor is voor PTSS, terwijl de dual representation theory stelt dat gedetailleerde verwerking van sensorische informatie alleen schadelijk is als de informatie te veel gerepresenteerd is in het SAM-systeem.
  2. De dual representation theory gaat niet uit van disorganisatie of fragmentatie in de traumaherinnering als risicofactor, de andere 2 theorieën wel.
  3. Alle theorieën stellen dat herbeleving zorgt voor de uitwerking en contextualisering van de traumaherinnering, maar de verklaringen ervoor verschillen.
    o De emotionele verwerkingstheorie stelt dat de traumaherinnering opnieuw wordt geïntegreerd met de rest van het geheugennetwerk.
    o Het cognitieve model stelt dat de informatie binnen periodes en thema’s in de bestaande autobiografische database komt en dat dit het ophalen van sensorische details bij cues belemmert.
    o De dual representation theory stelt dat het nieuwe VAM-herinneringen vormt die voorkomen dat de amygdala reageert op cues.
  4. Het cognitieve model is meer gericht op het proces en het herstel (d.m.v. CBT).
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly