ME 1 Flashcards
Humanisten
Geleerden die zich in de 13e/14e eeuw begonnen te profileren als opvolgers van het Romeinse Rijk. Komt deels het gangbare beeld van de Middeleeuwen vandaan.
Francesco Petrarca
Humanist die vooral terug wou naar het Ciceriaanse ideaal en dacht dat er een nieuwe gouden tijd was aangebroken door de herontdekking van teksten uit de Oudheid
Poggio Bracciolini
Humanist die in naam van de paus bibliotheken afreisde en zo veel werken uit de Oudheid terugvond
Cristoph Cellarius
17e-eeuwse geleerde die voor de verdeling van Oudheid-Middeleeuwen-Nieuwe Tijd
Evangeliën
Christelijk religieuze teksten van Marcus, Matteus, Lucas en Johannes over o.a. het leven van Jezus. Komen uit de 1e of 2e eeuw en zijn dus geen ooggetuigen.
Messias
Christelijk religieus idee van de terugkomst van Jezus op aarde
Nieuwe Testament
Christelijk religieus boek met o.a. evangeliën, akten van apostelen, brieven van Paulus, brieven van andere apostelen en openbaringen van Johannes
Oude Testament
Hebreeuwse Bijbel, ook nog steeds deel van de Christelijke Bijbel
Gelasianus I
Paus (p. 492-496) aan wie het decretum gelasianum is toegeschreven, een lijst met Christelijke boeken, voornamelijk een selectie van het Oude en Nieuwe Testament
Decretum Gelasianum
Lijst van Christelijke boeken, voornamelijk een selectie van het Oude en Nieuwe Testament. Toegegeschreven aan paus Gelasianus I, maar eigenlijk anomien opgesteld
Kerkvaders
Vroege belangrijke Christelijke theologen: Athanasius, Gregorius, Basilius, Johannes, Ambrosius, Augustinus en Hiëronymus
Concilie
Een kerkvergadering waarin belangrijke afspraken worden vastgeled. Voorbeelden zijn: Nicae (325), Constantinopel (381), Ephesus (431) en Chalcedon (451)
Arianisme
Grote vroeg-Christelijke stroming, populair onder barbaren, geloofde dat Christus iets minder belangrijk was dan de vader en de heilige geest.
Mysterie-cult
Context waarin het Christendom ontstond, vergelijkbaar met culten rondom Mithras en Isis. Vergelijkbare elementen zijn de doop, eeuwige redding, heilig eten en een heilige vader. Fundamenteel anders omdat het draait om een daadwerkelijk persoon en het monotheïstisch is.
Hagiografie
Boek over het leven van een heilige.
Patriarchen
Bisschoppen van de belangrijkste gebieden: Alexandrië, Antiochië, Rome, Jeruzalem en later Constantinopel
Sisebut
Koning (r. 612-621) van het Visigothische rijk die met geweld de Joden probeert te bekeren om zijn eigen Christelijkheid te tonen. Leidde tot veel gedoe.
Neoplatonisme
Klassieke cultuur die het Christendom sterk beïnvloedde: er was een god die men niet zag en niet kon benaderen, behalve door de mystiek. Deze godheid was de bron van alles en de menselijke ziel moest een terugweg naar die godheid zoeken.
Philo van Alexandrië
Theoloog (13 BCE-50 CE), die dacht dat Joodse verhalen een abstracte symbolieke betekenis hadden
Concilie van Nicae
Concilie in 325 waarin er een verschil kwam tussen Arianen en Katholieken. Arianen werden vanaf nu beschouwd als ketters
St. Ambrosius
(339-397): bisschop van Milaan en fel tegenstander van Arianisme, beweerde de kerkelijke autoriteit over de keizer
St. Jeromus
(340-420): schreef een Bijbel in het Latijn na beschuldigen van te Ciceriaans te zijn
St. Augustinus
(354-430): Bisschop van Hippo na een late bekering. Schreef Confessions (levensverhaal) en de civitate dei, waarin hij mensen verdeelde in degene die wel in Gods stad en genade en die in de wereldlijke stad. Maakte daardoor wereldlijke zaken een stuk minder belangrijk, wat handig was na de plundering van Rome waar Christenen de schuld van kregen
Ascetisme
vorm van leven waarin zelfbeheersing centraal staat, kan leiden tot zelfpijneging of een kluizenaarsleven.
Gregorius I
Paus (p. 590-604), ook wel Gregorius de Grote genoemd, kwam uit Romeinse senatoren familie. Wilde het Katholieke Christendom verder verspreiden en heeft zo veel betrekking gehad op de Katholieke bekering van de Visigoten, Engeland en de Longobarden.
