loyaliteit Flashcards

1
Q

Wat is contextuele benadering?

A

Dat verwijst naar de dynamische verbondenheid van de mens met betekenisvolle relaties over verschillende generaties.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Hoeveel dimensies zijn er?

A

4 dimensies

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is de 1ste dimensie?

A

Alle feiten die het bestaan van de persoon beïnvloeden. Het maken van een stamboom kan hierin helpen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is de 2de dimensie?

A

Psychologie, Hoe hebben deze mensen de feiten en gebeurtenissen in hun leven verwerkt. Verschillende theorieen kunnen ons helpen met inzicht krijgen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is de 3de dimensie?

A

Interacties: communicatie patronen en onderlinge beïnvloeding. Deze dimensie is vooral uitgewerkt in systeemdenken en communicatie theorie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is de 4de dimensie?

A

Relationele ethiek: de 2de en 3de dimensies hebben ethische implicaties. Deze kunnen een hefboom zijn om te veranderen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Waar zijn de 2de en 3de dimensie voornodig?

A

Om mensen echt te begrijpen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Waar is de 4de dimensie voor nodig?

A

Om ze te motiveren. Het gaat om intrinsieke rechtvaardigheid.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Waar richt contextuele hulpverlening zich op?

A

Op het beïnvloeden van de dynamiek.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is het uitgangspunt?

A

Dat de mens niet alleen gericht op de behoefte van zichzelf, maar ook voor de belangen van anderen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat zijn kernwoorden?

A

Balans geven en normen en loyaliteit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat is de basis van loyaliteit?

A

Niet macht, maar de gist van leven, het is geen gevoel, maar een zijngegeven.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Kan loyaliteit verbroken worden?

A

Nee, maar wel ontkend.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Hoe kunnen ouders nog meer loyaliteit van hun kind krijgen?

A

door zorg en liefde.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wie hebben een exisentiele band?

A

Ouders en kind

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat is verworven loyaliteit?

A

Het kind wordt door andere opgevoed dan de biologische ouders. Loyaliteit wordt verworden voor dagelijkse investering.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Wat is een extra belasting wanneer een kind een verworden loyaliteit heeft?

A

Existentele en verworven loyaliteit zijn opgesplitst en dit kan betekenen dat het een extra belasting is om de loyaliteiten met elkaar te verzoenen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

wat is verticale loyaliteit?

A

De loyaliteit tussen ouders en kind, deze is vaak asymmetrisch en er wordt meer ontvangen dan gegeven

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Wat is Horizontale loyaliteit?

A

Gekozen vrienden, collega’s, partners. De loyaliteit is symmetrisch en wederkerig.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Wat is loyaal?

A

Een keuze voor een persoon, willen voldoen aan verwachtingen en rekening houden met de belangen van de persoon.

21
Q

Wat is een loyaliteitsconflict?

A

Het botsen van loyaliteiten.

22
Q

Hoe los je een loyaliteitsconflict op?

A

Door begrip te hebben met elkaars visies en elkaars sterke kanten mogelijk te maken. Maak ruimte voor persoonlijke loyaliteiten om ze uit te spreken.

23
Q

Wat is een gespleten loyaliteit?

A

Wanneer kinderen moeten kiezen voor de ene ouder tegen de andere ouder. Terwijl ze bij beide ouders loyaal willen blijven.

24
Q

Wat is onzichtbare loyaliteit?

A

Als men niet openlijk loyaal kan zijn en loyaliteit gaat ontkennen

25
Q

Wat is een rechtvaardige relatie?

A

een relatie waarin een evenwicht bestaat tussen geven en nemen. Zo ontstaat er een vertrouwen in de ander en zijn we zelf betrouwbaar

26
Q

Wat is een nieuw inzicht in de contextuele benadering?

A

Dat het kind het recht heeft zijn ouders wat te geven, namelijk zijn vertrouwen

27
Q

Waarom moeten kinderen kunnen aanvoelen wat hun ouders nodig hebben?

A

DIt geeft ze bestaansrecht

28
Q

Wat is zelfwaardegevoel?

A

Betekenisvol zijn voor een ander

29
Q

Wat is Self ofbakening?

A

Grenzen durven te stellen aan anderen

30
Q

Wat is parentificatie?

A

Het kind heeft zorg voor de ouder, meer dan de ouder voor het kind

31
Q

Wat is destructieve parentificatie?

A

Het kind helpt de ouder, maar het kind krijgt van alles de schuld Het kind is de zondenbok

32
Q

Wat is destructief gerechtigheid?

A

Het kind krijgt het recht om andere af te wijzen en te wantrouwen, het recht om herstel te eisen bij anderen voor wat hem vroeger is aangedaan, soms zelf wraak te nemen.

33
Q

Wat zijn twee uiterste vormen van destructieve gerechtigheid?

A
  • niet kunnen geven: ziet niet in wat zijn gedrag doet bij een ander
  • niet kunnen ontvangen: geeft de ander geen kans, wordt op niet uitgebuit en onrechtvaardig behandeld.
34
Q

Wat is een roulerende rekening?

A

Erkenning claimen bij anderen en daarmee de ouders sparen die eigenlijk te kort hebben gedaan.

35
Q

Wat is legaat?

A

De ethische verplichting om erfgoed dat men ontvangen heeft vorige generaties vorm te geven in zijn eigen leven en daarmee een bijdrage te leveren aan volgende generaties.

36
Q

Wat is een delegaat?

A

Belangen van ouders krijgen (on) bewust voorrang op het kind.

37
Q

wat is de sleutel om destructief gedrag te ontsnappen?

A

Erkenning

38
Q

Wat houdt erkenning in?

A

Het doet recht aan het wezenlijk bestaan.

39
Q

Wat is meerzijdige partijdigheid?

A

Begrip kunnen opbrengen voor wat elk persoon in zijn context geïnvesteerd heeft.

40
Q

Welke gevoelens hebben mensen die dit meemaken?

A
  • verontwaardigd
  • niet meer waardevol
  • verliezen hun gevoel van eigenwaarde
41
Q

waar moet actief naar gezocht worden?

A

Naar verborgen bronnen van vertrouwen en restjes van betrouwbaarheid

42
Q

Wat is ontschuldiging?

A

Het gaat niet om vergeven en vergeten, maar om echt begrijpen. Wrok omzetten in verdriet, begrip en vreugde. Het is anders dan een verontschuldiging.

43
Q

Wat is timing moratorium?

A

Er wordt voorlopig geen actie ondernomen, er wordt gewerkt aan de condities

44
Q

Wat werkt verbindend?

A

Een passende vorm voor een kind om loyaliteit tot uiting te brengen ondanks de verwaarlozing en mishandeling

45
Q

Wat is een moraal?

A

Een deel van de 3de dimensie, gedragsregels, standaarden, systeemregels, opvattingen van goed en kwaad.

46
Q

wat is ethiek?

A

Gaat over de vraag “wat is niet goed?” niet in het algemeen, maar in deze verhouding

47
Q

paradigma verandering

A

Heeft altijd al betrekking op een principe dat altijd al aanwezig is, maar waarvan wij ons niet bewust waren.

48
Q

welke modellen kunnen er op de 2de dimensie worden gebruikt?

A
  • biofysisch: medisch/ziekte model
  • Psychodynamisch model: interne stoornissen-psychisch
  • fenomenologisch model: in het hier en nu begrijpen (maslow)
  • behavioristisch model: stimuli uit de omgeving