probleem 1: wat is stress Flashcards

1
Q

wat is stress?

A

-> Stress is de situatie waarin transacties ertoe leiden dat een persoon een discrepantie ervaart tussen de fysieke of psychologische eisen en de bronnen van zijn of haar biologische, psychologische of sociale systemen. Een eis, bron of discrepantie kan écht zijn, maar kan ook (onterecht) geloofd zijn.
-> BV: Je bent bang dat je een onvoldoende gaat halen. Als je niks hebt gedaan voor het blok en alles uitstelt dan is die discrepantie écht, maar als je gewoon prima voorbereid bent dan is die discrepantie geen goede weerspiegeling van de realiteit en geloof je het alleen zelf.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

stress wordt op 3 manieren onderzocht

A

Stress heeft een fysiek en psychologisch component die op 3 manieren wordt onderzocht:
1. Focus op omgeving: stress wordt gezien als een stimulus. Fysieke of psychologische uitdagende gebeurtenissen heten stressors.
2. Focus op reactie van mensen op stressors: stress wordt gezien als een respons. De fysieke (snellere hartkloppingen, etc.) en psychologische (nerveus, etc.) respons op een stressor heet strain.
3. Focus op de persoon en omgeving: stress wordt gezien als een proces dat stressors en strains bevat, maar voegt de relatie tussen de persoon en omgeving daaraan toe. Dit proces bevat continue interacties en aanpassingen, genaamd transacties, met de persoon en omgeving die elkaar beïnvloeden. Stress is een proces waarin een persoon de invloed van een stressor kan beïnvloeden door gedrags-, cognitieve en emotionele strategieën. Mensen verschillen in de mate van strain.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

cognitieve beoordeling van stressvolle situatie

A

Cognitieve beoordeling (appraisal): een mentaal proces dat bestaat uit primaire en secundaire beoordeling -> Transacties in stress bevatten dit beoordelingsproces.
-> Dit is het transactionele model van stress van Richard Lazarus
* Primaire beoordeling: het beoordelen van de betekenis van de situatie voor ons welzijn (is het relevant, goed of stressvol). Situaties die we als stressvol beschouwen, krijgen verdere beoordeling op 3 implicaties:
o Harm-loss: de mate van schade die al heeft plaatsgevonden.
o Bedreiging (threat): de verwachting van toekomstige schade.
o Uitdaging (challenge): de mogelijkheid om groei, overmeestering of profijt te bereiken door meer dan routinebronnen te gebruiken om aan een eis te voldoen.
-> Vb promotie niet als veeleisend zien, maar als mogelijkheid om door te kunnen groeien.
* Beoordelingen kunnen stress ook beïnvloeden als de stressor niet gerelateerd is aan jezelf, dus een transactie kan plaatsvervangend (vicarious) zijn.
o BV: Na de 9/11 ramp in de Verenigde Staten waren mensen van over de gehele wereld gestrester, mensen leefden dus mee met elkaar.
* Secundaire beoordeling: het beoordelen van de bronnen die beschikbaar zijn om met stress (schade, bedreiging of uitdaging) om te gaan.
o BV: ‘Ik kan het– ik weet dat ik het ga halen (net als jij)’ en ‘Ik kan het als ik hard werk’.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

biologische aspecten van stress -> reactiviteit

A
  • Reactiviteit: het fysiologische deel van een respons op een stressor of strain. Genetische factoren beïnvloeden de mate van reactiviteit van mensen.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

biologische aspecten van stress -> fight or flight respons

A
  • Walter Cannon (1929) kwam met de fight-or-flight respons waarbij de perceptie van gevaar ervoor zorgt dat het sympathetisch zenuwstelsel veel organen stimuleert, zoals de bijnieren die weer epinefrine (is hetzelfde als adrenaline) afscheiden waardoor er nog meer arousal is. Deze respons is adaptief, omdat het organisme mobiliseert om snel op gevaar te reageren (positief), maar deze arousal kan schadelijk voor de gezondheid zijn als het lang blijft aanhouden (negatief).
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

biologische aspecten van stress -> GAS, hans seyle

A

General Adaptation Syndrome (GAS)
-> Hans Seyle kwam erachter dat de fight-or-flight respons één van de eerste reacties is van een hele serie reacties als stress langdurig is. Zijn serie van psychologische reacties heet general adaptation syndrome (GAS) en het bestaat uit 3 fasen:
1. Alarmreactie: een soort fight-or-flight respons op een noodsituatie met als functie het mobiliseren van de bronnen van het lichaam. Het sympathetisch zenuwstelsel activeert organen waaronder de bijnieren die epinefrine en norepinefrine afscheiden bij stimulatie. Daarna wordt de hypothalamus-pituitary-adrenal axis (HPA) geactiveerd. De hypothalamus triggert de hypofyse (pituitary gland) die dan weer adrenocorticotropisch hormoon (ACTH) vrijlaat, hierdoor scheidt de bijnier (adrenal gland) cortisol af in het bloed waardoor het lichaam verder wordt gemobiliseerd.
-> Dit was voornamelijk waar Seyle op focuste!
2. Weerstandsfase (resistance): als een stressor aanhoudt gaat de HPA-activatie overheersen. Het lichaam probeert zich aan te passen aan de stressor. De arousal blijft hoger dan normaal, maar van buitenaf is dat niet echt te zien. Het weerstaan van nieuwe stressors verslechtert wel. Deze verslechtering kan voor ziekten van adaptatie (diseases of adaptation) zorgen met zweren, hoge bloeddruk, astma en een verslechterde immuun functie.
3. Uitputtingsfase (exhaustion): lang aanhoudende arousal door lange termijn of herhaalde stress kan het immuunsysteem verzwakken en energiereserves uitputten. Hier begint uitputting dus, als de stress doorgaat kan dat leiden tot ziekten, schade aan interne organen of zelfs de dood.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

