Palliatieve terminale zorg Flashcards
Wat is palliatieve zorg?
Alle zorg en ondersteuning voor een zorgvrager met een levensbedreigende ziekte (en zijn naasten), met als doel: een zo goed mogelijke kwaliteit van leven. Het voorkomen en verlichten van lijden, dmv vroegtijdige signalering en zorgvuldige beoordeling en behandeling van pijn en andere problemen van lichamelijke, psychosociale en spirituele aard. De tijdsduur verschilt per zorgvrager.
Wat is teminale zorg?
Zorg die geboden wordt in de laatste fase van iemands leven. Terminale zorg richt zich op een goede kwaliteit van sterven met comfort als hoofddoel.
Hoe lang duurt de palliatieve zorg?
Het begint op het moment dat de zorgvrager te horen krijgt dat er geen genezing meer mogelijk is en eindigt op het moment van overlijden. Deze zorg kan dus een langere periode duren.
Waarom is de werkelijke terminale fase vaak kortdurend?
Mensen kunnen vrij lang zelfstandig functioneren door betere (palliatieve) behandelingen. Zolang iemand nog zelfstandig kan functioneren is er geen sprake van terminale zorg.
In welke 3 fasen is terminale zorg in te delen?
preterminale fase, terminale fase, stervensfase.
beschrijf de preterminale fase.
Kenmerk: stabiliteit. de matige conditie van de zorgvrager zal verder achteruitgaan en uiteindelijk leiden tot de dood. Maar het is niet te voorspellen wanneer die achteruitgang komt. Duur: 3 maanden tot een half jaar.
Beschrijf de terminale fase.
Kenmerk:achteruitgang conditie en lichamelijk functioneren. Er kan sprake zijn van korte periodes van stilstand of lichte verbetering. Problemen en klachten kunnen sterk wisselen en in intensiteit toenemen. Duur: enkele weken tot 2 a 3 maanden
Beschrijf de stervensfase.
Kenmerk: snelle achteruitgang van de conditie en lichamelijk functioneren. Deze fase duurt slechts enkele uren tot dagen.
Welke principes geven richting aan de palliatieve zorg?
1 Palliatieve zorg bevestigt het leven en ziet de dood als een normaal proces. Het vertraagt noch versnelt de dood. Hieruit vloeit voort dat het verlichten van lijden belangrijker is dan het verlengen van de levensduur. 2 Palliatieve zorg creeert de ondersteuning aan de zorgvrager om tot de dood zo actief te zijn als hij zelf wil. De zorgvrager heeft behoefte aan autonomie. 3 Palliatieve zorg gaat dus uit van en beantwoordt aan de behoeften en realiseerbare wensen van de zorgvrager. de behoeften kunnen liggen op het somatische en/ of psychosociale en/of spirituele vlak. 4 De zorgvrager wordt in de palliatieve zorg benaderd als een gelijkwaardige en medeverantwoordelijke partner. 5 Palliatieve zorg biedt ondersteuning aan de naasten in het omgaan met de ziekte en problemen en biedt rouwbegeleiding. Mantelzorgers nemen deel aan het zorgteam maar hebben ook zorgbehoeften ivm de problemen in het ziekteproces van de zorgvrager. 6. interdisciplinaire samenwerking is belangrijk.
In de palliatieve zorg is kwaliteit van leven het uitgangspunt. Maar wat is kwaliteit?
Kwaliteit is afhankelijk van de waarde die een individu aan iets hecht en ieder individu heeft eigen normen en waarden. Voldoen aan kwaliteit van leven is voldoen aan de wensen en behoeften aan de zorgdrager. Het kan zijn dat de normen in de loop van het ziekteproces veranderen.
Hoe kan je een zorgvrager in de terminale fase helpen om zijn identiteit te kunnen behouden?
Door hem de regie over zijn eigen leven te laten houden en door te praten over zijn levensloop. De zorgvrager kan door het vertellen de balans opmaken en daardoor mogelijk beter aan verwerking toekomen. Vanuit die levensloop kunnen ook individuele wensen en behoeften opgepakt worden.
hoe kan je je bijscholen in terminale zorg?
De basiscursus complementaire zorg behalen en je dan aanmelden bij het kwaliteitsregister V&V bij deskundigheidsgebied complementaire zorg.
Wat is het verschil tussen terminale zorg en gewone zorg?
Het vergroten van zelfredzaamheid en zelfstandigheid is bij terminale zorg geen doel, maar de zorgvrager moet zelf de mate van verzorging kunnen kiezen.
Wat zijn belangrijk doelen van de terminale zorg?
Een zo aangenaam mogelijke zorg en comfort bieden, het bestrijden van symptomen en het voorkomen van complicaties, kwaliteit van leven bieden, identiteit van zorgvrager laten behouden.
Wat voor een aanvullende zorgvormen kunnen bijdragen aan terminale zorg?
massage, ontspanningsoefeningen, voetreflexzonetherapie, kunstzinnige therapie.
Hoe gaat pijnbestrijding in het werk?
1 zicht krijgen op de pijn en beleving daarvan. 2. voorlichting over pijn en het instellen van een behandeling. 3. behadeling van pijn.
Wat is een pijn anamnese?
De pijn goed in kaart te brengen door vragen te stellen. Wanneer heeft u pijn? Is de pijn continue of zijn er pieken in de pijn? Wat is de oorzaak van de pijn?Wanneer verergert de pijn en wanneer vermindert de pijn? Beinvloedt de pijn andere activiteiten? bv.zichzelf verzorgen, doorslapen. Hoe omschrijft de zorgvrager pijn? bv. zeurend, stekend, zagend. Wordt de pijn op 1 plek gevoeld of op meerdere plekken of is de plek niet goed aan te geven?Wordt de beleving van pijn verergerd door angst of slapeloosheid? Ook wordt vaak een pijnscore ingevuld waarbij 0 geen pijn betekent en 10 de meest erge pijn die je je maar kan indenken. Deze vragen kun je regelmatig herhalen om te kijken of medicatie of andere behandelingen werken.
Waarom is het belangrijk om de pijn van de zorgvrager goed in kaart te brengen?
Pijn is een subjectief symptoom. Wat de zorgvrager aangeeft moet aangepakt worden. Het is zeer persoonlijk hoe iemand pijn ervaart.
hoe krijg je zicht op de pijn en de beleving daarvan?
Door regelmatig een pijn anamnese af te nemen.
Wat wordt er besproken met de patient en door wie voordat de pijnbehandeling begint?
De arts bespreekt de oorzaak van de pijn met de patient. bv. wond, oedeem, kramp, drukkende tumor En de factoren die invloed hebben op de pijn.bv. angst, beweging. Daarna bespreekt de arts met de zorgvrager de werking en bijwerkingen van de behandelingsmogelijkheden, zodat de patient een keuze kan maken of en hoe hij de pijn wil bestrijden. Meestal bestaat de behandeling bij terminale patienten uit medicatie, omdat de oorzaak niet meer weg kan worden genomen. Goede voorlichting is ook belangrijk om de therapietrouw te bevorderen.
Wat is de taak van de verzorgende bij de voorlichting over pijnbestrijding?
Checken of de patient de informatie van de arts goed begrepen heeft en of hij nog vragen heeft.
Welke factoren van pijn bepalen welk medicijn voorgeschreven wordt?
De oorzaak, aard en ernst van de pijn.
Wat is een WHO ladder?
Dit schema bestaat uit 4 groepen pijnstillers. Als de pijnstillers uit 1 groep onvoldoende werken kan overgegaan worden een middel uit de volgende groep voor te schrijven.
noem de 4 groepen pijnstillers in volgorde van licht naar sterk van de WHO ladder.
1 niet morfineachtige pijnstillers als paracetamol, diclofenac en naproxen. Tablet, zetpil of drank Werken plaatselijk en sommige van die middelen werken ontstekingsremmend en koortsverlagend. Maagproblemen komen voor, maagprotectiemiddel soms nodig. 2. zwak-morfineachtige pijnstillers, bv. codeine, tramadol. Als er sprake van pijn is worden prikkels via het ruggemerg naar de hersenen gestuurd. Codeine werkt in op de weg die deze prikkels afleggen. Meestal wordt codeine gecombineerd met een pijnstiller van groep 1. Bijwerking obstipatie, soms laxeermiddel nodig. 3 morfineachtige pijnstillers die oraal rectaal of via een pleister worden ingenomen. Morfinetabletten, zetpillen en drankjes. bv. oxycodon of noceptin. 2x daags. Fentanylpleister voor 72 uur. Morfinepreperaten werken in op de weg die pijnprikkels afleggen via het ruggenmerg naar de hersenen. Kan gecombineerd worden met groep 1. Bijwerkingen: obstipatie (laxeermiddel), suf worden, misselijkheid of braken (domperidon) en een droge mond. 4 morfineachtige pijnstillers die via injecties of een pompje epiduraal, spinaal, subcutaan of intraveneus worden toegediend door arts of verpleegkundige.
Wat is belangrijk voor de verzorgende om te weten als er medicatie toegediend moet worden?
Je bent voldoende bekwaam en voldoende geinformeerd over dosering tijden van toediening, werking en bijwerkingen van het medicijn.
Waarom moet een zorgvrager met continue pijn dagelijks 2 keer een pijnstiller innemen?
Op die manier is er een bepaalde hoeveelheid pijnstillers in het bloed aanwezig die de pijn onder controle houdt.
Wat doe je als een zorgvrager last heeft van doorbraakpijn of piekpijn?
Dan kan op recept een zonodig snel en kortwerkend morfinedrankje worden toegediend. Kan ook nodig zijn voorafgaand aan lichamelijke- of wondverzorging.