Neuro 8: Epilepsie & EEG Flashcards
Epilepsie
- Epileptische aanval: een episode (de gezondheidskwestie bij een patiënt) met klinische verschijnselen die veroorzaakt wordt abnormale, overmatige, synchrone neuronale activiteit. Het wordt veroorzaakt door een plotselinge, tijdelijke verstoring van de elektrische prikkeloverdracht in de hersenen.
- Er zijn verschillende type aanvallen. Deze worden onderverdeeld (bijvoorbeeld ‘gegeneraliseerd’).
Tonisch-clonisch aanval (gegeneraliseerd)
- Ictaal (tijdens de aanval)
o Verstijven
o Ritmische schokken armen en benen
o De schokken worden steeds trager en doven uit - Post-ictaal (na de aanval)
o Snurkende ademhaling
o Motorische onrust, verward gedrag - De aanval duurt meestal 1-2 minuten
Absence epilepsie
- Begint op de kinderleeftijd
- Korte aanvallen (seconden), vaak tientallen per dag
- Primair gegeneraliseerde aanvallen: staren, knipperen, automatiseren
- Gaat vanzelf over bij volwassen worden
- Interessant: aanvallen worden opgewekt door hyperventileren
Oorzaak epilepsie
- Genetisch: de meeste idiopathische epilepsiesyndromen
- Structureel: aanvallen door een tumor, bloeding of infarct
- Metabool: metabole stoornissen
- Auto-immuun
- Infectieus
Stappenplan epilepsie
- Is het een epileptische aanval?
- Wat is de oorzaak?
o Persoon met hogere leeftijd
o Eerder een epilepsie gehad?
o Infectie? - Wat is de kans op herhaling?
o Afhankelijk van de oorzaak
o EEG belangrijk - Behandeling
Behandeling epilepsie
- Acute behandeling
o Medicatie om aanval te stoppen
o Eventueel ondersteunende maatregelen (bijv. extra zuurstof) - Voorkomen van nieuwe aanvallen
o Medicatie geven
o Leefregels en adviezen - Voorkomen bijkomende acties
Elektro-encefalografie (EEG)
- Elektrische activiteit meten van de hersenen (piramidale neuronen)
- Voortdurende inhibitory en excitatory postsynaptic current (IPSC en EPSC)
- Als veel cellen synchroon depolariseren wordt het meetbaar
- Potentiaalverschil meten tussen twee elektroden
o Minimaal twee elektroden nodig
10/20 systeem
methode om elektrodes aan te geven
o Letter verwijst naar de kwab
o Cijfer: links oneven, rechts even
Bipolair afleiding EEG
o Dubbele banaan methode
o Boven-beneden, rechts-links meten
o Kenmerk: de twee golven die naar elkaar toewijzen (dus BC en CD) zijn het meest negatief
Referentiele afleiding
kijkt ook naar verschil maar niet tussen 2 elektrode
o Gemiddelde referentie: het gemiddelde van de potentiaal gebieden
o 1 elektrode t.o.v. het gemiddelde van een aantal andere elektrode
o Kenmerk: sterkste veld op plek van hoogste golf
Waar kijk je naar met EEG?
- Normale fysiologische activiteiten
o Afhankelijk van leeftijd
o Afhankelijk van bewustzijn (ogen open/dicht, slaap/waak) - Focale trage activiteit: kan bij focaal probleem (bijv. tumor, herseninfarct)
- Epileptiforme afwijking: aanwijzing of iemand epilepsie heeft
Alfa activiteit
o Achterin het hoofd (visuele cortex): posterieur dominante ritme
o 8-13 Hz
o Neemt toe bij sluiten van de ogen
o Neemt af bij in slaap vallen
Bèta activiteit
o Sneller dan 13 Hz
o Lage amplitude
o Vaak moeilijk te onderscheiden van spieractiviteit
o Neemt toe bij geconcentreerd denken
Theta activiteit
4-8 Hz
o Komt normaliter niet voor bij gezonde, wakkere volwassenen
o Ontstaat bij normale mensen in (lichte) slaap
o Kan een teken zijn van focale hersenschade (in wakkere volwassenen)
o Meestal een aspecifieke afwijking
Delta activiteit
o < 4 Hz
o Komt niet voor bij gezonde, wakkere volwassenen
o Ontstaat in diepere slaap
o Kan in wakkere patiënten wijzen op een ernstige cerebrale dysfunctie