Clovis I
Merovingische leider (r. 481-502) die zich liet kerstenen, ook onder invloed van vrouw Clothilde
Clothilde
Vrouw van Clovis I, was al Christelijk en liet hem onder haar invloed kerstenen
St. Patrick
Monnik die volgens de overlevering in de 5e eeuw Ierland bekeerde tot het Christendom
Augustinus van Canterbury
1e bisschop van Canterbury die in 597 koning Aethelbert weet te bekeren, door o.a. de vrouw Bertha
St. Columba
Ierse monnik die het klooster Iona stichtte, waar vanuit weer andere kloosters gesticht werden.
Reccared
Koning van de Visigoten (586-601) die zich liet bekeren tot het Katholicisme door Leander, de bisschop van Seville, die een goede vriend van Gregorius I was
Longobarden
Barbaarse groep die in 568 het Italisch schiereiland bijna geheel veroveren, sommige waren heidens anderen Ariaans
Theodelinda
Koningin van Beieren, door invloed van Gregorius I wordt haar zoon, Adoald in 603, de eerste Katholieke koning van de Longobarden. Dit was een politiek strategische zet van Gregorius de Grote, die probeerde door meer eenheid te creëren conflicten te beëindigen.
Visigoten
Barbaarse Germaanse stam die in 418 het Iberische schiereiland veroverden, zelf waren ze Ariaans maar een groot deel van de bevolking was Katholiek. Toch was er geen conflict
Willibrord
Ierse monnik op missie naar Friesland, man van de langzame bekering. Bisschop van Utrecht, gestuurd door paus Sergius II
Bonifatius
Missionaris eerst naar Friesland, later naar Saksen. Werd een martelaar bij Dokkum.
Pastorale zorg
het zorgen voor de zielen van iedereen, een van de belangrijkste taken van de bisschop
Martin van Braga
Houder van een preek tegen de rustici, mensen die in bergen woonden die eigenlijk al Christen waren maar sommige oude gebruiken niet konden loslaten
Gregoriaans gezang
Ontwikkeling in de 6e en 7e eeuw van muziek in de kerkdienst om de boodschap nog beter te kunnen verspreiden
Paus
Bisschop van Rome, rol in ontwikkeling en dus in het begin nog niet zo van belang. Belangrijkste figuur in de westelijke Christelijke kerk, gebaseerd op het primaatschap van Petrus.
Comitatus
groep strijders gebonden door loyaliteit jegens een bepaalde aanvoerder
Slag bij Adrianopel
378: Visigoten verslaan keizer Valens, waarna hij ze aanspoort om meer in het westen te gaan zitten
Plundering van Rome
410: nav slag bij Adrianopel word Rome geplunderd door Visigoten olv Alaric, ook context van ‘gekke’ keizer Honorius, kantelpunt omdat hierna Augustinus de Christenen verdedigt door spirituele wereld belangrijker te maken dan de wereldijke, waarna dit steeds vaker terugkomt
Vandaals Koninkrijk
Koninkrijk van Vandalen in Noord-Afrika, houden continuïteit met Romeins en Punisch verleden
Atilla de Hun
Gevreesd barbaars krijgsheer die andere stammen als push factor het Romeinse rijk binnendrijft
Prosper van Aquitanië
Schrijver (390-465): Christendom is veel groter dan het Romeinse rijk en Rome is nog steeds het centrum van de religieuze macht
Caesarius van Arles
bisschop van Arles (470-542) tijdens het beleg van Arles waar hij iedere krijsgevange vrijkocht, waarschijnlijk om bekeringsredenen (van Ariaans naar Katholiek)
Theodorik
heerser over west-Romeinse rijk, na moord op Odovacer (r. 474-526), die continuïteit met Romeinen voortzet, wordt Augustus genoemd en organiseert spelen en deelt graan uit
Boetius
raadsman van Theodorik, maakte onderverdeling in trivium en quadrivium en schreef de ‘consolation of philosophy’ waarin hij duidelijk maakt dat spirituele macht belangrijker is dan wereldlijke macht, toch weinig Christendom, schreef en vertaalde ook veel traktaten
Cassiodorus
Nam taak als adviseur van Boetius over, schreef de Institutiones Divinarum et Saecelarium Literaum (543-555) als leeslijst, de Vevariae (staatsarchief), geschiedenis van de Goten en een spellingsgids. Stichtte een klooster waar de taak van het kopiëren van boeken begon.
Salische wetten
Collectie Frankische wetten opgetekend in de 6e eeuw
Dagobert I
Frankische koning (623-639) die juist het rijk unificeerde
Hofmeier
politieke functie in het Frankische rijk. Pepijn II maakte deze functie erfelijk waardoor de macht van de karolingers nog verder groeide
Arnulfingen
Familie van o.a. Arnulf van Metz die de Karolingers steunden
Martelaren
Eerste groep van Christelijke heiligen die al vroeg opkomen, komen op voor het geloof en blijven daar aan vasthouden, sterven vaak een brute dood, veel in Rome, prominent tot de 4e eeuw
Asceten
Christelijke heiligen, ook wel kluizenaars genoemd, zoeken stilte en allen op om zich te wijden aan het gebed en een innerlijke Christus. Gaan zich afzonderen en onthouden waardoor ze juist bekendheid krijgen, zoals de pilaarheiligen
Belijders
Christelijke heiligen die niet voor hun geloof zijn gestorven maar veel goede daden hebben gedaan, wonderen of Kathedralen hebben gesticht, vaak bisschoppen
Maagden
Christelijke heiligen, vrouwelijke martelaren die of sterven voor hun geloof of zich niet willen huwen maar zich aan God willen trouwen
relieken
een deel van een heilige of iets wat hem/haar te maken heeft waardoor dat kan dienen als voorspraak en zo dichter bij God staat
Stefanus
allereerste heilige, wordt gestenigd en 400 jaar later zijn lichaam ontdekt waardoor er een cult omheen staat. Heilige als verbindende culturele factor.
Martinus van Tours
Heilige, Romeinse soldaat die mantel afstaat en visioen krijgt. Wordt monnik, daarna bisschop van Tours, patroonheilige van de Merovingers die bewust zijn heiligencultus steunen en er zo een kerk in Utrecht voor hem wordt gebouwd. Universele heilige als onderdeel van de lokale identiteit
Cunera van Rhenen
Lokale heilige, vrouwelijke martelares, in de Late Middeleeuwen krijgt haar cultus een boost. Niet altijd een constante verering, maar onregelmatige oplevingen
Concilie van Efeze
341: Maria officieel de moeder van God waarna ze wordt aanbeden
Egeria
vroege pelgrim die alle Bijbelse plaatsen bezocht
St. Antonius
(250-355) begon in het oosten een ascetische levensstijl
Pachomius
Ontwikkelde een meer gematigd kloosterleven
Basilius de Grote
Ontwikkelde een meer moderaat kloosterleven
Columbanus
Ierse monnik die in Europa een aantal kloosters sticht met regels: was streng en asetisch, ook sterke hiërarchie
Benedictus van Nursia
maakte nieuwe meer gematigde regels, ora et labora, afkeer tegen rondreizende types, ook vrouwelijke variant door Scholastica
Getijden
Tijden wanneer er gebeden werd: metten, lauden en vespers zijn de belangrijkste. in totaal 7 keer per dag
Gregorius van Tours
Bisschop van Tours (538-594), bekend als auetuer van Decem Libri Historiarum, een geschiedenis van de schepping tot 591, vooral moraliserend en nadruk op spirituele leven
Fredegars kroniek
onbekende auteur, werk loopt tot ongeveer 643, neemt kroniek van Hiëronymus en Gregorius en vult deze verder aan
Isodorus van Sevilla
schrijver (560-636), schreef een encyclopedie, legt ook etymologie van woorden uit
Eusebius
Christelijke schrijver van het leven van Constantijn die erg Christelijk wordt neergezet
Donatie van Constantijn
Constantijn geeft macht over Rome aan paus Sylvester I, een legitimerende factor voor macht van de paus, maar document blijkt nu een vervalsing te zijn
Concilie van Chalcedon
451: lost breuk met monophysten (geloven dat God op aarde was geweest) op
Justinianus
Byzantijns keizer van (527-565), CIC, veroveringen in Afrika en Italië, vrouw Theodroa
Caesero-papisme
Keizer als paus, typisch Byzantijns
Nika-opstand
532: opstand in Constantinopel, begon met sportrellen maar wordt groot door onvrede over belastingen, Justinianus vermoord ze allemaal maar moet zich daardoor wel blijven legitimeren
Procopius
Schrijver (500-562) van veel boeken over Justinianus
Justiniaanse plaag
Pest in Byzantijnse rijk, ongeveer 20% van de bevolking sterft
Kosrow II
Perzische koning (r. 591-628), wordt afgezet, maar Byzantijnse keizer Mauritius steunt hem en wordt weer koning, als die sterft valt hij het rijk binnen, enorme overwinningen tot hij in 626 Constantinopel belegert en uiteindelijk in de slag bij Nineveh in 627 wordt verslagen en afgezet
Heraclius
Byzantijns keizer (610-641) die Kosrow II verslaat en zo de macht in het Perzische rijk laat imploderen waardoor de Arabieren dit gebied makkelijk kunnen veroveren
Slag bij Jarmoek
636: klein moslimleger verslaat het grote Byzantijnse leger van Heraclius, maakt het kalifaat dominant door definitieve uitputting van het Byzantijnse leger
Basilius I
Byzantijns keizer (r. 867-886) die zorgde voor een nieuwe groei van het rijk: opleving van steden, culturele bloei en bekering van de Balkan
Basilius II
Byzantijnse keizer (r. 976-1025) ook wel de bulgarenslachter genoemd. Zorgde voor de bekering van de Balkan met Cyrillus en Methodius
Vladimir I
Heerser van de Kiev Rus (r. 980-1015), bekeert zich tot het Oosterse Christendom
Mohammed
Geboren rond 571, handelaren familie, profeet van Allah, verenigde Arabische stammen
Hijra
Vlucht van Mohammed van Mekka naar Medina
Bedouïnen
Woestijn nomaden, leefden vooral op het Arabisch schiereiland
Rechtgeleide kaliefen
Opvolgers van Mohammed: Abu Bakr (632-634), Umar (634-644), Uthman (644-656) en Ali (656-661); waren rechtstreekse afstammelingen van Mohammed
Qurasjh
Stam van Mohammed, eerste kaliefen kwamen van deze stam: Umayyad, stam in de Qurasjh
Sjiieten
Vonden dat Hussain, zoon van Ali kalief moest worden en dus dat de kalief een erfrecht was
Soennieten
Vonden dat de kalief gekozen moest worden uit de Qurashj stam
Al-Fitna
656-661: conflict tussen Sjiieten en Soennieten, werd erger toen Ali stierf en Hussain vermoord werd, eindigde in het Umayyaden kalifaat van Mu’Awiya
Umayyaden
(661-750): weten burgeroorlog te winnen, zorgen voor uitbreiding van rijk, maken Damascus tot hoofdstad
Mu’awiya
Umayyadische kalief (661-680)
Hadith
religieuze tekst, verhalen over het leven van Mohammed
Vijf pilaren van de Islam
Centrale gedachtes in de Islamitische theologie: er is maar een god en Mohammed is zijn profeet; vijf keer bidden per dag; vasten tijdens Ramadan; goede daden voor degene die het nodig hebben; pelgrimage naar Mekka
Jihad
Innerlijke strijd om een betere moslim te worden, ook een externe jihad tegen het ongeloof van anderen
Slag bij Qadissiyya
636: moslims tegen de Perzen
Slag bij Poitiers
732: slag tegen de Franken olv Karel Martel, verliezen de moslims, later gebruikt door rechts extremistische groepen
Mammelukken
Als er in de 9e eeuw opstanden komen tegen de kalief wordt dit een priveleger bestaande uit tot slaafgemaakten Christenen
Abbasiden
Dynastie (750-1258) die na onvrede onder de Mawali in 744 door de Abbasiddische revolutie aan de macht komen, Soennieten, uit de grote steden, Bagdad wordt nieuwe hoofdstad in 762, hectehn veel waarde aan centralisatie, ceremonie en cultuur
Fatimiden
Dynastie (909-1171) komen af van Fatima, vooral in Egypte, ontstaan door verzwakking van de Abbasiden, Sjiieten, stichten Mahdia, Al-Mansuriya en Cairo
Abu Abdallah
begon met de verovering van Noord-Afrika
Abdallah al-Mahdi Bilah
werd in 909 tot eerste Fatimidische kalief gekozen
al-Andalus
islamitisch rijk op het Iberisch schiereiland
Abd al-Rahman
Umayyadische prins (731-788) die vlucht naar al-Andalus en daar emir wordt en zo het emiraat van Cordoba sticht
Musa ibn Nusayr
in de tijd dat abd al-Rahman aankwam de gouverneur van het Iberisch schiereiland
Tariq ibn Ziyad
Verovert in 711 het Iberische schiereiland
Berbers
volkeren uit Noord-Afrika die leven op het Iberisch schiereiland
Emir
grote provinciale leider die de macht van de kalief erkenden, maar wel onafhankelijk waren
Abd al-Rahman III
emir van Cordoba (912-961) hoogtepunt van het emiraat van Cordoba, zorgde voor meer eenheiden voerde in 929 het kalifaat van Cordoba in, legitimeerde dat met zijn afstamming van de Umayyaden.
Al-Hakam II
emir van Cordoba (961-976), had grote bibliotheek
Al-Mansur
emir van Cordoba (976-1002), laatste, hierna viel het uit elkaar in kleinere koninkrijken waarna de Reconquista begon
Convivencia
het idee dat er samengeleefd werd met toleratnie
Ziryab
zanger vanuit Bagdad naar Cordoba waar hij veel gewoontes meenam: mode, hygiëne en voedsel
conveniencia
idee dat relaties tussen verschillende groepen goed was, zolang het van profijt was voor de regerende mensen
Reconquista
de herverovering van het Iberisch schiereiland
Slag bij Talais
751: moslim legers weten een Chinees leger te verslaan waardoor de Islam ook wordt verspreid in India
Harun al-Rashid
Abbasidische kalief (r. 786-809) die de cultuur enorm deed bloeien