GAS -> allostatic load

A

Allostatic load: De effecten (epinefrine, bloeddruk, etc.) als het lichaam steeds aan het aanpassen is aan stressors. Dit zorgt ervoor dat het lichaam niet meer goed kan aanpassen aan stressors. Hoge levels van allostatic load zijn gerelateerd aan slechte gezondheid. Er zijn 4 belangrijke factoren voor fysiologische stress:
1. Hoeveelheid blootstelling: hoe vaker, intenser of langer de stressors, hoe groter het totale aantal van fysiologische activatie.
2. Sterkte van reactiviteit: de een heeft een hoge bloeddruk en stresshormonen tijdens het maken van een toets, en de ander is totaal niet gestrest.
3. Snelheid van herstel: als de stressor voorbij is, gaan fysiologische responses weer naar normaal voor sommigen, maar voor anderen wellicht niet.
4. Bronrestauratie: de bronnen die gebruikt worden bij strain worden weer bijgevuld door bijvoorbeeld het allerbelangrijkste: slaap. Slaaptekort is direct betrokken bij allostatic load en kan een stressbron zijn.
-> Deze vier samen bepalen gehele fysiologische stresslast en dit heeft belangrijke invloed op de gezondheid.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

kritiek op GAS

A

-> De basisstructuur van de GAS is dus valide, maar het gaat ervanuit dat alle stressors dezelfde reacties uitlokt. Het houdt dus geen rekening met psychosociale factoren van stress.
Echter, houdt dit idee geen rekening met belangrijke fysiologische processen -> Er is 3x bewijs dat dit een probleem is;
1. Sommige stressors zorgen voor een sterkere emotionele respons dan andere. John Mason vond dat sommige stressors zorgen voor stijgingen in epinefrine, norepinefrine en cortisol, en andere zorgen voor stijgingen in maar 2 van de 3 hormonen.
2. Marianne Frankenhaeuser en collega’s vonden dat het patroon van fysiologische arousal onder stress afhangt van 2 factoren: effort en distress.
a. Effort: de interesse, het streven en de vastberadenheid van een persoon.
b. Distress: anxiety, onzekerheid, verveling en ontevredenheid.
c. Effort met distress gaat gepaard met een stijging van catecholamine en cortisol en komt vaak voor bij mensen met herhalend, lopendebandwerk.
d. Effort zonder distress is een vrolijke staat met actieve en succesvolle coping, hoge werkbetrokkenheid en een hoge zelfcontrole. Het gaat gepaard met een stijging van catecholamine en cortisol wordt onderdrukt.
e. Distress zonder effort bevat hopeloos gevoel, controleverlies en opgeven. Het gaat gepaard met een stijging van cortisol en catecholamine kan ook stijgen.
3. Cognitieve beoordelingsprocessen spelen een rol bij de reactie op stressors. Intelligente kinderen hadden bijvoorbeeld hogere cortisollevels op de dag van een toets dan minder intelligente kinderen, waarschijnlijk omdat intelligente kinderen stresten over hun prestaties.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Seyle -> 2 zijdige aard van stressrespons

A

Rechts → ANS
sympathisch zenuwstelsel
fight / flight response
sneller dan HPA-as
ANS is meer je reflex
via zenuwen, heel direct → daarom is het sneller
-> Stressors activeren ook het sympathische zenuwstelsel en verhogen de hoeveelheden epinefrine en norepinefrine die vrijgelaten worden door het bijniermerg (adrenal medulla). Het plaatje hiernaast laat de tweesysteemkijk zien van de stressrespons

Links → HPA-as
via hormonen, daarom langzamer
Daarna wordt de hypothalamus-pituitary-adrenal axis (HPA) geactiveerd. De hypothalamus triggert de hypofyse (pituitary gland) die dan weer adrenocorticotropisch hormoon (ACTH) vrijlaat, hierdoor scheidt de bijnier (adrenal gland) cortisol af in het bloed waardoor het lichaam verder wordt gemobiliseerd.

-> - Stressors produceren fysiologische responses die bijdragen aan de ontstekingsresponses (inflammatory) van het lichaam. Stressors produceren een stijging in bloedlevels van cytokines, dat is een groep peptidehormonen die vrijgelaten worden door veel cellen en deelnemen aan fysiologische en immunologische responses die ontsteking en koorts veroorzaken. Cytokines en bijnierhormonen zijn de grootste stresshormonen.

ANS is sneller, omdat HPA-as zorgt voor hormoonafgifte en dit duurt even voordat op gang komt. Eerst heb je reflex reactie en daarna komt cortisol (HPA-as) dit is meer doelgericht.
HPA-as met de hormonen is langzamer, want dit gaat via de bloedbaan ipv zenuwen.
Adrenal medulla is heel direct verbonden met de hersenen via de zenuwen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly